NL/Prabhupada 0444 - Gopi's zijn geen geconditioneerde zielen, ze zijn bevrijde zielen



Lecture on BG 2.8-12 -- Los Angeles, November 27, 1968

Prabhupāda: Hm?

Toegewijde: Ik las ergens in uw geschriften dat om de vertrouwelijke aangelegenheden van Rādhā en Kṛṣṇa te begrijpen men de gopī's, die dienaren van de gopī's zijn, moet dienen. En ik nam aan dat u een dienaar van de gopī's bent. Is dat juist? Of ... Hoe kan ik de dienaren van de gopī's dienen?

Prabhupāda: De gopī's zijn geen geconditioneerde zielen. Ze zijn bevrijde zielen. Dus ten eerste moet je uit dit geconditioneerde leven komen. Daarna zal de kwestie van gopī's dienen komen. Wees op dit moment niet heel begerig om de gopī's te dienen. Probeer alleen uit je geconditioneerde leven te komen. Dan zal de tijd komen dat je de gopī's kan dienen. In deze geconditioneerde fase kunnen we niets dienen. Kṛṣṇa voert het uit. Maar Kṛṣṇa geeft ons mogelijkheden om dienst te accepteren in deze arcā-mārga. Net zoals we de Beeldgedaante van Kṛṣṇa prasāda aanbieden volgens regels en principes. Dus we moeten op deze manier vooruitgang maken, met chanten, luisteren, aanbidden in de tempel, ārati, prasādam aanbieden. Op deze manier, terwijl we vooruitgang maken, dan zal Kṛṣṇa automatisch aan je onthullen, en je zal je positie begrijpen, hoe je moet ... Gopī's betekent zij die altijd, voortdurend bezig zijn in de dienst van de Heer. Dus die eeuwige relatie zal worden onthuld. Dus we moeten daarop wachten. We kunnen niet direct het dienen van de gopī's imiteren. Het is een goed idee dat je de gopī's zal dienen, maar het zal tijd nemen. Niet onmiddellijk. Nu eerst moeten we de regels en bepalingen volgen en routinematig werk doen.