NL/BG 14.11: Difference between revisions
(Bhagavad-gita Compile Form edit) |
(Vanibot #0019: LinkReviser - Revised links and redirected them to the de facto address when redirect exists) |
||
Line 2: | Line 2: | ||
<div style="float:left">'''[[Dutch - Bhagavad-gītā zoals ze is|Bhagavad-gītā zoals ze is]] - [[NL/BG 14| Hoofdstuk 14: De drie hoedanigheden van de materiële natuur]]'''</div> | <div style="float:left">'''[[Dutch - Bhagavad-gītā zoals ze is|Bhagavad-gītā zoals ze is]] - [[NL/BG 14| Hoofdstuk 14: De drie hoedanigheden van de materiële natuur]]'''</div> | ||
<div style="float:right">[[File:Go-previous.png|link=NL/BG 14.10| BG 14.10]] '''[[NL/BG 14.10|BG 14.10]] - [[NL/BG 14.12|BG 14.12]]''' [[File:Go-next.png|link=NL/BG 14.12| BG 14.12]]</div> | <div style="float:right">[[File:Go-previous.png|link=NL/BG 14.10| BG 14.10]] '''[[NL/BG 14.10|BG 14.10]] - [[NL/BG 14.12|BG 14.12]]''' [[File:Go-next.png|link=NL/BG 14.12| BG 14.12]]</div> | ||
{{ | {{RandomImage|Dutch}} | ||
==== VERS 11 ==== | ==== VERS 11 ==== | ||
<div class="devanagari"> | |||
:सर्वद्वारेषु देहेऽस्मिन्प्रकाश उपजायते । | |||
:ज्ञानं यदा तदा विद्याद्विवृद्धं सत्त्वमित्युत ॥११॥ | |||
</div> | |||
<div class="verse"> | <div class="verse"> | ||
: | :sarva-dvāreṣu dehe ’smin | ||
: | :prakāśa upajāyate | ||
:jñānaṁ yadā tadā vidyād | |||
:vivṛddhaṁ sattvam ity uta | |||
</div> | </div> | ||
Line 15: | Line 21: | ||
<div class="synonyms"> | <div class="synonyms"> | ||
sarva-dvāreṣu — in alle poorten; dehe asmin — in dit lichaam; prakāśaḥ — de eigenschap van verlichting; upajāyate — ontwikkelt; jñānam — kennis; yadā — wanneer; tadā — dan; vidyāt — weet; vivṛddham — toegenomen; sattvam — de hoedanigheid goedheid; iti uta — zo wordt gezegd. | ''sarva-dvāreṣu'' — in alle poorten; ''dehe asmin'' — in dit lichaam; ''prakāśaḥ'' — de eigenschap van verlichting; ''upajāyate'' — ontwikkelt; ''jñānam'' — kennis; ''yadā'' — wanneer; ''tadā'' — dan; ''vidyāt'' — weet; ''vivṛddham'' — toegenomen; ''sattvam'' — de hoedanigheid goedheid; ''iti uta'' — zo wordt gezegd. | ||
</div> | </div> | ||
Latest revision as of 11:59, 28 June 2018
VERS 11
- सर्वद्वारेषु देहेऽस्मिन्प्रकाश उपजायते ।
- ज्ञानं यदा तदा विद्याद्विवृद्धं सत्त्वमित्युत ॥११॥
- sarva-dvāreṣu dehe ’smin
- prakāśa upajāyate
- jñānaṁ yadā tadā vidyād
- vivṛddhaṁ sattvam ity uta
WOORD-VOOR-WOORD-VERTALINGEN
sarva-dvāreṣu — in alle poorten; dehe asmin — in dit lichaam; prakāśaḥ — de eigenschap van verlichting; upajāyate — ontwikkelt; jñānam — kennis; yadā — wanneer; tadā — dan; vidyāt — weet; vivṛddham — toegenomen; sattvam — de hoedanigheid goedheid; iti uta — zo wordt gezegd.
VERTALING
De aanwezigheid van de hoedanigheid goedheid kan worden ervaren wanneer alle poorten van het lichaam door kennis worden verlicht.
COMMENTAAR
Er zijn negen poorten in het lichaam: twee ogen, twee oren, twee neusgaten, de mond, de geslachtsdelen en de anus. Wanneer elke poort verlicht wordt door de kenmerken van goedheid, dan betekent dat dat die persoon de hoedanigheid goedheid ontwikkeld heeft. In de hoedanigheid goedheid ziet, hoort en voelt men de dingen op de juiste manier. Zo iemand wordt vanbinnen en vanbuiten gezuiverd. In elke poort ontwikkelen zich de kenmerken van geluk en dat duidt op goedheid.