NL/BG 1.14: Difference between revisions
(Bhagavad-gita Compile Form edit) |
(Vanibot #0019: LinkReviser - Revised links and redirected them to the de facto address when redirect exists) |
||
Line 1: | Line 1: | ||
[[Category:NL/Bhagavad-gītā - Hoofdstuk 1|N14]] | [[Category:NL/Bhagavad-gītā - Hoofdstuk 1|N14]] | ||
<div style="float:left">'''[[Dutch - Bhagavad- | <div style="float:left">'''[[Dutch - Bhagavad-gītā zoals ze is|Bhagavad-gītā zoals ze is]] - [[NL/BG 1| Hoofdstuk 1: Het aanschouwen van de strijdmachten op het slagveld van Kuruksetra]]'''</div> | ||
<div style="float:right">[[File:Go-previous.png|link=NL/BG 1.13| BG 1.13]] '''[[NL/BG 1.13|BG 1.13]] - [[NL/BG 1.15|BG 1.15]]''' [[File:Go-next.png|link=NL/BG 1.15| BG 1.15]]</div> | <div style="float:right">[[File:Go-previous.png|link=NL/BG 1.13| BG 1.13]] '''[[NL/BG 1.13|BG 1.13]] - [[NL/BG 1.15|BG 1.15]]''' [[File:Go-next.png|link=NL/BG 1.15| BG 1.15]]</div> | ||
{{ | {{RandomImage|Dutch}} | ||
==== | ==== VERS 14 ==== | ||
<div class="devanagari"> | |||
:ततः श्वेतैर्हयैर्युक्ते महति स्यन्दने स्थितौ । | |||
:माधवः पाण्डवश्चैव दिव्यौ शङ्खौ प्रदध्मतुः ॥१४॥ | |||
</div> | |||
<div class="verse"> | <div class="verse"> | ||
: | :tataḥ śvetair hayair yukte | ||
: | :mahati syandane sthitau | ||
:mādhavaḥ pāṇḍavaś caiva | |||
:divyau śaṅkhau pradadhmatuḥ | |||
</div> | </div> | ||
==== | ==== WOORD-VOOR-WOORD-VERTALINGEN ==== | ||
<div class="synonyms"> | <div class="synonyms"> | ||
tataḥ — daarna; śvetaiḥ — met witte; hayaiḥ — paarden; yukte — bespannen; mahati — in een grote; syandane — strijdwagen; sthitau — geplaatst; mādhavaḥ — Kṛṣṇa (de echtgenoot van de godin van het geluk); pāṇḍavaḥ — Arjuna (de zoon van Pāṇḍu); ca — ook; eva — zeker; divyau — transcendentale; śaṅkhau — hoornschelpen; pradadhmatuḥ — lieten weerklinken. | ''tataḥ'' — daarna; ''śvetaiḥ'' — met witte; ''hayaiḥ'' — paarden; ''yukte'' — bespannen; ''mahati'' — in een grote; ''syandane'' — strijdwagen; ''sthitau'' — geplaatst; ''mādhavaḥ'' — Kṛṣṇa (de echtgenoot van de godin van het geluk); ''pāṇḍavaḥ'' — Arjuna (de zoon van Pāṇḍu); ''ca'' — ook; ''eva'' — zeker; ''divyau'' — transcendentale; ''śaṅkhau'' — hoornschelpen; ''pradadhmatuḥ'' — lieten weerklinken. | ||
</div> | </div> | ||
==== | ==== VERTALING ==== | ||
<div class="translation"> | <div class="translation"> | ||
Line 24: | Line 30: | ||
</div> | </div> | ||
==== | ==== COMMENTAAR ==== | ||
<div class="purport"> | <div class="purport"> | ||
In tegenstelling tot de hoornschelp waarop Bhīṣmadeva blies, worden de hoornschelpen in de handen van Kṛṣṇa en Arjuna beschreven als transcendentaal. Het weerklinken van de transcendentale hoornschelpen gaf aan dat er voor de andere zijde geen hoop op overwinning bestond, omdat Kṛṣṇa Zich aan de kant van de Pāṇḍava’s bevond. Jayas tu pāṇḍu-putrāṇāṁ yeṣāṁ pakṣe janārdanaḥ. De overwinning is altijd aan personen zoals de zonen van Pāṇḍu, omdat Kṛṣṇa aan hun kant staat. En daar waar de Heer aanwezig is, is ook de godin van het geluk, omdat de godin van het geluk haar echtgenoot nooit alleen laat. Overwinning en voorspoed stonden Arjuna dus op te wachten en het transcendentale geluid dat door de hoornschelp van Viṣṇu of Heer Kṛṣṇa werd voortgebracht, maakte dit duidelijk. Daarnaast was de strijdwagen waarop de twee vrienden zaten door Agni (de vuurgod) als een geschenk aan Arjuna gegeven, wat betekende dat deze strijdwagen in staat was om aan alle zijden de overwinning te behalen, waar in de drie werelden hij ook maar heengereden werd. | In tegenstelling tot de hoornschelp waarop Bhīṣmadeva blies, worden de hoornschelpen in de handen van Kṛṣṇa en Arjuna beschreven als transcendentaal. Het weerklinken van de transcendentale hoornschelpen gaf aan dat er voor de andere zijde geen hoop op overwinning bestond, omdat Kṛṣṇa Zich aan de kant van de Pāṇḍava’s bevond. ''Jayas tu pāṇḍu-putrāṇāṁ yeṣāṁ pakṣe janārdanaḥ''. De overwinning is altijd aan personen zoals de zonen van Pāṇḍu, omdat Kṛṣṇa aan hun kant staat. En daar waar de Heer aanwezig is, is ook de godin van het geluk, omdat de godin van het geluk haar echtgenoot nooit alleen laat. Overwinning en voorspoed stonden Arjuna dus op te wachten en het transcendentale geluid dat door de hoornschelp van Viṣṇu of Heer Kṛṣṇa werd voortgebracht, maakte dit duidelijk. Daarnaast was de strijdwagen waarop de twee vrienden zaten door Agni (de vuurgod) als een geschenk aan Arjuna gegeven, wat betekende dat deze strijdwagen in staat was om aan alle zijden de overwinning te behalen, waar in de drie werelden hij ook maar heengereden werd. | ||
</div> | </div> | ||
Latest revision as of 11:30, 28 June 2018
VERS 14
- ततः श्वेतैर्हयैर्युक्ते महति स्यन्दने स्थितौ ।
- माधवः पाण्डवश्चैव दिव्यौ शङ्खौ प्रदध्मतुः ॥१४॥
- tataḥ śvetair hayair yukte
- mahati syandane sthitau
- mādhavaḥ pāṇḍavaś caiva
- divyau śaṅkhau pradadhmatuḥ
WOORD-VOOR-WOORD-VERTALINGEN
tataḥ — daarna; śvetaiḥ — met witte; hayaiḥ — paarden; yukte — bespannen; mahati — in een grote; syandane — strijdwagen; sthitau — geplaatst; mādhavaḥ — Kṛṣṇa (de echtgenoot van de godin van het geluk); pāṇḍavaḥ — Arjuna (de zoon van Pāṇḍu); ca — ook; eva — zeker; divyau — transcendentale; śaṅkhau — hoornschelpen; pradadhmatuḥ — lieten weerklinken.
VERTALING
Aan de andere kant van het slagveld stonden Heer Kṛṣṇa en Arjuna in een grote, met witte paarden bespannen strijdwagen en lieten hun transcendentale hoornschelpen weerklinken.
COMMENTAAR
In tegenstelling tot de hoornschelp waarop Bhīṣmadeva blies, worden de hoornschelpen in de handen van Kṛṣṇa en Arjuna beschreven als transcendentaal. Het weerklinken van de transcendentale hoornschelpen gaf aan dat er voor de andere zijde geen hoop op overwinning bestond, omdat Kṛṣṇa Zich aan de kant van de Pāṇḍava’s bevond. Jayas tu pāṇḍu-putrāṇāṁ yeṣāṁ pakṣe janārdanaḥ. De overwinning is altijd aan personen zoals de zonen van Pāṇḍu, omdat Kṛṣṇa aan hun kant staat. En daar waar de Heer aanwezig is, is ook de godin van het geluk, omdat de godin van het geluk haar echtgenoot nooit alleen laat. Overwinning en voorspoed stonden Arjuna dus op te wachten en het transcendentale geluid dat door de hoornschelp van Viṣṇu of Heer Kṛṣṇa werd voortgebracht, maakte dit duidelijk. Daarnaast was de strijdwagen waarop de twee vrienden zaten door Agni (de vuurgod) als een geschenk aan Arjuna gegeven, wat betekende dat deze strijdwagen in staat was om aan alle zijden de overwinning te behalen, waar in de drie werelden hij ook maar heengereden werd.