NL/BG 4.27: Difference between revisions

(Bhagavad-gita Compile Form edit)
 
(Vanibot #0019: LinkReviser - Revised links and redirected them to the de facto address when redirect exists)
 
Line 2: Line 2:
<div style="float:left">'''[[Dutch - Bhagavad-gītā zoals ze is|Bhagavad-gītā zoals ze is]] - [[NL/BG 4| Hoofdstuk 4: Transcendentale kennis]]'''</div>
<div style="float:left">'''[[Dutch - Bhagavad-gītā zoals ze is|Bhagavad-gītā zoals ze is]] - [[NL/BG 4| Hoofdstuk 4: Transcendentale kennis]]'''</div>
<div style="float:right">[[File:Go-previous.png|link=NL/BG 4.26| BG 4.26]] '''[[NL/BG 4.26|BG 4.26]] - [[NL/BG 4.28|BG 4.28]]''' [[File:Go-next.png|link=NL/BG 4.28| BG 4.28]]</div>
<div style="float:right">[[File:Go-previous.png|link=NL/BG 4.26| BG 4.26]] '''[[NL/BG 4.26|BG 4.26]] - [[NL/BG 4.28|BG 4.28]]''' [[File:Go-next.png|link=NL/BG 4.28| BG 4.28]]</div>
{{RandomImageRU}}
{{RandomImage|Dutch}}


==== VERS 27 ====
==== VERS 27 ====
<div class="devanagari">
:सर्वाणीन्द्रियकर्माणि प्राणकर्माणि चापरे ।
:आत्मसंयमयोगाग्नौ जुह्वति ज्ञानदीपिते ॥२७॥
</div>


<div class="verse">
<div class="verse">
:''sarvāṇīndriya-karmāṇi, prāṇa-karmāṇi cāpare''
:sarvāṇīndriya-karmāṇi
:''ātma-saṁyama-yogāgnau, juhvati jñāna-dīpite''
:prāṇa-karmāṇi cāpare
 
:ātma-saṁyama-yogāgnau
:juhvati jñāna-dīpite
</div>
</div>


Line 15: Line 21:


<div class="synonyms">
<div class="synonyms">
sarvāṇi — van alle; indriya — zintuigen; karmāṇi — functies; prāṇa-karmāṇi — functies van de levensadem; ca — ook; apare — anderen; ātma-saṁyama — van het beheersen van de geest; yoga — het verbindingsproces; agnau — in het vuur van; juhvati — offeren; jñāna-dīpite — door de drang naar zelfrealisatie.
''sarvāṇi'' — van alle; ''indriya'' — zintuigen; ''karmāṇi'' — functies; ''prāṇa-karmāṇi'' — functies van de levensadem; ''ca'' — ook; ''apare'' — anderen; ''ātma-saṁyama'' — van het beheersen van de geest; ''yoga'' — het verbindingsproces; ''agnau'' — in het vuur van; ''juhvati'' — offeren; ''jñāna-dīpite'' — door de drang naar zelfrealisatie.
</div>
</div>


Line 21: Line 27:


<div class="translation">
<div class="translation">
Anderen, die zelfrealisatie willen bereiken door het beheersen van de geest en de zintuigen, offeren de functies van alle zintuigen en die van de levensadem als offeringen in het vuur van de beheerste geest.
Anderen, die zelfrealisatie willen bereiken door het beheersen van de geest en de zintuigen, offeren de functies van alle zintuigen en die van de levensadem als offers in het vuur van de beheerste geest.
</div>
</div>


Line 28: Line 34:
<div class="purport">
<div class="purport">
In dit vers wordt verwezen naar de yogamethode van Patañjali.
In dit vers wordt verwezen naar de yogamethode van Patañjali.
In het Yoga-sūtra van Patañjali wordt de ziel pratyag-ātmā en parāg-ātmā ge-noemd. Zolang de ziel gehecht is aan zinsbevrediging wordt ze parāg-ātmā genoemd, maar zodra dezelfde ziel zich daarvan onthecht heeft, wordt ze pratyag-ātmā genoemd. De ziel is onderworpen aan het functioneren van tien ver-schillende soorten lucht die werkzaam zijn in het lichaam; dit is te zien binnen het ademhalingssysteem. De yogamethode van Patañjali geeft technische instruc-ties over hoe men de functies van de lucht in het lichaam kan beheersen, zodat alle functies van de lucht uiteindelijk gunstig zijn om de ziel van materiële gehechtheid te zuiveren. Volgens de genoemde yogamethode is pratyag-ātmā het uiteindelijke doel. Deze pratyag-ātmā heeft zich teruggetrokken van activiteiten in de materie. De zintuigen staan in wisselwerking met de zinsobjecten, zoals het oor met horen, de ogen met zien, de neus met ruiken, de tong met proeven en de hand met aanraken; op die manier zijn ze allemaal bezig met activiteiten buiten het zelf. Ze worden de functies van de prāṇa-vāyu genoemd. De apāna-vāyu gaat neerwaarts, vyāna-vāyu zorgt voor inkrimpen en uitzetten, samāna-vāyu zorgt voor evenwicht, udāna-vāyu gaat opwaarts, en wanneer iemand verlicht is, gebruikt hij deze allemaal in het zoeken naar zelfrealisatie.
In het ''Yoga-sūtra'' van Patañjali wordt de ziel ''pratyag-ātmā'' en ''parāg-ātmā'' genoemd. Zolang de ziel gehecht is aan zinsbevrediging wordt ze ''parāg-ātmā'' genoemd, maar zodra dezelfde ziel zich daarvan onthecht heeft, wordt ze ''pratyag-ātmā'' genoemd. De ziel is onderworpen aan het functioneren van tien verschillende soorten lucht die werkzaam zijn in het lichaam; dit is te zien binnen het ademhalingssysteem. De yogamethode van Patañjali geeft technische instructies over hoe men de functies van de lucht in het lichaam kan beheersen, zodat alle functies van de lucht uiteindelijk gunstig zijn om de ziel van materiële gehechtheid te zuiveren. Volgens de genoemde yogamethode is ''pratyag-ātmā'' het uiteindelijke doel. Deze ''pratyag-ātmā'' heeft zich teruggetrokken van activiteiten in de materie. De zintuigen staan in wisselwerking met de zins-objecten, zoals het oor met horen, de ogen met zien, de neus met ruiken, de tong met proeven en de hand met aanraken; op die manier zijn ze allemaal bezig met activiteiten buiten het zelf. Ze worden de functies van de ''prāṇa-vāyu'' genoemd. De ''apāna-vāyu'' gaat neerwaarts, ''vyāna-vāyu'' zorgt voor inkrimpen en uitzetten, ''samāna-vāyu'' zorgt voor evenwicht, ''udāna-vāyu'' gaat opwaarts, en wanneer iemand verlicht is, gebruikt hij deze allemaal in het zoeken naar zelfrealisatie.
</div>
</div>



Latest revision as of 12:53, 28 June 2018

Śrī Śrīmad A.C. Bhaktivedanta Swami Prabhupāda


VERS 27

सर्वाणीन्द्रियकर्माणि प्राणकर्माणि चापरे ।
आत्मसंयमयोगाग्नौ जुह्वति ज्ञानदीपिते ॥२७॥
sarvāṇīndriya-karmāṇi
prāṇa-karmāṇi cāpare
ātma-saṁyama-yogāgnau
juhvati jñāna-dīpite

WOORD-VOOR-WOORD-VERTALINGEN

sarvāṇi — van alle; indriya — zintuigen; karmāṇi — functies; prāṇa-karmāṇi — functies van de levensadem; ca — ook; apare — anderen; ātma-saṁyama — van het beheersen van de geest; yoga — het verbindingsproces; agnau — in het vuur van; juhvati — offeren; jñāna-dīpite — door de drang naar zelfrealisatie.

VERTALING

Anderen, die zelfrealisatie willen bereiken door het beheersen van de geest en de zintuigen, offeren de functies van alle zintuigen en die van de levensadem als offers in het vuur van de beheerste geest.

COMMENTAAR

In dit vers wordt verwezen naar de yogamethode van Patañjali. In het Yoga-sūtra van Patañjali wordt de ziel pratyag-ātmā en parāg-ātmā genoemd. Zolang de ziel gehecht is aan zinsbevrediging wordt ze parāg-ātmā genoemd, maar zodra dezelfde ziel zich daarvan onthecht heeft, wordt ze pratyag-ātmā genoemd. De ziel is onderworpen aan het functioneren van tien verschillende soorten lucht die werkzaam zijn in het lichaam; dit is te zien binnen het ademhalingssysteem. De yogamethode van Patañjali geeft technische instructies over hoe men de functies van de lucht in het lichaam kan beheersen, zodat alle functies van de lucht uiteindelijk gunstig zijn om de ziel van materiële gehechtheid te zuiveren. Volgens de genoemde yogamethode is pratyag-ātmā het uiteindelijke doel. Deze pratyag-ātmā heeft zich teruggetrokken van activiteiten in de materie. De zintuigen staan in wisselwerking met de zins-objecten, zoals het oor met horen, de ogen met zien, de neus met ruiken, de tong met proeven en de hand met aanraken; op die manier zijn ze allemaal bezig met activiteiten buiten het zelf. Ze worden de functies van de prāṇa-vāyu genoemd. De apāna-vāyu gaat neerwaarts, vyāna-vāyu zorgt voor inkrimpen en uitzetten, samāna-vāyu zorgt voor evenwicht, udāna-vāyu gaat opwaarts, en wanneer iemand verlicht is, gebruikt hij deze allemaal in het zoeken naar zelfrealisatie.