NL/BG 4.23

Revision as of 17:59, 23 September 2017 by Harikirtandasa (talk | contribs) (Bhagavad-gita Compile Form edit)
(diff) ← Older revision | Latest revision (diff) | Newer revision → (diff)
Его Божественная Милость А.Ч. Бхактиведанта Свами Прабхупада


VERS 23

gata-saṅgasya muktasya, jñānāvasthita-cetasaḥ
yajñāyācarataḥ karma, samagraṁ pravilīyate

WOORD-VOOR-WOORD-VERTALINGEN

gata-saṅgasya — van iemand die niet gehecht is aan de hoedanigheden van de materiële natuur; muktasya — van degene die bevrijd is; jñāna-avasthita — gegrond in het transcendentale; cetasaḥ — wiens wijsheid; yajñāya — voor Yajña (Kṛṣṇa); ācarataḥ — handelend; karma — activiteit; samagram — volledig; pravilīyate — gaat helemaal op.

VERTALING

De activiteiten van iemand die niet beïnvloed wordt door de hoedanigheden van de materiële natuur en die volkomen gegrond is in transcendentale kennis, gaan helemaal op in het transcendentale.

COMMENTAAR

Wanneer iemand volledig Kṛṣṇa-bewust wordt, ontstijgt hij aan alle dualiteiten en is daarom bevrijd van de onzuiverheden van de hoedanigheden van de materiële natuur. Hij kan bevrijd worden, omdat hij zijn wezenlijke positie in zijn relatie met Kṛṣṇa kent; daardoor kan zijn geest niet van Kṛṣṇa-bewustzijn gescheiden worden. Als gevolg daarvan verricht hij al zijn activiteiten voor Kṛṣṇa, die de oorspronkelijke Viṣṇu is. Op die manier zijn al zijn activiteiten technisch gezien offers, want offers zijn gericht op het tevredenstellen van de Allerhoogste Persoon, Viṣṇu, Kṛṣṇa. De karmische reacties op al deze activiteiten gaan beslist op in het transcendentale en men hoeft de materiële gevolgen niet te ondergaan.