"Māyā betekent voldoende straf geven aan de levende wezens die Kṛṣṇa zijn vergeten en zelfstandig van het materiële leven willen genieten. Ze worden geconditioneerde ziel genoemd. Bhūtvā bhūtvā pralīyate (BG 8.19). Dit geconditioneerde leven betekent dat we één type lichaam accepteren, we lijden genoeg. Het is gewoon lijden. Er is geen genot. Waar is het genieten? Tien maanden in de buik van de moeder blijven, is dat genieten? In een luchtdichte zak verpakt? Stel je voor, als je bij de op dit moment, binnen drie seconden zul je sterven. Je kunt niet leven zonder lucht, zelfs niet voor drie seconden. Dit is ons standpunt.'
|