NL/Prabhupada 0686 - Iemand kan de wind niet vangen, en het is zelfs nog moeilijker om de verstoorde geest te vangen
Lecture on BG 6.30-34 -- Los Angeles, February 19, 1969
Viṣṇujana: Vers 34: "De geest is rusteloos, onstuimig, koppig en zeer sterk, o Kṛṣṇa, en hem beteugelen lijkt me moeilijker dan het bedwingen van de wind (BG 6.34)."
Prabhupāda: Ja. Zelfs al kan je de wind beheersen. Dat is niet mogelijk, niemand kan de wind beheersen. Maar zelfs al zou je theoretisch aannemen dat je de wind kan beheersen, maar het is niet mogelijk de geest te beheersen. Het is erg moeilijk. De geest is zo rusteloos en zo wild. Ga door.
Viṣṇujana: Commentaar: De geest is zo sterk en koppig dat die soms de intelligentie overmant. Want voor iemand in het dagelijkse leven die zoveel tegenstand moet overkomen is het zeker heel moeilijk om de geest te beheersen. Kunstmatig kan iemand een evenwichtige geest tonen naar vriend en vijand, maar uiteindelijk kan geen enkel werelds persoon dat doen want dat is moeilijker dan de razende wind beheersen. In de Vedische literatuur staat: "Het individu is de passagier in het voertuig van het materiële lichaam en de intelligentie is de bestuurder. De geest is de teugel en de zintuigen zijn de paarden. Het zelf is dus degene die geniet of lijdt in het gezelschap van de geest en de zintuigen. Dat is de opvatting van grote denkers." De intelligentie hoort de geest te besturen, maar de geest is zo sterk en koppig dat die zelfs onze eigen intelligentie de baas is, zoals een acute infectie soms de effectiviteit van een medicijn overtreft. Zo'n sterke geest moet bedwongen worden door het beoefenen van yoga, maar die beoefening is niet praktisch voor een werelds persoon als Arjuna, laat staan voor de moderne mens. Die moeilijkheid is mooi verwoord: "Iemand kan de wind niet vangen, en het is zelfs nog moeilijker om de verstoorde geest te vangen."
Prabhupāda: Daarom verovert deze methode van Hare Kṛṣṇa zingen de geest direct. Als je gewoon "Kṛṣṇa" zingt en als je luistert dan is je geest automatisch op Kṛṣṇa gericht. Dat betekend dat de yoga-methode gelijk bereikt is. Want de hele yoga-methode is er om je geest op de vorm van Viṣṇu te concentreren. En Kṛṣṇa is de Originele Persoonlijkheid van de expansies van de Viṣṇu vormen. Kṛṣṇa is - net als deze lamp hier. Nu, met deze lamp, met deze kaars, je kan nog een kaars brengen en die daarmee aansteken. En dan nog een, nog een, nog een - duizenden kaarsen kan je brengen. En elke kaars is net zo krachtig als deze kaars. Daar is geen twijfel over. Maar je moet deze kaars als de originele kaars accepteren. Net zo expandeert Kṛṣṇa in miljoenen Viṣṇu vormen. Elke Viṣṇu vorm is net zo goed als Kṛṣṇa, maar Kṛṣṇa is de originele kaars want alles expandeert van Kṛṣṇa. Dus degene die op één of ander manier zijn geest op Kṛṣṇa concentreert heeft de perfectie van yoga al bereikt. Dit is de essentie van de Kṛṣṇa-bewustzijnsbeweging. Ga door. (einde)