NL/Prabhupada 0448 - We moeten lessen over God nemen van de sastra, guru en sadhu

Revision as of 16:02, 10 March 2016 by ErikAlbers (talk | contribs) (Created page with "<!-- BEGIN CATEGORY LIST --> Category:1080 Dutch Pages with Videos Category:Prabhupada 0448 - in all Languages Category:NL-Quotes - 1977 Category:NL-Quotes - Lec...")
(diff) ← Older revision | Latest revision (diff) | Newer revision → (diff)


Invalid source, must be from amazon or causelessmery.com

Lecture on SB 7.9.3 -- Mayapur, February 17, 1977

Pradyumna: Vertaling - "Daarna verzocht Heer Brahma Prahlāda Mahārāja, die heel dicht bij hem stond: Mijn lieve zoon, Lord Nṛsiṁha-deva is zeer boos op je demonische vader. Ga naar voren en kalmeer de Heer."

Prabhupāda:

prahrādaṁ preṣayām āsa
brahmāvasthitam antike
tāta praśamayopehi
sva-pitre kupitaṁ prabhum
(SB 7.9.3)

Dus Nṛsiṁha-deva was heel, heel boos. De atheïstische klasse van de mensen, die niet weten wat de aard is van de Allerhoogste Persoonlijkheid Gods, zij zullen zeggen: "Waarom zou God boos worden?' Dus God, waarom zou Hij niet boos zijn? God moet alles hebben; anders hoe is Hij complete God? Pūrṇam. De woede is ook een andere kwaliteit van het kenmerk van het leven. De steen wordt niet boos, want hij is een steen. Maar elk levend wezen, hij wordt boos. Dat is een kwaliteit. En waarom zou God niet boos zijn? Ze stellen zich God voor; zij hebben geen feitelijke voorstelling van God gekregen. Zij denken dat "God moet zijn als dit. God moet geweldloos zijn. God moet heel rustig zijn." Waarom? Waaruit komt de woede? Het komt van God. Anders is er geen sprake van woede. Alles is er.

Janmādy asya yataḥ (SB 1.1.1). Dat is de definitie van Brahman. Wat we in ervaring hebben gekregen en wat we niet hebben gekregen in ervaring... We hebben niet alles in ervaring. Net als over Nṛsiṁha-deva wordt gezegd dat Lakṣmī ook geen ervaring had, dat de Heer half leeuw, half mens kan worden. Zelfs Lakṣmī , wat te spreken van anderen. Lakṣmī, ze is een constant metgezel van de Heer. Dus wordt er gezegd, aṣruta. Wat is dat? Adṛṣṭa. Adṛṣṭa aṣruta pūrvatvāt. Ze werd bang omdat ze ook nog nooit gezien, zo'n gigantische gedaante, en half leeuw, half mens. God heeft zoveel vormen: advaita acyuta anādi ananta-rūpam (Bs. 5.33). Ananta-rūpam; nog steeds, advaita. Dus in de Bhāgavata wordt gezegd dat Gods incarnaties precies hetzelfde zijn als de golven van de rivier of de zee. Niemand kan het tellen. Je zult moe worden als je het aantal golven wilt tellen. Het is onmogelijk. Dus Gods incarnaties zijn er net zoveel als er golven zijn. Dus je kunt de golven niet tellen; dus je kan het niet begrijpen, hoeveel incarnaties Hij heeft. Zelfs Lakṣmī, zelfs Anantadeva, ze hebben het niet gekregen. Dus onze ervaring - zeer beperkt. Waarom moeten we zeggen dat "God kan dit niet hebben, God kan niet..." als dat? Dit is goddeloosheid. Ze maken een deel. Ze zeggen... Zelfs in onze zogenaamde Vedische Ārya-samājī, zij beweren dat God geen incarnatie kan nemen. Waarom? Als God almachtig is, waarom zal Hij dan niet in staat zijn om een incarnatie te accepteren?

Daarom moeten we niet de lessen van God nemen van deze rakkers. We moeten lessen over God nemen van de śāstra, Guru en sādhu - iemand die God heeft gezien, tattva-darśina. Tad viddhi praṇipātena paripraśnena sevayā, upadekṣyanti tad jñānam (BG 4.34). Tad jñānam betekent spirituele kennis. Tad-vijñānam.

tad-vijñānartham sa gurum evābhigacchet
samit-pāṇiḥ śrotriyaṁ brahma-niṣṭham
(MU 1.2.12)

Dus tad-vijñānam, je kan het je niet voorstellen, speculeren. Dat is niet mogelijk. Je moet het leren van een persoon die tattva-darśinaḥ is, die God heeft gezien. Zelfs door het zien, je kunt niet... Net als Lakṣmīdevi, ze ziet het elk moment, voortdurend. Zelfs zij weet het niet. Asruta-purva. Adrstāsruta-purva. Dus wat we zien of wat we niet zien, alles is aanwezig. Aham sarvasya prabhavaḥ (BG 10.8). Kṛṣṇa zegt: "Wat je ook ziet, wat je ook ervaart, ik ben de oorsprong van alles." Dus woede moet er zijn. Hoe kun je zeggen dat "God niet boos zou moeten zijn. God moet niet als dit. God mag niet...? "Nee, dat is geen feit. Dat is onze onervarenheid.