NL/Prabhupada 0558 - Onze positie is marginaal, we kunnen op elk moment vallen

Revision as of 12:01, 25 July 2016 by ErikAlbers (talk | contribs) (Created page with "<!-- BEGIN CATEGORY LIST --> Category:1080 Dutch Pages with Videos Category:Prabhupada 0558 - in all Languages Category:NL-Quotes - 1968 Category:NL-Quotes - Lec...")
(diff) ← Older revision | Latest revision (diff) | Newer revision → (diff)


Invalid source, must be from amazon or causelessmery.com

Lecture on BG 2.62-72 -- Los Angeles, December 19, 1968

Prabhupāda: Ja. Of als allereerste. Ja.

Toegewijde: Er wordt gezegd dat als je eenmaal de Godheid bereikt, als je eenmaal terug naar Kṛṣṇa gaat, dat je niet kan vallen. Maar er wordt ook gezegd dat we daar oorspronkelijk vandaan komen. Als we daar vandaan komen, hoe hebben we kunnen vallen als we er al waren?

Prabhupāda: Ja. Net als dit voorbeeld dat persoonlijkheden als Brahmā en Śiva, ze ook wel eens het slachtoffer worden van māyā. Dus onze, ik bedoel te zeggen, potentie van vallen is er altijd, de potentie. En omdat we een essentieel onderdeel van God zijn en omdat we nu in de materiële wereld zijn, is het duidelijk dat wij gevallen zijn. Maar je kunt niet achterhalen uit de geschiedenis wanneer je bent gevallen. Dat is onmogelijk. Maar onze positie is marginaal. Op elk moment kunnen we vallen. Die tendens is er. Daarom worden we ook marginaal genoemd. Maar een ... Net zoals het heel eenvoudig te begrijpen is. Iedereen is geneigd ziek te worden. Is het niet? Nu wanneer je ziek bent, is er geen noodzaak om uit te vinden in de geschiedenis wanneer je ziek werd. Je bent ziek, maak je behandeling, dat is alles. Op dezelfde manier, we zijn in de materiële toestand van het leven. Blijf het gewoon behandelen, en zodra je genezen bent, wees voorzichtig om niet weer te vallen. Maar er is kans op vallen, weer ziek worden. Niet dat omdat je een keer genezen was, er geen kans is om steeds weer ziek te worden. Er is kans. Daarom zullen we heel erg voorzichtig moeten zijn. Ja.

Toegewijde: In de Bhagavad-gītā staat op pagina 41 dat Brahmā de tweede spirituele leraar is. Ik dacht dat alle spirituele meesters eeuwig leven; maar Brahmā leeft niet eeuwig.

Prabhupāda: Ja. We leven voor altijd. Door verandering van het lichaam sterven we niet. Je leeft voor altijd, ik leef voor altijd. De dood betekent dat we dit lichaam veranderen, dat is alles. Net zoals je je kleding verandert. Wanneer je je kleding verandert, dat betekent niet dat je sterft. Op dezelfde manier verandering van dit lichaam betekent niet echt dood. Of om te verschijnen in een ander lichaam betekent eigenlijk niet de geboorte. Er is geen geboorte en dood van het levend wezen, maar de verandering van het lichaam vindt plaats in onze materiële toestand. Dat wordt genomen als geboorte en dood. Eigenlijk is er geen geboorte en dood. Ja?

Madhudviṣa: Prabhupāda, voor iemand die Heer Buddha aanbidt, is er een planeet voor hem om heen te gaan? Of is er...

Prabhupāda: Hmm?

Madhudviṣa: Voor wie Heer Buddha aanbidt,

Prabhupāda: Ja?

Madhudviṣa: In de bhakti-gana (?), zeggen zij, of één of andere manier, een soort van toegewijde dienst verleende aan Heer Buddha, is er een planeet voor hem om te gaan, waar Heer Buddha de leiding heeft of...

Prabhupāda: Ja. Er is een neutrale fase. Dat is geen planeet. Dat is de marginale positie tussen de spirituele wereld en de materiële wereld. Maar men moet weer naar beneden komen. Tenzij men binnengaat in de spirituele hemel en zijn situatie op een of andere spirituele planeet neemt... Net als je vliegt in de lucht. Tenzij je een planeet krijgt, dan moet je weer naar beneden komen. Je kunt niet de hele dag in de lucht vliegen. Dat is niet mogelijk. Dat is neutrale fase. Noch in andere planeet, noch in deze planeet, vliegen. Hoe lang zul je vliegen? Je moet je toevlucht een beetje nemen. Maar als je geen onderdak in de hogere planeten of hoger situatie krijgt, dan zul je naar beneden moeten komen. Dus... Hetzelfde voorbeeld kan worden herhaald. Stel dat als je in de ruimte gaat ... Net als de spoetnik mannen, ze gaan af en toe. Mensen denken: "Oh, waar is hij gebleven, zo hoog, zo hoog." Maar hij is niet verdwenen. Hij komt weer naar beneden. Dus het is vals klappen, "Oh, hij is zo hoog gegaan, zo hoog." Wat is het nut van het zo hoog gaan? Je komt het volgende moment neer. Omdat je geen macht hebt om naar een andere planeet te gaan. Dus wat zal je machine, deze spoetnik of deze vliegtuigen, je helpen? Je moet weer naar beneden komen. In plaats daarvan zal je naar beneden vallen in de Atlantische Oceaan of de Stille Oceaan, en iemand zal gaan en je ophalen. Zie je? Dit is je positie. Dus filosofie van de leegte betekent om te vliegen in de lucht en dan opgeblazen te zijn, "Ik ben zo hoog gekomen, ik ben zo hoog gekomen, zo hoog." (Lacht) Die dwaze man weet niet hoe lang hij in die hoge positie zal blijven. Zie je? Hij zal naar beneden komen.