NL/Prabhupada 0821 - Pandita betekent niet iemand met een titel. Pandita betekent sama-cittah

Revision as of 13:28, 3 December 2016 by ErikAlbers (talk | contribs) (Created page with "<!-- BEGIN CATEGORY LIST --> Category:1080 Dutch Pages with Videos Category:Prabhupada 0821 - in all Languages Category:NL-Quotes - 1976 Category:NL-Quotes - Lec...")
(diff) ← Older revision | Latest revision (diff) | Newer revision → (diff)


Invalid source, must be from amazon or causelessmery.com

Lecture on SB 5.5.3 -- Vrndavana, October 25, 1976

In Kali-yuga betekent brāhmaṇa een draadje van twee-paisa, meer niet. Maar dat is geen brāhmaṇa. Brāhmaṇa betekent śamo damo titikṣā (BG 18.42). Dit zijn de symptomen. Tevens betekent mahātmā niet bepaalde kleding. Maar mensen maken misbruik van deze kleding, veśopajivibhiḥ (SB 12.3.38). In India nog steeds, hoewel geplaagd door armoede, als een persoon gewoon gekleed in een saffraan kleurige doek naar een dorp gaat, dan heeft hij geen enkel probleem. Iedereen zal hem roepen, hem uitnodigen, hem onderdak geven, hem eten geven. Toch... (Hindi: "Meneer, kom hier. Neem wat prasādam.") Iedereen zal hem te gast vragen. Arme mensen hebben hier misbruik van gemaakt. Zonder onderwijs, zonder enig .., ze doen zo om hun economische problemen op te lossen. Ook hier in Vṛndāvana vind je zoveel mensen die hier komen vanwege de vele chatras. Je kunt gratis cāpāṭi en ḍāl krijgen. In de ochtend zie je zo veel sloebers, die alleen naar Vṛndāvana zijn gekomen voor dit brood en ḍāl. Ze halen het op en ruilen het. Ze kopen dan bīḍī.

Dus alles, in Kali-yuga, wordt alles misbruikt. Maar de śāstra heeft ons uitleg gegeven over wie een brāhmaṇa en wie een mahātmā is. Hier wordt één type mahātmā gegeven: mahāntas te sama-cittāḥ (SB 5.5.2). Ze zien gelijkwaardig. Brahma-bhūtaḥ prasannātmā (BG 18.54). Samaḥ sarveṣu bhūteṣu. Dat is de mahātmā. Hij heeft Brahman gerealiseerd, dus hij maakt geen onderscheid, tussen mensen, of tussen mens en dier. Zelfs een...

vidyā-vinaya-sampanne
brāhmaṇe gave hastini
śuni caiva śvapāke ca
paṇḍitāḥ sama-darśinaḥ
(BG 5.18)

Paṇḍita betekent niet iemand met een titel. Paṇḍita betekent sama-cittāḥ. Dat is sama-cittāḥ. Cāṇakya Paṇḍita heeft ook gezegd dat,

mātṛ-vat para-dāreṣu
para-dravyeṣu loṣṭra-vat
ātma-vat sarva-bhūteṣu
yaḥ paśyati sa paṇḍitaḥ

Hij is een paṇḍita. Anders is hij een schurk. Mātṛ-vat para-dāreṣu. Zodra je een vrouw ziet, behalve je echtgenote, dan spreek je haar aan als 'moeder'. Dit is paṇḍita. Dit is paṇḍita. Niet zo praten, 'phish-phish,' met ander mans vrouw. Hij is een schurk. mātṛ-vat para-dāreṣu para-dravyeṣu loṣṭra-vat: eigendom van anderen niet aanraken. Niemand raakt vuilnis aan. Maar mensen zijn zo onfortuinlijk. Ik heb in Hong Kong gezien dat ze als honden tussen het vuilnis naar voedsel zoeken. Ik heb dat gezien. Iemand gooit wat voedsel weg, en dat wordt verzameld. Mensen zijn zo onfortuinlijk. Niemand hoort vuilnis aan te raken. Maar in Kali-yuga moet iemand wat papieren uitzoeken, ik bedoel te zeggen, wat lappen stof uit het vuilnis, om te verhandelen. Vuilnis is onaanraakbaar, maar in Kali-yuga zijn mensen zo onfortuinlijk, dat ze in het vuilnis nog naar iets waardevols zoeken.

Hoe dan ook, mahāntas, dit zijn zijn symptomen. Sama-cittāḥ, zoiets hebben ze niet, "Oh, hier is een hindoe, hier is een moslim, hier is een rijk man, hier is een arme man." Nee, hij is vriendelijk tegen iedereen. Dat is een goddelijke kwalificatie.