"In de geschriften vinden we dat het koninkrijk van God, dat wordt Vaikuṇṭha genoemd. Vaikuṇṭha betekent vigata-kuṇṭha yatra. Kuṇṭha betekent angsten. De plek waar er geen angsten zijn, dat wordt Vaikuṇṭha genoemd. Dus Kṛṣṇa zegt dat nāhaṁ tiṣṭhāmi vaikuṇṭhe yogināṁ hṛdayeṣu ca: "Mijn dierbare Nārada, denk niet dat ik alleen in Vaikuṇṭha, het koninkrijk van God, verblijf, of alleen in het hart van de yogis. Nee." Tat tat tiṣṭhāmi nārada yatra gāyanti mad-bhaktāḥ: Waar dan ook Mijn toegewijden de glories van Mij zingen of chanten, daar sta ik. Ik ga daarheen."
|