"Karmī betekent diegenen die dag en nacht heel hard werken gewoonweg voor zinsbevrediging. Dat is alles. Zij worden karmī genoemd. En jñānī betekent dat ze een oplossing aan het zoeken zijn door mentale speculatie. En yogī betekent dat ze proberen spirituele heil te vinden door lichamelijke oefeningen. Zij zijn allemaal, in strikte zin, allemaal materialisten. Er is geen sprake van een spiritualist. Spiritualisme is daar waar men begrijpt wat de constitutionele positie van de geest is en daarnaar handelt. Daarom bhakti, deze toegewijde dienst, is enkel spiritualisme, omdat diegenen die toegewijden zijn, zij weten dat ze een eeuwig deel zijn van de Allerhoogste Heer, en daarom is bezig zijn in deze transcendentale liefdevolle dienst aan de Allerhoogste Heer spiritualisme."
|