"Dus wanneer een brahmacārī getrouwd is, wordt hij gṛhastha of gezinshoofd genoemd. Maar omdat een brahmacārī vanaf het prille begin van zijn leven is opgeleid om afstand te doen van materieel genot, kan hij niet als een gewone man in het gezinsleven opgaan. Gewone mannen, zij kunnen het gezinsleven of de omgang met de vrouw niet opgeven, zelfs niet tot het einde van hun leven. Maar volgens het Vedische systeem, is omgang met de vrouw alleen toegestaan voor een zekere periode, alleen tijdens de jeugddagen, alleen om goede kinderen te verwekken. Want vanaf de leeftijd van vijfentwintig tot vijftig jaar, kun je goede kinderen verwekken."
|