"In de Bhagavad-gītā wordt gezegd dat er een andere, spirituele hemel is, waar er geen zonneschijn nodig is, na yatra bhāsayate sūryo. Sūrya betekent zon, en bhāsayate betekent de zonneschijn verdelen. Dus er is geen zonneschijn nodig. Na yatra bhāsayate sūryo na śaśāṅko. Śaśāṅka betekent maan. Er is ook geen maanlicht nodig. Na śaśāṅko na pāvakaḥ. Er is ook geen electriciteit nodig. Dat betekent het koninkrijk van licht. Hier, is deze materiële wereld het koninkrijk van duisternis. Dat weet je, iedereen. Het is eigenlijk duisternis. Zo gauw als er zon is aan de ene kant van deze aarde, is het aan de andere kant duisternis. Dat betekent dat het van nature duister is. Simpelweg door zonlicht, maanlicht en elektriciteit is er licht. Eigenlijk, is het duisternis. En duisternis betekent ook onwetendheid."
|