"Zodra ik de omgang met deze toegewijden opgeef, zal māyā me onmiddellijk grijpen. Onmiddellijk. Māyā is gewoon zij aan zij. Zodra we dit gezelschap opgeven, zegt māyā: "ja, kom in mijn gezelschap." Zonder enig gezelschap, kan niemand neutraal blijven. Dat is niet mogelijk. Hij moet omgaan met māyā of Kṛṣṇa. Iedereen zou dus heel serieus moeten zijn in verband met het blijven omgaan met toegewijden, met Kṛṣṇa. Kṛṣṇa betekent ... Wanneer we over Kṛṣṇa spreken, 'Kṛṣṇa' betekent met Zijn toegewijden. Kṛṣṇa is nooit alleen. Kṛṣṇa is met Rādhārāṇī, Rādhārāṇī is bij de gopī's en Kṛṣṇa is bij de koeherder jongens. We zijn niet onpersoonlijk. We zien Kṛṣṇa niet alleen. Op dezelfde manier, betekent Kṛṣṇa met de toegewijde van Kṛṣṇa. Kṛṣṇa-bewustzijn betekent blijven omgaan met de toegewijden van Kṛṣṇa."
|