"Vedische kennis zegt, zoals wordt gezegd in de Brahma-sūtra, Vedānta-sūtra, dat de originele oorzaak van de Absolute Waarheid een levend wezen is. Het is geen materie. Net zoals Kṛṣṇa zegt in de Bhagavad-gītā: ahaṁ sarvasya prabhavo mattaḥ sarvaṁ pravartate (BG 10.8). Dat aham, Kṛṣṇa, is geen dode materie. Hij is het levend wezen, Allerhoogste levend wezen. En we begrijpen ook van de Upaniṣad: nityo nityānāṁ cetanaś cetanānām (Kaṭha Upaniṣad 2.2.13). De Absolute Waarheid is een persoon, een levend wezen. Hij is het Allerhoogste levend wezen. Op dezelfde manier, is de originele Absolute Waarheid Kṛṣṇa."
|