"Om van Kṛṣṇa iets anders dan bhakti te vragen is dwaasheid. Dat is dwaasheid. Mijn Guru Mahārāja gebruikte dit voorbeeld: net als je naar een rijke man gaat en hij zegt, 'Welnu, wat je maar wilt, dat kan je vragen aan mij. Ik zal het je geven,' dan als je hem vraagt dat 'Geef me een snuifje as,' is dat erg intelligent? Op dezelfde manier, naar... Er is een verhaal, dat een oude vrouw in het bos... Ik denk dat het in Aesop's Fabel is of ergens. Dus ze droeg een grote bundel droog hout, en op de één of de andere manier viel de bundel naar beneden. Het was erg zwaar. Dus de oude vrouw werd erg veel verstoord, 'Wie zal me helpen om deze bundel weer op mijn hoofd te krijgen?' Dus ze begon God aan te roepen, 'God, help me.' En God kwam: 'Wat wil je?' 'Help me alstublieft om deze bundel op mijn hoofd te krijgen.' (gelach) Zie je. God kwam om een zegening te geven, en ze wilde dat 'Leg deze bundel weer op mijn hoofd'."
|