"De verklaring in de Bhagavad-gītā dat de mentale toestand op het moment van overlijden de basis is van de volgende geboorte, wordt ook in dit vers bevestigd." Yaṁ yaṁ vāpi smaran bhāvaṁ tyajaty ante kalevaram (BG 8.6). Over het algemeen zien we met deze materiële ogen, materiële zintuigen, grove visie niet hoe een persoon sterft en hij wordt getransformeerd naar een ander lichaam. De grove materiële wetenschappers, geleerden, omdat ze niet met de ogen kunnen zien, geloven ze niet dat er een ziel is, en de ziel verhuist van het ene lichaam naar het andere. Grote, grote wetenschappers, grote, grote geleerden, ze geloven niet."
|