"Kṛṣṇa zegt, manuṣyāṇāṁ sahasreṣu kaścid yatati siddhaye (BG 7.3): "Uit vele miljoenen mensen, kan iemand geïnteresseerd raken in wat de perfectie van het leven is." Ze willen niet. "En van zulke miljoenen mensen, yatatām api siddhānām (BG 7.3), die streven naar de perfectie van het leven, van die vele miljoenen, kan één Mij begrijpen, Kṛṣṇa." Māyā is zo sterk. Manuṣyāṇāṁ sahasreṣu kaścid yatati siddhaye. Alles is aanwezig in de Bhagavad- gītā. Kṛṣṇa-bewustzijn is niet voor gewone mensen. Zeer gelukkig, bhāgyavān jīva. Guru-kṛṣṇa kṛpaya pāya bhakti-latā-bīja (CC Madhya 19.151). Al deze levende wezens, zwervend door het universum... ei rūpe brahmāṇḍa bhramite. Als men de kans krijgt van guru en Kṛṣṇa, dan kan hij het begrijpen, en als men weer argumenteert, heeft hij weer pech."
|