"Dus God was daar en God's woord was daar. Dat is het begin, ons begin. Janmādy asya yataḥ (SB 1.1.1). Aham evāsam agre. En Bhagavad-gītā: ahaṁ sarvasya prabhavaḥ mattaḥ sarvaṁ pravartate (BG 10.8). Dit is onze filosofie, "Alles begint vanaf God." Nu kun je zeggen "Vanwaar komt God?" Maar dat is God. God bestaat, Hij is niet veroorzaakt door een andere oorzaak. Hij is de originele oorzaak. Anādir ādiḥ: "Hij heeft geen begin, maar Hij is het begin van alles." Dit is de zienswijze over God. Anādir ādir govindaḥ (Bs. 5.1). Die ādi is Govinda, persoon, Kṛṣṇa. Kṛṣṇa zegt: aham ādir hi devānām (BG 10.2). We weten van de geschiedenis, Brahmā is het begin. Hij is een deva, halfgod, één van de halfgoden. Kṛṣṇa zegt: aham ādir hi devānām. Dus Hij is ook de oorzaak van Brahmā. Dus dit is onze filosofie. Wij beginnen niet van nul of van een ongeluk/toevalligheid. Dit is niet onze filosofie."
|