"Dus de ziel, individuele ziel, is essentieel onderdeel van Kṛṣṇa. Daarom is het zijn plicht om met het geheel te blijven. Net zoals een mechanisch onderdeel, een schroef in een typemachine: Als de schroef met de machine blijft, dan heeft het waarde. En als de schroef buiten de machine blijft heeft het geen waarde. Wie geeft er nu om een kleine schroef? Maar wanneer de schroef gevraagd wordt in de machine, moet je het kopen - ze vragen vijf dollar. Waarom? Wanneer het is gefixt met de machine heeft het waarde. Er zijn zoveel voorbeelden. Net zoals de vonken van het vuur. Wanneer het vuur brandt zul je een klein deeltje van een vonk vinden, 'Fut! Fut!'; met dit is het erg mooi. Het is erg mooi omdat het met het vuur is. En zodra de vonk uit het vuur valt, dan heeft het geen waarde. Niemand geeft erom. Het is klaar. Op dezelfde manier, zolang we met Kṛṣṇa zijn, als essentieel onderdeel van Kṛṣṇa, dan hebben we waarde. En zodra we uit het zicht van Kṛṣṇa's aanraking zijn, dan hebben we geen waarde. We zouden dit moeten begrijpen."
|