"Als je eens zondige activiteiten hebt begaan, het kind in de schoot doden, 'Ok, stop het nu.' 'Nee, weer.' Tṛpyanti neha kṛpana (SB 7.9.45). Hij is nooit tevreden. Hij weet dat er hierachter lijden is. Nog steeds zal hij hier niet mee stoppen. Daarom, een bescheiden man... Een mens zou onderwezen moeten worden om bescheiden te worden, dat 'Laat me dit gejeuk tolereren, dat is alles. Ik spaar zoveel moeilijkheden uit.' Dit is kennis. Om een schurk te worden en nog meer schurk, meer schurk en lijden, is dat beschaving? Om van de mensen simpelweg schurken te maken en lijden en zelfmoord plegen? Vertel hem gewoon dat hij deze beschaving heeft gecreëerd: Wat lijdt en wat schurk wordt. Dat is alles. Tenzij je schurk wordt, hoe zul je lijden? Dus, hou ze als schurk en lijdt. Dat is de regeling van de natuur, dat 'Jullie levende wezens, jullie zijn Kṛṣṇa vergeten. Ok, kom onder mijn bestuur. Wees een schurk, blijf een schurk en lijdt.' Daivī hy eṣā guṇamayī mama māyā (BG 7.14). Waarom doet ze dat? "Geef je over aan Kṛṣṇa. Anders zul je blijven lijden." Dit is de weg van de natuur."
|