"Grof begrip - de zintuigen, het lichaam, direct zintuiglijke waarneming - dit is walgelijk. Ik zie jou, jij ziet mij. Ik raak je aan, jij raakt mij aan. Ik proef iets ... Dit is grof. Boven dit grove is er mentale platform. Dus mantra is ook op het mentale, iets daarboven, intelligentie. En daarboven is er een spiritueel platform. Dus als op het materiële platform, mentale platform, de mantra zo wonderbaarlijk kan werken, hoeveel kan de mantra jou ten goede komen op spiritueel vlak; dit moet je je gewoon voorstellen. Dus deze Hare Kṛṣṇa-mantra is volledig spiritueel. Als je het chant, spiritueel verlicht, dan zal het zeker werken. Paraṁ vijayate śrī-kṛṣṇa-saṅkīrtanam. Het zal werken. Daarom is chanten zo belangrijk. Chanten is niet ... ... Narottama dāsa Ṭhākura zei dat deze geluidstrilling niet dit materiële geluid is. Kṛṣṇa is geen materieel geluid. Het is Kṛṣṇa, spiritueel. Abhinnatvān nāma-nāminoḥ (CC Madhya 17.133)."
|