"Kṛṣṇa-bewustzijn wordt door Kṛṣṇa beschreven in de Bhagavad-gītā: Man-manā bhava mad-bhaktaḥ (BG 18.65). Dat is alles. "Denk altijd aan Mij", man-manāḥ en bhava mad-bhaktaḥ, "Wees bereid om Mij altijd te dienen." Bhakta betekent, waar er bhakti en Bhagavān is. Dan bhakta. Als er geen Bhagavān is, en er ook geen activiteiten zijn om Bhagavān te dienen, dan is er ook geen bhakta. Het zijn demonen. Dus bhakta betekent dat er Bhagavān moet zijn. Sevya, sevaka en sevā. Sevya sevaka sevā, drie dingen. Sevya betekent wie bediend moet worden, de meester, sevya. En sevaka betekent de dienaar. Als er een meester en een dienaar is, dan is er sevā. Deze sevā wordt bhakti genoemd."
|