"Zolang je een ander lichaam moet accepteren, moet je lijden. Lijden betekent dit lichaam. Dat zegt Kṛṣṇa. Janma-mṛtyu-jarā-vyādhi-duḥkha-doṣānudarśanam (BG 13.9). Echt lijden is hier, dat je je geboorte moet nemen, je dood moet gaan, je moet lijden aan ziektes en ouderdom. Maar je positie is: Na hanyate hanyamāne śarīre (BG 2.20). Na jāyate na mriyate vā kadācit. Je zaak is om niet geboren te worden en dood te gaan. Maar waarom ben je ... lijden. Niemand wil sterven; je moet sterven. Niemand wil een oude man worden; hij moet het worden. Dus je weet niet wat lijden is en hoe het te verzachten. En Kṛṣṇa zegt: 'Dit is lijden: Janma-mṛtyu-jarā-vyādhi-duḥkha-doṣānudarśanam'. Dit is kennis."
|