NL/Prabhupada 0352 - Deze literatuur zal de hele wereld revolutioneren



Tad-vāg-visargo janatāgha-viplavaḥ. Elke compositie met ergens of soms de verheerlijking van de Allerhoogste Heer. Tad-vāg-visa ..., janatāgha-viplavaḥ. Zulke literatuur is revolutionair. Revolutionair. Viplavaḥ. Viplava betekent revolutie. Wat voor soort viplava? Net als in de revolutie, een politieke partij overwint een andere politieke partij, of een soort van ... Wij begrijpen dat revolutie politieke revolutie betekent. De ene politieke gedachte worden overmeesterd door een ander soort politieke gedachte. Dat heet revolutie. Dus het Engelse woord is revolutie, en het Sanskriet woord is viplava. Dus tad-vāg-visargo janatāgha-viplavaḥ. Als zulke literatuur wordt gepresenteerd ... Net zoals wij presenteren. We zijn geen grote geleerden. We hebben geen kwalificatie om heel goede literatuur samen te stellen. Er kunnen zoveel fouten zijn of wat het ook mag zijn. Maar het is revolutionair. Dat is een feit. Het is revolutionair. Waarom nemen anders grote geleerden, professoren, universiteit autoriteiten en bibliothecarissen het aan? Ze denken, ze weten dat deze literatuur de hele wereld zal revolutioneren. Omdat er in de westerse wereld geen dergelijke gedachte is. Zij zijn het daarmee eens. Dus waarom is het revolutionair? Omdat het een poging is om Kṛṣṇa, de Allerhoogste Persoonlijkheid Gods, te verheerlijken. Niets meer. Er is geen literaire carrière. Dus dit wordt geaccepteerd.

Tad-vāg-visargo janatāgha-viplavo yasmin prati-ślokam abaddha ... Śloka (SB 1.5.11). Om een Sanskriet śloka te schrijven is er hoge geleerdheid nodig. Er zijn vele regels en bepalingen. Het is niet dat je maar iets samenstelt en je wordt een dichter. Nee, er zijn voldoende regels en voorschriften die je moet volgen. Dan kan je samenstellen. Net zoals je ziet dat er een maat is:

tathā paramahaṁsānāṁ
munīnām amalātmanām
bhakti-yoga-vidhānārthaṁ
kathaṁ paśyema hi striyaḥ
(SB 1.8.20)

Er is een maat. Bij elke śloka is er een maat. Dus, zelfs als het niet geschreven is in de standaard maat, en soms zijn er gebreken, dus toch, want er is verheerlijking van de Allerhoogste Heer ... Nāmāny anantasya. Ananta is de Allerhoogste, onbeperkt. Zijn namen zijn er. Daarom accepteerde mijn guru Mahārāja het. Als anantasya, van de Ananta, de Allerhoogste, de naam er is; "Kṛṣṇa", "Nārāyaṇa", "Caitanya," als dat, dus śṛṇvanti gāyanti gṛṇanti sādhavaḥ. Sādhavaḥ betekent zij die heilige personen zijn. Zulke literatuur, hoewel geschreven in gebrekkige taal, als ze het horen. Hoor het. Omdat er verheerlijking is van de Heer.

Dus dit is het systeem. Of de één of andere manier moeten we aan Kṛṣṇa gehecht zijn. Mayy āsakta-manāḥ pārtha. Dat is onze enige taak, hoe kunnen we zijn ... Het maakt niet uit, in gebrekkige taal. Soms ... Er zijn veel Sanskrit woorden die niet goed worden uitgesproken. Net zoals wij doen. We zijn niet erg expert. Er zijn veel expert Sanskriet sprekers, de veda-mantra. En wij zijn niet zo deskundig. Maar we proberen. Maar de naam van Kṛṣṇa is er. Daarom is het voldoende.