NL/Prabhupada 0833 - Beloof om te dienen als sannyasi ten overstaan van Krishna, Vaisnava, guru en het vuur: Difference between revisions

(Created page with "<!-- BEGIN CATEGORY LIST --> Category:1080 Dutch Pages with Videos Category:Prabhupada 0833 - in all Languages Category:NL-Quotes - 1975 Category:NL-Quotes - Lec...")
 
(Vanibot #0005: NavigationArranger - update old navigation bars (prev/next) to reflect new neighboring items)
 
Line 7: Line 7:
[[Category:NL-Quotes - in India, Bombay]]
[[Category:NL-Quotes - in India, Bombay]]
<!-- END CATEGORY LIST -->
<!-- END CATEGORY LIST -->
<!-- BEGIN NAVIGATION BAR -- DO NOT EDIT OR REMOVE -->
{{1080 videos navigation - All Languages|Dutch|NL/Prabhupada 0832 - Reinheid staat naast goddelijkheid|0832|NL/Prabhupada 0834 - Bhakti is alleen bestemd voor Bhagavan|0834}}
<!-- END NAVIGATION BAR -->
<!-- BEGIN ORIGINAL VANIQUOTES PAGE LINK-->
<!-- BEGIN ORIGINAL VANIQUOTES PAGE LINK-->
<div class="center">
<div class="center">
Line 15: Line 18:


<!-- BEGIN VIDEO LINK -->
<!-- BEGIN VIDEO LINK -->
{{youtube_right|hXkh7qWAHZs|Zweer om te dienen als sannyasi voor Krishna, Vaisnava, guru en het vuur<br/>- Prabhupāda 0833}}
{{youtube_right|hXkh7qWAHZs|Beloof om te dienen als sannyasi ten overstaan van Krishna, Vaisnava, guru en het vuur<br/>- Prabhupāda 0833}}
<!-- END VIDEO LINK -->
<!-- END VIDEO LINK -->


<!-- BEGIN AUDIO LINK (from English page -->
<!-- BEGIN AUDIO LINK (from English page -->
<mp3player>File:751118IN-BOMBAY_clip1.mp3</mp3player>
<mp3player>https://s3.amazonaws.com/vanipedia/clip/751118IN-BOMBAY_clip1.mp3</mp3player>
<!-- END AUDIO LINK -->
<!-- END AUDIO LINK -->


Line 27: Line 30:


<!-- BEGIN TRANSLATED TEXT (from DotSub) -->
<!-- BEGIN TRANSLATED TEXT (from DotSub) -->
Onze sannyāsī werken heel hard, prediken, geld inzamelen, maar geen enkele cent voor zichzelf. Als eerste wordt de brahmacārī opgeleid. Brahmacārī guru-kule vasan dānto guror hitam ([[Vanisource:SB 7.12.1|SB 7.12.1]]). Brahmacārī is opgeleid om te leven op de plaats van guru ten behoeve van de guru. Hetzelfde principe geldt in volwassenheid, als iemand zijn leven wijdt ten behoeve van Krishna.  
Onze ''sannyāsī's'' werken heel hard, prediken en zamelen geld in, maar geen enkele cent voor zichzelf. Ten eerste wordt de ''brahmacārī'' opgeleid. ''Brahmacārī guru-kule vasan dānto guror hitam'' ([[Vanisource:SB 7.12.1|SB 7.12.1]]). De ''brahmacārī'' wordt getraind om bij de ''guru'' te wonen om de ''guru'' te helpen. Hetzelfde principe geldt als het volgroeid is en als iemand zijn leven wijdt ten behoeve van Kṛṣṇa. Ten behoeve van Kṛṣṇa betekent ten behoeve van de hele wereld. Kṛṣṇa wil; ''sarva-dharmān parityajya mām ekaṁ śaraṇaṁ vraja'' ([[NL/BG 18.66|BG 18.66]]).  


Ten behoeve van Krishna betekent ten behoeve van de hele wereld. Krishna wil, sarva-dharmān parityajya mām ekaṁ śaraṇaṁ vraja (BG 18.66). Een sannyāsī moet van deur tot deur gaan. Mahad-vicalanaṁ nṛṇāṁ gṛhiṇāṁ dīna-cetasām ([[Vanisource:SB 10.8.4|SB 10.8.4]]). Eensann yāsī wordt mahātmā genoemd. Waarom is hij een mahātmā? Omdat zijn ātmā is nu breder is. Gṛhiṇāṁ dīna-cetasām. Mahad-vicalanam. Mahātmā reist of wandelt van land tot land, van deur tot deur, mahad-vicalanaṁ nṛṇāṁ gṛhiṇām, speciaal voor de gezinsmensen, dīna-cetasām, wiens bewustzijn of geest is heel kreupel is Ze zijn dīna-cetasām. Al deze materialistische personen, ze zijn uitsluitend geïnteresseerd hoe te genieten van de zintuigen, daarom worden ze dīna-cetasām, kreupele geesten, genoemd. Ze hebben geen ander idee. Om hen te verlichten is het de plicht van de sannyāsī om van deur tot deur te gaan, land tot land, gewoon om hen te leren over het doel van het leven. Dat gebeurt nog steeds in India. Nog steeds, als een sannyāsī naar een dorp gaat, dan zullen mensen hem uitnodigen en proberen om hem te horen spreken.  
Een ''sannyāsī'' moet van deur tot deur gaan. ''Mahad-vicalanaṁ nṛṇāṁ gṛhiṇāṁ dīna-cetasām'' ([[Vanisource:SB 10.8.4|SB 10.8.4]]). Een ''sannyāsī'' wordt ''mahātmā'' genoemd. Waarom is hij een ''mahātmā''? Omdat zijn ''ātmā'' is nu ruimer is. ''Gṛhiṇāṁ dīna-cetasām''. ''Mahad-vicalanam''. Een ''mahātmā'' reist of wandelt van land tot land, van deur tot deur, ''mahad-vicalanaṁ nṛṇāṁ gṛhiṇām'', speciaal voor de getrouwde mensen, ''dīna-cetasām'', wiens bewustzijn of geest heel beperkt is. Ze zijn ''dīna-cetasām''. Al deze materialistische mensen zijn alleen geïnteresseerd in hoe van de zintuigen te genieten, daarom worden ze ''dīna-cetasām'' genoemd, beperkt van geest. Ze hebben geen ander idee. Dus om hun te verlichten is het de plicht van de ''sannyāsī'' om van deur tot deur te gaan, van land naar land, alleen om hun te leren over het doel van het leven. Dat gebeurt nog steeds in India. Nog steeds als een ''sannyāsī'' naar een dorp gaat dan zullen de mensen hem uitnodigen en proberen naar hem te luisteren.  


Dus jullie zweren om te dienen, voor Krishna, Vaiṣṇava, guru en het vuur. Wees heel voorzichtig dat je je plicht niet vergeet. Jullie hebben een goede kans gekregen. Jullie gaan naar Afrika om die personen te verlossen. Śukadeva Gosvāmī zegt, kirāta-hūṇāndhra-pulinda-pulkaśā ābhīra-śumbhā yavanāḥ khasādayaḥ, ye 'nye ca pāpā ([[Vanisource:SB 2.4.18|SB 2.4.18]]). Deze groepen mensen, zwarte mensen, kirāta, worden beschouwd als zeer gevallen. Ze worden niṣāda genoemd. Niṣāda werd geboren uit Vena, Koning Vena. Ze hebben de neiging om te stelen, daarom hebben ze een aparte plek gekregen, de Afrikaanse jungle. Dat staat in het Bhāgavatam. Maar iedereen kan worden verlost. Kirāta-hūṇāndhra-pulinda-pulkaśā ābhīra-śumbhā yavanāḥ khasādayaḥ ye 'nye ca pāpā. Deze staan ​​bekend als zondig leven. Maar Śukadeva Gosvāmī zegt: "Er kunnen nog anderen zijn, die hier niet genoemd worden." Ye 'nye ca pāpā yad-apāśrayāśrayāḥ "Als ze beschutting van een Vaiṣṇava nemen", śudhyanti, "dan worden ze gezuiverd."  
Dus je doet de belofte om te dienen ten overstaan van Kṛṣṇa, ''Vaiṣṇava'', ''guru'' en het vuur. Dus je zal heel voorzichtig zijn dat je je plicht niet vergeet. Je hebt goede mogelijkheden. Je gaat naar Afrika om die mensen te verlossen. Śukadeva Gosvāmī zegt; ''kirāta-hūṇāndhra-pulinda-pulkaśā ābhīra-śumbhā yavanāḥ khasādayaḥ, ye 'nye ca pāpā'' ([[Vanisource:SB 2.4.18|SB 2.4.18]]). Deze groepen mensen, de zwarte mensen, ''kirāta'', worden als heel gevallen beschouwd. Ze worden ''niṣāda'' genoemd. ''Niṣāda'' werd geboren uit Koning Vena. Dus ze zijn gewend om te stelen, daarom hebben ze een aparte plek gekregen, de Afrikaanse jungles. Dat staat in het Bhāgavatam. Maar iedereen kan worden verlost. ''Kirāta-hūṇāndhra-pulinda-pulkaśā ābhīra-śumbhā yavanāḥ khasādayaḥ ye 'nye ca pāpā'' ([[Vanisource:SB 2.4.18|SB 2.4.18]]). Deze staan ​​bekend als zondig leven. Maar Śukadeva Gosvāmī zegt: "Er kunnen nog anderen zijn die hier niet genoemd worden."  


Dus je moet een zeer standvastige Vaiṣṇava worden, dan zul je in staat zijn om hen te bevrijden. Śudhyanti. Hoe kunnen ze worden gezuiverd zonder opnieuw geboren te worden? Ja. Prabhaviṣṇave namaḥ. Omdat een Vaiṣṇava ze gaat bevrijden, door de macht van Viṣṇu zijn ze bekrachtigd. We hebben, de vorige keer toen ik naar Nairobi ging, in de praktijk gezien, dat zo veel Afrikanen heel netjes vooruitgang boeken. Ze stellen goede vragen. Ze volgen de regels en bepalingen. Afrikaanse mensen zijn niet zo ontwikkeld, of zogenaamd beschaafd, dat ze God vergeten zijn. Als je oprecht werkt en als je door je moeite één persoon kan verlossen, dan word je meteen erkend door Krishna. Na ca tasmān manuṣyeṣu kaścin me priya-kṛttamaḥ ([[Vanisource:BG 18.69|BG 18.69]]). Dit is de snelste manier om erkend te worden door Krishna, door predik werk.
''Ye 'nye ca pāpā yad-apāśrayāśrayāḥ'' ([[Vanisource:SB 2.4.18|SB 2.4.18]]); Als ze beschutting bij een ''Vaiṣṇava'' nemen, ''śudhyanti'', dan worden ze gezuiverd. Dus je moet een heel strikte ''Vaiṣṇava'' worden, dan zal je in staat zijn om hun te bevrijden. ''Śudhyanti''. Hoe kunnen ze worden gezuiverd zonder opnieuw geboren te worden? Ja. ''Prabhaviṣṇave namaḥ''. Omdat een ''Vaiṣṇava'' ze gaat bevrijden, door de macht van Viṣṇu worden ze bekrachtigd.  
 
Dus de vorige keer toen ik naar Nairobi ging hebben we in de praktijk gezien dat zoveel Afrikanen heel goed vooruitgang maken. Ze stellen goede vragen. Ze volgen de regels en bepalingen. Dus de Afrikaanse mensen zijn niet zo ontwikkeld of zogenaamd beschaafd om God te vergeten. Maar als je oprecht werkt en als je met je inspanning maar één iemand kan verlossen dan wordt je meteen erkend door Kṛṣṇa. ''Na ca tasmān manuṣyeṣu kaścin me priya-kṛttamaḥ'' ([[NL/BG 18.69|BG 18.69]]). Predikwerk is de snelste manier om door Kṛṣṇa erkend te worden.  
<!-- END TRANSLATED TEXT -->
<!-- END TRANSLATED TEXT -->

Latest revision as of 07:08, 28 June 2021



Sannyasa Initiation -- Bombay, November 18, 1975

Onze sannyāsī's werken heel hard, prediken en zamelen geld in, maar geen enkele cent voor zichzelf. Ten eerste wordt de brahmacārī opgeleid. Brahmacārī guru-kule vasan dānto guror hitam (SB 7.12.1). De brahmacārī wordt getraind om bij de guru te wonen om de guru te helpen. Hetzelfde principe geldt als het volgroeid is en als iemand zijn leven wijdt ten behoeve van Kṛṣṇa. Ten behoeve van Kṛṣṇa betekent ten behoeve van de hele wereld. Kṛṣṇa wil; sarva-dharmān parityajya mām ekaṁ śaraṇaṁ vraja (BG 18.66).

Een sannyāsī moet van deur tot deur gaan. Mahad-vicalanaṁ nṛṇāṁ gṛhiṇāṁ dīna-cetasām (SB 10.8.4). Een sannyāsī wordt mahātmā genoemd. Waarom is hij een mahātmā? Omdat zijn ātmā is nu ruimer is. Gṛhiṇāṁ dīna-cetasām. Mahad-vicalanam. Een mahātmā reist of wandelt van land tot land, van deur tot deur, mahad-vicalanaṁ nṛṇāṁ gṛhiṇām, speciaal voor de getrouwde mensen, dīna-cetasām, wiens bewustzijn of geest heel beperkt is. Ze zijn dīna-cetasām. Al deze materialistische mensen zijn alleen geïnteresseerd in hoe van de zintuigen te genieten, daarom worden ze dīna-cetasām genoemd, beperkt van geest. Ze hebben geen ander idee. Dus om hun te verlichten is het de plicht van de sannyāsī om van deur tot deur te gaan, van land naar land, alleen om hun te leren over het doel van het leven. Dat gebeurt nog steeds in India. Nog steeds als een sannyāsī naar een dorp gaat dan zullen de mensen hem uitnodigen en proberen naar hem te luisteren.

Dus je doet de belofte om te dienen ten overstaan van Kṛṣṇa, Vaiṣṇava, guru en het vuur. Dus je zal heel voorzichtig zijn dat je je plicht niet vergeet. Je hebt goede mogelijkheden. Je gaat naar Afrika om die mensen te verlossen. Śukadeva Gosvāmī zegt; kirāta-hūṇāndhra-pulinda-pulkaśā ābhīra-śumbhā yavanāḥ khasādayaḥ, ye 'nye ca pāpā (SB 2.4.18). Deze groepen mensen, de zwarte mensen, kirāta, worden als heel gevallen beschouwd. Ze worden niṣāda genoemd. Niṣāda werd geboren uit Koning Vena. Dus ze zijn gewend om te stelen, daarom hebben ze een aparte plek gekregen, de Afrikaanse jungles. Dat staat in het Bhāgavatam. Maar iedereen kan worden verlost. Kirāta-hūṇāndhra-pulinda-pulkaśā ābhīra-śumbhā yavanāḥ khasādayaḥ ye 'nye ca pāpā (SB 2.4.18). Deze staan ​​bekend als zondig leven. Maar Śukadeva Gosvāmī zegt: "Er kunnen nog anderen zijn die hier niet genoemd worden."

Ye 'nye ca pāpā yad-apāśrayāśrayāḥ (SB 2.4.18); Als ze beschutting bij een Vaiṣṇava nemen, śudhyanti, dan worden ze gezuiverd. Dus je moet een heel strikte Vaiṣṇava worden, dan zal je in staat zijn om hun te bevrijden. Śudhyanti. Hoe kunnen ze worden gezuiverd zonder opnieuw geboren te worden? Ja. Prabhaviṣṇave namaḥ. Omdat een Vaiṣṇava ze gaat bevrijden, door de macht van Viṣṇu worden ze bekrachtigd.

Dus de vorige keer toen ik naar Nairobi ging hebben we in de praktijk gezien dat zoveel Afrikanen heel goed vooruitgang maken. Ze stellen goede vragen. Ze volgen de regels en bepalingen. Dus de Afrikaanse mensen zijn niet zo ontwikkeld of zogenaamd beschaafd om God te vergeten. Maar als je oprecht werkt en als je met je inspanning maar één iemand kan verlossen dan wordt je meteen erkend door Kṛṣṇa. Na ca tasmān manuṣyeṣu kaścin me priya-kṛttamaḥ (BG 18.69). Predikwerk is de snelste manier om door Kṛṣṇa erkend te worden.