NL/Prabhupada 0936 - Alleen maar beloven: "In de toekomst." Maar wat krijgt u nu voor elkaar meneer?: Difference between revisions

 
(Vanibot #0005: NavigationArranger - update old navigation bars (prev/next) to reflect new neighboring items)
 
Line 9: Line 9:
[[Category:Dutch Language]]
[[Category:Dutch Language]]
<!-- END CATEGORY LIST -->
<!-- END CATEGORY LIST -->
<!-- BEGIN NAVIGATION BAR -- DO NOT EDIT OR REMOVE -->
{{1080 videos navigation - All Languages|Dutch|NL/Prabhupada 0935 - De echte levensbehoefte is om voor het comfort van de ziel te zorgen|0935|NL/Prabhupada 0937 - De kraai zal niet naar de zwaan gaan. De zwaan zal niet naar de kraai gaan|0937}}
<!-- END NAVIGATION BAR -->
<!-- BEGIN ORIGINAL VANIQUOTES PAGE LINK-->
<!-- BEGIN ORIGINAL VANIQUOTES PAGE LINK-->
<div class="center">
<div class="center">
Line 17: Line 20:


<!-- BEGIN VIDEO LINK -->
<!-- BEGIN VIDEO LINK -->
{{youtube_right|vcsXoA-tSOs|Alleen maar beloven; 'In de toekomst.' 'Maar wat krijgt u nu voor elkaar meneer?'<br/>- Prabhupāda 0936}}
{{youtube_right|vcsXoA-tSOs|Alleen maar beloven: "In de toekomst." Maar wat krijgt u nu voor elkaar meneer?<br/>- Prabhupāda 0936}}
<!-- END VIDEO LINK -->
<!-- END VIDEO LINK -->


<!-- BEGIN AUDIO LINK (from English page -->
<!-- BEGIN AUDIO LINK (from English page -->
<mp3player>File:730425SB-LOS ANGELES_clip5.mp3</mp3player>
<mp3player>https://s3.amazonaws.com/vanipedia/clip/730425SB-LOS_ANGELES_clip5.mp3</mp3player>
<!-- END AUDIO LINK -->
<!-- END AUDIO LINK -->


Line 29: Line 32:


<!-- BEGIN TRANSLATED TEXT (from DotSub) -->
<!-- BEGIN TRANSLATED TEXT (from DotSub) -->
Op dit moment zijn we in een zieke toestand. Ze weten niet wat de zieke toestand is, en wat de gezonde toestand is, deze schurken. Ze weten niets, toch gaan ze door voor grote wetenschappers en filosofen... Ze vragen zich niet af dat: "Ik wil niet sterven. Waarom word ik toch gedwongen te sterven.?" Er is geen dergelijk onderzoek. Ook is er geen oplossing. En toch zijn het wetenschappers. Wat voor soort wetenschappers?  
Op dit moment zijn we in een zieke toestand. Deze dwazen weten niet wat de zieke toestand is en wat de gezonde toestand is. Ze weten niets, toch gaan ze door voor grote wetenschappers en filosofen. Ze vragen zich niet af dat: "Ik wil niet sterven. Waarom word ik toch gedwongen te sterven?" Er is geen dergelijk onderzoek. Noch is er een oplossing. En toch zijn het wetenschappers. Wat voor soort wetenschappers? Wetenschap betekent dat je vooruitgang maakt in kennis zodat je ellendige levenstoestand kan verminderen, minimaliseren. Dat is wetenschap. Wat is anders dan deze wetenschap? Ze beloven alleen maar; "In de toekomst." Maar wat krijgt u nu voor elkaar meneer? "Nu ben je aan het lijden, en als je lijdt, blijf nog maar lijden. In de toekomst zullen we wat chemicaliën uitvinden."


Wetenschap betekent dat je vooruitgang maakt in kennis zodat je de ellendige toestand van leven kan verminderen, minimaliseren. Dat is wetenschap. Zo niet, wat is dan deze wetenschap? Ze beloven alleen maar; "In de toekomst." "Maar wat krijgt u nu voor elkaar meneer?" "Nu ben je aan het lijden - en als je lijdt, blijf nog even lijden. In de toekomst zullen we wat chemicaliën uitvinden." Nee. Eigenlijk ātyantika-duḥkha-nivṛtti. Ātyantika, uiterste. Ātyantika betekent uiterste. Duḥkha betekent lijden. Dat moet het doel van het menselijk leven zijn. Dus ze weten niet wat ātyantika-duḥkha is. Duḥkha betekent lijden. Dus ātyantika-duḥkha wordt aangeduid in de Bhagavad-gītā. "Hier is de ātyantika-duḥkha, meneer." Wat is dit? Janma-mṛtyu-jarā-vyādhi ([[Vanisource:BG 13.9|BG 13.9]]). Geboorte, dood, ouderdom en ziekte.  
Nee. Eigenlijk ''ātyantika-duḥkha-nivṛtti''. ''Ātyantika'' betekent uiterste. ''Duḥkha'' betekent lijden. Dat moet het doel van het menselijk leven zijn. Dus ze weten niet wat ''ātyantika-duḥkha'' is. ''Duḥkha'' betekent lijden. Dus ''ātyantika-duḥkha'' wordt aangeduid in de Bhagavad-gītā. Hier is de ''ātyantika-duḥkha'', meneer. Wat is dit? ''Janma-mṛtyu-jarā-vyādhi'' ([[NL/BG 13.8-12|BG 13.9]]). Geboorte, dood, ouderdom en ziekte.  


Dus wat heb je gedaan om het lijden, dit duḥkha, te verminderen of te doen verdwijnen? Dus er is niet zoiets in de materiële wereld. Ātyantika-duḥkha-nivṛtti. Definitief opgeven van alle vormen van lijden wordt vermeld in de Bhagavad-gītā. Wat is dat?  
Dus wat heb je gedaan om het lijden, dit ''duḥkha'', te verminderen of te doen verdwijnen? Dus er is niet zoiets in de materiële wereld. ''Ātyantika-duḥkha-nivṛtti''. Definitief opgeven van alle vormen van lijden wordt vermeld in de Bhagavad-gītā. Wat is dat?  


:mām upetya kaunteya
:''mām upetya kaunteya<br/>duḥkhālayam aśāśvatam<br/>nāpnuvanti mahātmānaḥ<br/>saṁsiddhiṁ paramāṁ gatāḥ<br/>''([[NL/BG 8.15|BG 8.15]])
:duḥkhālayam aśāśvatam
:nāpnuvanti mahātmānaḥ
:saṁsiddhiṁ paramāṁ gatāḥ  
:([[Vanisource:BG 8.15|BG 8.15]])


Dus je moet dit allemaal lezen. Je hebt het Bhāgavata, alles wordt uitgelegd. Dit is ātyantika-duḥkha-nivṛtti - definitieve verlossing van al het lijden. Wat is dat? Mām upetya. "Iemand die Mij benadert of iemand die tot Mij komt, terug naar huis, terug naar God." Dus ze hebben geen kennis van wat God is en of iemand terug naar huis, terug naar God kan gaan. Of het een praktische iets is of niet. Geen kennis. Gewoon als de dieren. Dat is alles. Geen kennis. Ze bidden: "O, God, geef ons heden ons dagelijks brood." Vraag hem nu: "Wat is God?" Kan hij dat uitleggen? Nee. Tot wie bidden we dan? In de lucht? Als ik vraag, of als ik een petitie indien, dan moet er een persoon zijn. Dus als ik niet weet wie die persoon is, waar ik deze petitie in moet dienen. Gewoon ... Ze zeggen dat Hij in de lucht is. In de lucht zijn ook zo veel vogels, (gelach), maar dat is niet God. Zij hebben geen kennis, geen kennis. Gebrekkige kennis, allemaal. En ze gaan door voor wetenschappers, filosofen, grote denkers, schrijvers en ... Allemaal onzin, allemaal onzin. Het enige boek is Śrīmad-Bhāgavatam, Bhagavad-gītā. Allemaal onzin. In het Bhāgavatam wordt gezegd:
Dus je moet dit allemaal lezen. Je hebt het Bhāgavata, alles wordt uitgelegd. Dit is ''ātyantika-duḥkha-nivṛtti''; definitieve verlossing van al het lijden. Wat is dat? ''Mām upetya''. "Iemand die Mij benadert of iemand die tot Mij komt, terug naar huis, terug naar God." Dus ze hebben geen kennis van wat God is en of iemand terug naar huis, terug naar God, kan gaan. Of het een praktische iets is of niet. Geen kennis. Gewoon als de dieren. Dat is alles. Geen kennis. Ze bidden: "O God, geef ons dagelijks brood." Vraag hem nu: "Wat is God?" Kan hij dat uitleggen? Nee. Aan wie vragen we dan? In de lucht? Als ik vraag of als ik een petitie indien dan moet er een persoon zijn. Dus ik weet niet wie die persoon is waar ik deze petitie moet indienen. Ze zeggen dat Hij in de lucht is. In de lucht zijn ook zoveel vogels maar dat is niet God. Snap je? Ze hebben geen kennis, allemaal gebrekkige kennis. En ze gaan door voor wetenschappers, filosofen, grote denkers, schrijvers en ... Allemaal onzin, allemaal onzin. Het enige boek is het Śrīmad-Bhāgavatam en de Bhagavad-gītā. Allemaal onzin.  


:tad-vāg-visargo janatāgha-viplavo
In het Bhāgavatam staat;
:yasmin prati-ślokam abaddhavaty api
:nāmāny anantasya yaśo 'ṅkitāni yat
:śṛṇvanti gāyanti gṛṇanti sādhavaḥ
:([[Vanisource:SB 1.5.11|SB 1.5.11]])


En aan de andere kant: na yad vacaś citra-padaṁ harer yaśo (jagat-pavitraṁ) pragṛṇīta karhicit tad vāyasaṁ tīrtham ... ([[Vanisource:SB 1.5.10|SB 1.5.10]]). Tad vāyasaṁ tīrtham. Elke literatuur die geen verbinding heeft met de kennis van God, tad, tad vāyasaṁ tīrtham, dat is net als een plaats waar de kraaien zich vermaken. Waar vermaken de kraaien zich? Op een vieze plaats. En de zwanen, de witte zwanen, die vermaken zich in mooi helder water bij een tuin en meer vogels.
:''tad-vāg-visargo janatāgha-viplavo<br/>yasmin prati-ślokam abaddhavaty api<br/>nāmāny anantasya yaśo 'ṅkitāni yat<br/>śṛṇvanti gāyanti gṛṇanti sādhavaḥ<br/>''([[Vanisource:SB 1.5.11|SB 1.5.11]])
 
En aan de andere kant; ''na yad vacaś citra-padaṁ harer yaśo jagat-pavitraṁ pragṛṇīta karhicit tad vāyasaṁ tīrtham'' ... ([[Vanisource:SB 1.5.10|SB 1.5.10]]). ''Tad vāyasaṁ tīrtham''. Elke literatuur die geen verbinding heeft met de kennis over God; ''tad vāyasaṁ tīrtham'', dat is net als een plaats waar de kraaien zich vermaken. Waar vermaken de kraaien zich? Op een vieze plaats. En de de witte zwanen vermaken zich in mooi helder water bij een tuin en meer vogels.
<!-- END TRANSLATED TEXT -->
<!-- END TRANSLATED TEXT -->

Latest revision as of 07:05, 22 October 2021



730425 - Lecture SB 01.08.33 - Los Angeles

Op dit moment zijn we in een zieke toestand. Deze dwazen weten niet wat de zieke toestand is en wat de gezonde toestand is. Ze weten niets, toch gaan ze door voor grote wetenschappers en filosofen. Ze vragen zich niet af dat: "Ik wil niet sterven. Waarom word ik toch gedwongen te sterven?" Er is geen dergelijk onderzoek. Noch is er een oplossing. En toch zijn het wetenschappers. Wat voor soort wetenschappers? Wetenschap betekent dat je vooruitgang maakt in kennis zodat je ellendige levenstoestand kan verminderen, minimaliseren. Dat is wetenschap. Wat is anders dan deze wetenschap? Ze beloven alleen maar; "In de toekomst." Maar wat krijgt u nu voor elkaar meneer? "Nu ben je aan het lijden, en als je lijdt, blijf nog maar lijden. In de toekomst zullen we wat chemicaliën uitvinden."

Nee. Eigenlijk ātyantika-duḥkha-nivṛtti. Ātyantika betekent uiterste. Duḥkha betekent lijden. Dat moet het doel van het menselijk leven zijn. Dus ze weten niet wat ātyantika-duḥkha is. Duḥkha betekent lijden. Dus ātyantika-duḥkha wordt aangeduid in de Bhagavad-gītā. Hier is de ātyantika-duḥkha, meneer. Wat is dit? Janma-mṛtyu-jarā-vyādhi (BG 13.9). Geboorte, dood, ouderdom en ziekte.

Dus wat heb je gedaan om het lijden, dit duḥkha, te verminderen of te doen verdwijnen? Dus er is niet zoiets in de materiële wereld. Ātyantika-duḥkha-nivṛtti. Definitief opgeven van alle vormen van lijden wordt vermeld in de Bhagavad-gītā. Wat is dat?

mām upetya kaunteya
duḥkhālayam aśāśvatam
nāpnuvanti mahātmānaḥ
saṁsiddhiṁ paramāṁ gatāḥ
(BG 8.15)

Dus je moet dit allemaal lezen. Je hebt het Bhāgavata, alles wordt uitgelegd. Dit is ātyantika-duḥkha-nivṛtti; definitieve verlossing van al het lijden. Wat is dat? Mām upetya. "Iemand die Mij benadert of iemand die tot Mij komt, terug naar huis, terug naar God." Dus ze hebben geen kennis van wat God is en of iemand terug naar huis, terug naar God, kan gaan. Of het een praktische iets is of niet. Geen kennis. Gewoon als de dieren. Dat is alles. Geen kennis. Ze bidden: "O God, geef ons dagelijks brood." Vraag hem nu: "Wat is God?" Kan hij dat uitleggen? Nee. Aan wie vragen we dan? In de lucht? Als ik vraag of als ik een petitie indien dan moet er een persoon zijn. Dus ik weet niet wie die persoon is waar ik deze petitie moet indienen. Ze zeggen dat Hij in de lucht is. In de lucht zijn ook zoveel vogels maar dat is niet God. Snap je? Ze hebben geen kennis, allemaal gebrekkige kennis. En ze gaan door voor wetenschappers, filosofen, grote denkers, schrijvers en ... Allemaal onzin, allemaal onzin. Het enige boek is het Śrīmad-Bhāgavatam en de Bhagavad-gītā. Allemaal onzin.

In het Bhāgavatam staat;

tad-vāg-visargo janatāgha-viplavo
yasmin prati-ślokam abaddhavaty api
nāmāny anantasya yaśo 'ṅkitāni yat
śṛṇvanti gāyanti gṛṇanti sādhavaḥ
(SB 1.5.11)

En aan de andere kant; na yad vacaś citra-padaṁ harer yaśo jagat-pavitraṁ pragṛṇīta karhicit tad vāyasaṁ tīrtham ... (SB 1.5.10). Tad vāyasaṁ tīrtham. Elke literatuur die geen verbinding heeft met de kennis over God; tad vāyasaṁ tīrtham, dat is net als een plaats waar de kraaien zich vermaken. Waar vermaken de kraaien zich? Op een vieze plaats. En de de witte zwanen vermaken zich in mooi helder water bij een tuin en meer vogels.