NL/Prabhupada 0400 - Het commentaar bij Sri Sri Siksastakam: Difference between revisions

 
m (Text replacement - "(<!-- (BEGIN|END) NAVIGATION (.*?) -->\s*){2,}" to "<!-- $2 NAVIGATION $3 -->")
 
Line 5: Line 5:
[[Category:NL-Quotes - Purports to Songs]]
[[Category:NL-Quotes - Purports to Songs]]
<!-- END CATEGORY LIST -->
<!-- END CATEGORY LIST -->
<!-- BEGIN NAVIGATION BAR -- DO NOT EDIT OR REMOVE -->
{{1080 videos navigation - All Languages|Dutch|NL/Prabhupada 0399 - Het commentaar bij Sri Nama, Gay Gaura Madhur Sware|0399|NL/Prabhupada 0401 - Het commentaar bij Sri Sri Siksastakam|0401}}
<!-- END NAVIGATION BAR -->
<!-- BEGIN ORIGINAL VANIQUOTES PAGE LINK-->
<!-- BEGIN ORIGINAL VANIQUOTES PAGE LINK-->
<div class="center">
<div class="center">
Line 13: Line 16:


<!-- BEGIN VIDEO LINK -->
<!-- BEGIN VIDEO LINK -->
{{youtube_right|GQNTR_IyNb8|Het commentaar op Sri Sri Siksastakam<br />- Prabhupāda 0400}}
{{youtube_right|xlyLk6Z_tv0|Het commentaar bij Sri Sri Siksastakam<br />- Prabhupāda 0400}}
<!-- END VIDEO LINK -->
<!-- END VIDEO LINK -->


<!-- BEGIN AUDIO LINK -->
<!-- BEGIN AUDIO LINK -->
<mp3player>File:V15_02_sri_sri_siksastakam_purport.mp3</mp3player>
<mp3player>https://s3.amazonaws.com/vanipedia/purports_and_songs/V15_02_sri_sri_siksastakam_purport.mp3</mp3player>
<!-- END AUDIO LINK -->
<!-- END AUDIO LINK -->


Line 25: Line 28:


<!-- BEGIN TRANSLATED TEXT -->
<!-- BEGIN TRANSLATED TEXT -->
:ceto-darpaṇa-mārjanam bhava-mahā-dāvāgni-nirvāpaṇaṁ
:''ceto-darpaṇa-mārjanam bhava-mahā-dāvāgni-nirvāpaṇaṁ''
:śreyaḥ-kairava-candrikā-vitaraṇaṁ vidyā-vadhū-jīvanam
:''śreyaḥ-kairava-candrikā-vitaraṇaṁ vidyā-vadhū-jīvanam''
:ānandāmbudhi-vardhanaṁ prati-padaṁ pūrṇāmṛtāsvādanaṁ
:''ānandāmbudhi-vardhanaṁ prati-padaṁ pūrṇāmṛtāsvādanaṁ''
:sarvātma-snapanaṁ paraṁ vijayate śrī-kṛṣṇa-saṅkīrtanam
:''sarvātma-snapanaṁ paraṁ vijayate śrī-kṛṣṇa-saṅkīrtanam''


Heer Caitanya gaf ons acht strofen van Zijn missie, wat Hij wilde doen. Ze worden in acht strofen uiitgelegd, en zij staan ​​bekend als Śikṣāṣṭaka. Śikṣā betekent instructie, en āṣṭaka betekent acht. Dus Hij heeft in acht strofen Zijn instructie voltooid, en Zijn volgende discipelen, de zes Gosvāmīs, hebben ze uitgelegd in volumes van boeken.  
Heer Caitanya gaf ons acht coupletten van Zijn missie, wat Hij wilde doen. Ze worden in acht coupletten uitgelegd en ze staan ​​bekend als ''Śikṣāṣṭaka''. ''Śikṣā'' betekent instructie, en ''āṣṭaka'' betekent acht. Dus Hij heeft in acht coupletten Zijn instructies voltooid. En Zijn eerste discipelen, de zes Gosvāmīs, hebben ze in meerdere boekdelen uitgelegd.  


Dus Heer Caitanya zegt dat het onderwerp paraṁ vijayate śrī-kṛṣṇa-saṇkīrtanam is: alle eer aan het chanten van de Hare Kṛṣṇa mantra of Kṛṣṇa saṇkīrtan beweging. Alle eer. Alle overwinning. Hoe is het de overwinning, alle overwinning? Dat Hij legt uit, dat ceto-darpaṇa-mārjanam. Als je deze Hare Kṛṣṇa mantra zingt of chant, dan zijn de vieze dingen die zijn opgebouwd in je hart, als gevolg van materiele besmetting, zal worden uitgewist. Hij geeft het voorbeeld dat het hart net als een spiegel is. Als er op de spiegel enorm veel stof is verzameld, dan kan men door de reflectie van de spiegel het ware gezicht niet zien. Derhalve moet het worden gereinigd. Dus in ons huidige geconditioneerde leven, ons hart is overladen met zoveel stof, verzameld door onze materiele associatie sinds onheuglijke tijden. Dus als we deze Hare Kṛṣṇa mantra chanten, dan zal de stof worden verwijderd. Dan wel niet onmiddellijk, het begint verwijdert te worden. En zodra de spiegel van het hart wordt gereinigd van al het stof, onmiddellijk kan men het gezicht zien, wat hij is. Dat gezicht betekent echte identificatie. Door het chanten Hare Kṛṣṇa mantra, zal men begrijpen dat hij niet dit lichaam is. Dit is onze misvatting. Het stof betekent dit misverstand, het aanvaarden van dit lichaam of de geest als zichzelf. Eigenlijk zijn we niet dit lichaam en de geest. We zijn ziel. Dus zodra we kunnen begrijpen dat we niet deze lichamen zijn, onmiddellijk bhava-mahā-dāvāgni-nirvāpaṇam. Het laaiende vuur van materiële omstandigheden, of het laaiende vuur van materiële ellende, wordt meteen afgevoerd. Geen ellende meer. Ahaṁ brahmāsmi. Zoals is vermeld in de Bhagavad-gītā, brahma-bhūtaḥ prasannātmā. Als men onmiddellijk zijn echte identificatie als zijnde ziel begrijpt, wordt hij vrolijk. We zijn niet blij. Als gevolg van ons materiele contact, zijn we altijd vol angsten. Door het chanten van de Hare Kṛṣṇa mantra, zullen we meteen tot het stadium van vreugdevol leven komen. Bhava-mahā-dāvāgni-nirvāpaṇam. En dit heet bevrijding. Wanneer men blij wordt, vrij van alle angsten, dat stadium is werkelijke bevrijding omdat elk levend wezen, de ziel is van nature vrolijk. De hele strijd om het bestaan ​​is dat hij op zoek is naar die vreugdevolle fase van het leven, maar hij mist het punt. Daarom, in elke poging voor vreugdevol leven worden we verslagen. Deze constante nederlaag kan onmiddellijk worden overwonnen door het zingen of chanten van deze Hare Kṛṣṇa mantra. Dat is het effect van deze transcendentale vibratie. En na de bevrijding, na het blij zijn, nemen de materiele vreugden af. Wat voor vreugde je ook wilt genieten, dat vermindert. Neem, bijvoorbeeld, het eten. Als we een aantal lekkere levensmiddelen willen eten, na het eten van een paar happen voedsel nemen we dat niet graag meer. Dat betekent dat hier in de materiële wereld, wat voor vreugde we ook accepteren, het zal verminderen. Maar geestelijke vreugde, Heer Caitanya zegt ānandāmbudhi-vardhanam, de geestelijke vreugde is net als de oceaan. Maar hier in de materiële wereld, hebben we de ervaring dat de oceaan niet toeneemt. Ocean blijft binnen de limiet. Maar de oceaan van spirituele vreugde neemt toe. Ānandāmbudhi-vardhanam. Śreyaḥ-kairava-candrikā-vitaraṇam. Hoe neemt het toe? Hij geeft het voorbeeld van de maan, opkomende maan. Zoals de wassende maan. Als de maan vanaf de dag van de nieuwe maan, nieuwe maan 's nachts, op de eerste dag is het net als een kleine gebogen lijn. Maar de tweede dag, de derde dag wordt het meer, geleidelijk wordt het meer. Ook het geestelijk leven, het spirituele vreugdevol leven vermeerdert als de maanstralen dag na dag, dag na dag, totdat het de volle maan bereikt, ja. Dus ceto-darpaṇa-mārjanam bhava-mahā-dāvāgni-nirvāpaṇam, śreyaḥ-kairava-candrikā-vitaraṇam vidyā-vadhū-jīvanam. En het leven wordt dan vol van kennis, omdat het geestelijk leven betekent eeuwig leven vol geluk en vol kennis. Dus we vermeerderen ons volume van vreugde, aangezien we het volume van onze kennis proportioneel verhogen. Śreyaḥ-kairava-candrikā-vitaraṇaṁ vidyā-vadhū-jīvanam, ānandāmbudhi-vardhanaṁ. Het is net als een oceaan, maar het vermeerderd nog steeds. Ānandāmbudhi-vardhanaṁ, sarvātma-snapanaṁ. Het is zo leuk dat zodra in deze staat van het leven gelegen, men denkt dat: "Ik ben helemaal tevreden." Sarvātma-snapanaṁ. Net zoals wanneer men een bad neemt door te dompelen in het water, voelt hij zich meteen verfrist. Ook dit geestelijk leven, het vermeerderen van vreugden dag na dag, geeft een gevoel dat hij volledig tevreden is.  
Dus Heer Caitanya zegt, het onderwerp is: ''paraṁ vijayate śrī-kṛṣṇa-saṇkīrtanam''. Alle eer aan het chanten van de ''Hare Kṛṣṇa mantra'' of de Kṛṣṇa ''saṇkīrtan'' beweging. Alle eer. Alle zege.  
 
Hoe is het de zege, alle zege? Dat legt Hij uit: ''ceto-darpaṇa-mārjanam''. Als je deze ''Hare Kṛṣṇa mantra'' zingt dan worden de vieze dingen, die in je hart zijn verzameld als gevolg van materiële vervuiling, allemaal opgeruimd. Hij geeft het voorbeeld dat het hart net als een spiegel is. Als er op de spiegel hopen stof zijn verzameld dan kan men zijn ware gezicht in de reflectie van de spiegel niet zien. Daarom moet het worden gereinigd. Dus in ons huidige geconditioneerde leven is ons hart met zoveel stof overladen, verzameld door onze materiële associatie sinds onheuglijke tijden. Dus als we deze ''Hare Kṛṣṇa mantra'' chanten dan zal het stof worden verwijderd. Als niet direct, het begint verwijderd te worden. En zodra de spiegel van het hart van al het stof gereinigd is kan men onmiddellijk zijn gezicht zien, wat hij is. Dat gezicht betekent de echte identificatie.  
 
Door het chanten van de ''Hare Kṛṣṇa mantra'' zal men begrijpen dat hij niet dit lichaam is. Dit is onze misvatting. Het stof betekent dit misverstand; het aanvaarden van dit lichaam of de geest als zichzelf. Eigenlijk zijn we niet dit lichaam of de geest. We zijn de spirituele ziel. Dus zodra we kunnen begrijpen dat we niet dit lichaam zijn, onmiddellijk; ''bhava-mahā-dāvāgni-nirvāpaṇam''. Het laaiende vuur van materiële omstandigheden, of het laaiende vuur van materiële ellende, wordt meteen gedoofd. Geen ellende meer.  
 
''Ahaṁ brahmāsmi''. Zoals in de Bhagavad-gītā staat: ''brahma-bhūtaḥ prasannātmā''. Men begrijpt direct zijn echte identificatie als spirituele ziel en hij wordt vrolijk. We zijn niet vrolijk. Door ons materiële contact zijn we altijd vol angsten. Door het chanten van de ''Hare Kṛṣṇa mantra'' zullen we meteen op het niveau van vreugdevol leven komen. ''Bhava-mahā-dāvāgni-nirvāpaṇam''. En dit heet bevrijding. Wanneer men blij wordt, vrij van alle angsten, dat niveau is werkelijke bevrijding want ieder levend wezen, de spirituele ziel is van nature vrolijk. De strijd om het bestaan ​​is dat hij op zoek is naar dat vreugdevolle leven, maar hij slaat de plank mis. Daarom worden we bij elke poging voor vreugdevol leven verslagen. Deze constante verslagenheid kan onmiddellijk worden overwonnen door het chanten van de ''Hare Kṛṣṇa mantra''. Dat is het effect van deze transcendentale vibratie.  
 
En na de bevrijding, na het blij zijn, nemen de materiële genoegens af. Wat voor genoegen je ook wil genieten, dat vermindert. Neem bijvoorbeeld het eten. Als we wat lekkers willen eten, na het nemen van een paar happen willen we niet meer. Dat betekent dat hier in de materiële wereld, wat voor genoegen we ook nemen, het zal verminderen. Maar spiritueel plezier, Heer Caitanya zegt: ''ānandāmbudhi-vardhanam'', het spirituele plezier is als een oceaan. Maar hier in de materiële wereld hebben we de ervaring dat de oceaan niet toeneemt. De oceaan blijft binnen de grenzen. Maar de oceaan van spiritueel plezier neemt toe. ''Ānandāmbudhi-vardhanam''. ''Śreyaḥ-kairava-candrikā-vitaraṇam''. Hoe neemt het toe? Hij geeft het voorbeeld van de opkomende maan. Zoals de wassende maan. Als de maan vanaf de nacht van de nieuwe maan, de eerste dag is het net als een kleine gebogen lijn. Maar de tweede dag, derde dag wordt het meer, geleidelijk groeit het. Net zoals de maanstralen neemt het spirituele vreugdevolle leven toe, dag na dag na dag, totdat het de nacht van de volle maan bereikt, ja.  
 
Dus; ''ceto-darpaṇa-mārjanam bhava-mahā-dāvāgni-nirvāpaṇam, śreyaḥ-kairava-candrikā-vitaraṇam vidyā-vadhū-jīvanam''. En het leven wordt dan vol van kennis want spiritueel leven betekent eeuwig leven vol geluk en vol kennis. Dus we verhogen de intensiteit van vreugde, want in verhouding vergroten we de intensiteit van onze kennis. ''Śreyaḥ-kairava-candrikā-vitaraṇaṁ vidyā-vadhū-jīvanam, ānandāmbudhi-vardhanaṁ''. Het is net als een oceaan, maar toch wordt het steeds meer.  
 
''Ānandāmbudhi-vardhanaṁ, sarvātma-snapanaṁ''. Het is zo fijn dat, eenmaal op dit niveau van leven aangekomen, men denkt dat: "Ik ben helemaal tevreden." ''Sarvātma-snapanaṁ''. Net zoals wanneer je in een bad met water gaat zitten, dan voel je je meteen verfrist. Ook dit spirituele leven, de vreugde vermeerdert dag na dag, geeft je het gevoel dat je volledig tevreden bent.  
<!-- END TRANSLATED TEXT -->
<!-- END TRANSLATED TEXT -->

Latest revision as of 22:40, 1 October 2020



Purport to Sri Sri Siksastakam, CDV 15

ceto-darpaṇa-mārjanam bhava-mahā-dāvāgni-nirvāpaṇaṁ
śreyaḥ-kairava-candrikā-vitaraṇaṁ vidyā-vadhū-jīvanam
ānandāmbudhi-vardhanaṁ prati-padaṁ pūrṇāmṛtāsvādanaṁ
sarvātma-snapanaṁ paraṁ vijayate śrī-kṛṣṇa-saṅkīrtanam

Heer Caitanya gaf ons acht coupletten van Zijn missie, wat Hij wilde doen. Ze worden in acht coupletten uitgelegd en ze staan ​​bekend als Śikṣāṣṭaka. Śikṣā betekent instructie, en āṣṭaka betekent acht. Dus Hij heeft in acht coupletten Zijn instructies voltooid. En Zijn eerste discipelen, de zes Gosvāmīs, hebben ze in meerdere boekdelen uitgelegd.

Dus Heer Caitanya zegt, het onderwerp is: paraṁ vijayate śrī-kṛṣṇa-saṇkīrtanam. Alle eer aan het chanten van de Hare Kṛṣṇa mantra of de Kṛṣṇa saṇkīrtan beweging. Alle eer. Alle zege.

Hoe is het de zege, alle zege? Dat legt Hij uit: ceto-darpaṇa-mārjanam. Als je deze Hare Kṛṣṇa mantra zingt dan worden de vieze dingen, die in je hart zijn verzameld als gevolg van materiële vervuiling, allemaal opgeruimd. Hij geeft het voorbeeld dat het hart net als een spiegel is. Als er op de spiegel hopen stof zijn verzameld dan kan men zijn ware gezicht in de reflectie van de spiegel niet zien. Daarom moet het worden gereinigd. Dus in ons huidige geconditioneerde leven is ons hart met zoveel stof overladen, verzameld door onze materiële associatie sinds onheuglijke tijden. Dus als we deze Hare Kṛṣṇa mantra chanten dan zal het stof worden verwijderd. Als niet direct, het begint verwijderd te worden. En zodra de spiegel van het hart van al het stof gereinigd is kan men onmiddellijk zijn gezicht zien, wat hij is. Dat gezicht betekent de echte identificatie.

Door het chanten van de Hare Kṛṣṇa mantra zal men begrijpen dat hij niet dit lichaam is. Dit is onze misvatting. Het stof betekent dit misverstand; het aanvaarden van dit lichaam of de geest als zichzelf. Eigenlijk zijn we niet dit lichaam of de geest. We zijn de spirituele ziel. Dus zodra we kunnen begrijpen dat we niet dit lichaam zijn, onmiddellijk; bhava-mahā-dāvāgni-nirvāpaṇam. Het laaiende vuur van materiële omstandigheden, of het laaiende vuur van materiële ellende, wordt meteen gedoofd. Geen ellende meer.

Ahaṁ brahmāsmi. Zoals in de Bhagavad-gītā staat: brahma-bhūtaḥ prasannātmā. Men begrijpt direct zijn echte identificatie als spirituele ziel en hij wordt vrolijk. We zijn niet vrolijk. Door ons materiële contact zijn we altijd vol angsten. Door het chanten van de Hare Kṛṣṇa mantra zullen we meteen op het niveau van vreugdevol leven komen. Bhava-mahā-dāvāgni-nirvāpaṇam. En dit heet bevrijding. Wanneer men blij wordt, vrij van alle angsten, dat niveau is werkelijke bevrijding want ieder levend wezen, de spirituele ziel is van nature vrolijk. De strijd om het bestaan ​​is dat hij op zoek is naar dat vreugdevolle leven, maar hij slaat de plank mis. Daarom worden we bij elke poging voor vreugdevol leven verslagen. Deze constante verslagenheid kan onmiddellijk worden overwonnen door het chanten van de Hare Kṛṣṇa mantra. Dat is het effect van deze transcendentale vibratie.

En na de bevrijding, na het blij zijn, nemen de materiële genoegens af. Wat voor genoegen je ook wil genieten, dat vermindert. Neem bijvoorbeeld het eten. Als we wat lekkers willen eten, na het nemen van een paar happen willen we niet meer. Dat betekent dat hier in de materiële wereld, wat voor genoegen we ook nemen, het zal verminderen. Maar spiritueel plezier, Heer Caitanya zegt: ānandāmbudhi-vardhanam, het spirituele plezier is als een oceaan. Maar hier in de materiële wereld hebben we de ervaring dat de oceaan niet toeneemt. De oceaan blijft binnen de grenzen. Maar de oceaan van spiritueel plezier neemt toe. Ānandāmbudhi-vardhanam. Śreyaḥ-kairava-candrikā-vitaraṇam. Hoe neemt het toe? Hij geeft het voorbeeld van de opkomende maan. Zoals de wassende maan. Als de maan vanaf de nacht van de nieuwe maan, de eerste dag is het net als een kleine gebogen lijn. Maar de tweede dag, derde dag wordt het meer, geleidelijk groeit het. Net zoals de maanstralen neemt het spirituele vreugdevolle leven toe, dag na dag na dag, totdat het de nacht van de volle maan bereikt, ja.

Dus; ceto-darpaṇa-mārjanam bhava-mahā-dāvāgni-nirvāpaṇam, śreyaḥ-kairava-candrikā-vitaraṇam vidyā-vadhū-jīvanam. En het leven wordt dan vol van kennis want spiritueel leven betekent eeuwig leven vol geluk en vol kennis. Dus we verhogen de intensiteit van vreugde, want in verhouding vergroten we de intensiteit van onze kennis. Śreyaḥ-kairava-candrikā-vitaraṇaṁ vidyā-vadhū-jīvanam, ānandāmbudhi-vardhanaṁ. Het is net als een oceaan, maar toch wordt het steeds meer.

Ānandāmbudhi-vardhanaṁ, sarvātma-snapanaṁ. Het is zo fijn dat, eenmaal op dit niveau van leven aangekomen, men denkt dat: "Ik ben helemaal tevreden." Sarvātma-snapanaṁ. Net zoals wanneer je in een bad met water gaat zitten, dan voel je je meteen verfrist. Ook dit spirituele leven, de vreugde vermeerdert dag na dag, geeft je het gevoel dat je volledig tevreden bent.