NL/Prabhupada 0577 - Zogenaamde filosofen, wetenschappers, allemaal dwazen en dommen - verwerp het

Revision as of 14:52, 29 July 2016 by ErikAlbers (talk | contribs) (Created page with "<!-- BEGIN CATEGORY LIST --> Category:1080 Dutch Pages with Videos Category:Prabhupada 0577 - in all Languages Category:NL-Quotes - 1973 Category:NL-Quotes - Lec...")
(diff) ← Older revision | Latest revision (diff) | Newer revision → (diff)


Invalid source, must be from amazon or causelessmery.com

Lecture on BG 2.19 -- London, August 25, 1973

Zoals Kṛṣṇa sac-cid-ānanda-vigrahaḥ is (Bs. 5.1), Hij is vorm, transcendentale gedaante, eeuwige vorm, vol kennis, vol van geluk, op dezelfde manier zijn wij ook, hoewel een deeltje, dezelfde kwaliteit. Daarom wordt er gezegd, na jāyate. Dit probleem, deze schurken beschaving, ze kunnen niet begrijpen - dat ik eeuwig ben, Ik ben in deze toestand van geboorte en dood gebracht. Geen boef begrijpt het. Zogenaamde filosofen, wetenschappers, allemaal, dus boefjes, dwazen. Verwerpen. Verwerp ze onmiddellijk. Dat harde werken. Hetzelfde: nūnaṁ pramattaḥ kurute vikarma (SB 5.5.4). Net als een gek werkt. Wat is de waarde van het werk van een gek? Als hij druk is de hele dag en nacht, ik ben erg druk. Dus wat bent u meneer? Je bent een gek. Je hersenen zijn gebarsten, gek. Dus wat is de waarde van uw werk? Maar dit is er aan de hand.

Dus Kṛṣṇa bewustzijn, stel je je eens voor hoe belangrijk deze beweging is. Het zijn de beste welzijns activiteiten voor de menselijke samenleving. Ze zijn allemaal dwazen en schurken, en ze hebben geen kennis, onwetend van hun grondwettelijke positie, en ze zijn onnodig hard aan het werken dag en nacht. Daarom hebben zij gezegd, mūḍha. Mūḍha betekent ezel. De ezel werkt dag en nacht voor de wasman voor een beetje gras. Het gras is overal beschikbaar, maar hij, nog steeds, denkt hij dat "Als ik niet werk voor de wasman, heel hard, ik zal niet dit gras krijgen." Dit wordt ezel genoemd. Daarom, wanneer men intelligent wordt na het cultiveren van kennis... Men wordt door en door intelligent. Allereerst brahmacārī. Dan, als men niet een brahmacārī kan blijven, goed, neem een vrouw, gṛhastha. Geef dan op, vānaprastha. Neem dan sannyāsa. Dit is het proces. De mūḍha, ze werken dag en nacht voor zinsbevrediging. Daarom in een bepaalde periode van het leven, die domheid moet worden opgegeven en neem sannyāsa. Nee, beeindigd. Dat is sannyāsa. Nu dit gedeelte van het leven moet volledig zijn voor Kṛṣṇa's service. Dat is echt sannyāsa. Anāśritaḥ karma-phalaṁ kāryaṁ karma karoti yaḥ (BG 6.1). Het is mijn plicht om Kṛṣṇa te dienen, ik ben een eeuwige dienaar van... Kāryam. Moet ik het doen, moet ik Kṛṣṇa dienen. Dat is mijn positie. Dat is sannyāsa. Anāśritaḥ karma-phalaṁ kāryam karma karoti yaḥ. De karmīs, ze verwachten wat goed resultaat voor zinsbevrediging. Dat is karmī. En sannyāsī betekent... Ze werken ook heel hard, maar niet voor zinsbevrediging. Ter voldoening van Kṛṣṇa. Dat is sannyāsa. Dit is sannyāsa en karmī. Karmī werkt ook erg hard, harder en harder, maar allemaal voor dit āmiṣa-mada-sevā. Āmiṣa-mada-sevā. Vyavāya, alleen voor seksleven, het eten van vlees, en intoxicatie. En een toegewijde werkt op dezelfde manier, hard, maar voor de tevredenheid van Kṛṣṇa. Dit is het verschil. En als je, een leven wijdt, zoals deze, niet meer zinsbevrediging, gewoon om Kṛṣṇa, dan kom je op deze positie, na jāyate, niet meer dood, niet meer de geboorte. Omdat uw positie is na jāyate na... Dat is uw huidige positie. Maar omdat je in onwetendheid bent, pramattaḥ, ben je gek geworden, ben je gek geworden; dus heb je dit proces van zinsbevrediging genomen. U bent dan ook verstrikt in een grofstoffelijk lichaam, en het lichaam is aan het veranderen. Dat heet geboorte en dood.