NL/Prabhupada 0579 - De ziel verandert zijn lichaam precies zoals we van kleding veranderen: Difference between revisions

(Created page with "<!-- BEGIN CATEGORY LIST --> Category:1080 Dutch Pages with Videos Category:Prabhupada 0579 - in all Languages Category:NL-Quotes - 1973 Category:NL-Quotes - Lec...")
 
(Vanibot #0023: VideoLocalizer - changed YouTube player to show hard-coded subtitles version)
 
Line 6: Line 6:
[[Category:NL-Quotes - in United Kingdom]]
[[Category:NL-Quotes - in United Kingdom]]
<!-- END CATEGORY LIST -->
<!-- END CATEGORY LIST -->
<!-- BEGIN NAVIGATION BAR -- DO NOT EDIT OR REMOVE -->
{{1080 videos navigation - All Languages|Dutch|NL/Prabhupada 0578 - Zeg alleen wat Krishna zegt|0578|NL/Prabhupada 0580 - We kunnen onze verlangens niet vervullen zonder de goedkeuring van God|0580}}
<!-- END NAVIGATION BAR -->
<!-- BEGIN ORIGINAL VANIQUOTES PAGE LINK-->
<!-- BEGIN ORIGINAL VANIQUOTES PAGE LINK-->
<div class="center">
<div class="center">
Line 14: Line 17:


<!-- BEGIN VIDEO LINK -->
<!-- BEGIN VIDEO LINK -->
{{youtube_right|NqffsbgcCH0|De ziel verandert zijn lichaam precies zoals we van kleding veranderen<br />- Prabhupāda 0579}}
{{youtube_right|6HGD-038Lh4|De ziel verandert zijn lichaam precies zoals we van kleding veranderen<br />- Prabhupāda 0579}}
<!-- END VIDEO LINK -->
<!-- END VIDEO LINK -->


<!-- BEGIN AUDIO LINK (from English page -->
<!-- BEGIN AUDIO LINK (from English page -->
<mp3player>http://vaniquotes.org/w/images/730826BG-LON_clip01.mp3</mp3player>
<mp3player>https://s3.amazonaws.com/vanipedia/clip/730826BG-LON_clip01.mp3</mp3player>
<!-- END AUDIO LINK -->
<!-- END AUDIO LINK -->


Line 26: Line 29:


<!-- BEGIN TRANSLATED TEXT (from DotSub) -->
<!-- BEGIN TRANSLATED TEXT (from DotSub) -->
Pradyumna: Vertaling - "O Pārtha, hoe kan iemand die weet dat de ziel onverwoestbaar, ongeboren, eeuwig en onveranderlijk is, iemand doden of verantwoordelijk te zijn iemand te doden?" "Zoals een persoon nieuwe kleren aandoet, de oude opgevend, Op dezelfde manier aanvaardt de ziel nieuwe materiële lichamen, de oude en nutteloze opgevend."  
Pradyumna: Vertaling - "O Pārtha, hoe kan iemand die weet dat de ziel onverwoestbaar, ongeboren, eeuwig en onveranderlijk is, een ander doden of tot doden aanzetten?" ([[NL/BG 2.21|BG 2.21]]) "Zoals men nieuwe kleren aantrekt en de oude opgeeft, zo aanvaardt de ziel nieuwe materiële lichamen en geeft ze de oude en nutteloze op." ([[NL/BG 2.22|BG 2.22]])


Prabhupāda: Dus dit is een andere manier van overtuigen dat... Heel simpel ding. Iedereen kan het begrijpen. Vāsāṁsi jīrṇāni yathā vihāya. Als onze kleding, jassen en overhemden, als ze oud worden, versleten, niet meer bruikbaar, dus we gooien het weg en nemen nieuwe kleding, shirt, jas. Op dezelfde manier verandert de ziel kleding uit de kindertijd, van de babytijd. Net als een baby een schoen heeft, maar wanneer hij het lichaam van het kind krijgt, past de schoen niet meer. Je moet een andere schoen nemen. Ook wanneer hetzelfde kind groeit of verandert van lichaam, heeft ​​hij een andere schoen nodig. Evenzo de ziel verandert zijn lichaam precies zoals we van kleding veranderen. Vāsāṁsi jīrṇāni. Jīrṇāni betekent als het oud genoeg is, niet geschikt is voor gebruik, yathā vihāya, zoals wij het opgeven... Vihāya betekent geef het op. Navāni, nieuw kledingstuk. Naraḥ aparāṇi gṛhṇāti. Nu wordt het lichaam hier met het kledingstuk vergeleken. Net zoals jas en shirt. De kleermaker snijdt de jas volgens het lichaam. Op dezelfde manier, dit grofstoffelijk lichaam, als het shirt en jas, dan is dit gesneden volgens het spirituele lichaam. Het spirituele lichaam is niet nirākāra, zonder vorm. Als het zonder vorm is, hoe kan het kledingstuk, de jas en overhemd, handen en benen hebben? Het is gezond verstand. De jas heeft handen of de broek heeft benen, omdat de persoon die gebruik maakt van de jas, hij heeft handen en benen.  
Prabhupāda: Dus dit is een andere manier van overtuigen. Heel simpel ding. Iedereen kan het begrijpen. ''Vāsāṁsi jīrṇāni yathā vihāya''. Zoals onze kleding, jassen en hemden, wanneer ze oud en versleten zijn, niet meer bruikbaar, dus we gooien ze weg en nemen nieuwe kleding, shirt, jas. Op dezelfde manier verandert de ziel kleding vanaf de kindertijd, vanaf de babytijd. Net zoals een baby schoenen heeft, maar wanneer hij een kinderlichaam krijgt dan passen de schoenen niet meer. Je moet andere schoenen nemen. Net zo wanneer hetzelfde kind groeit of van lichaam verandert, heeft ​​hij andere schoenen nodig. Vergelijkbaar verandert de ziel zijn lichaam precies zoals we van kleding veranderen. ''Vāsāṁsi jīrṇāni''. ''Jīrṇāni'' betekent als het oud genoeg is, niet geschikt is voor gebruik, ''yathā vihāya'', als wij het opgeven ... ''Vihāya'' betekent geef het op. ''Navāni'', nieuw kledingstuk. ''Naraḥ aparāṇi gṛhṇāti''. Nu wordt het lichaam hier met een kledingstuk vergeleken. Net als een jas en hemd. De kleermaker maakt de jas naar het lichaam. Net zo wordt dit materiële lichaam, net zoals de jas en hemd, gemaakt volgens het spirituele lichaam. Het spirituele lichaam is niet ''nirākāra'', zonder vorm. Als het zonder vorm zou zijn, hoe kan dan het kledingstuk, de jas en hemd, handen en benen hebben? Het is gezond verstand. De jas heeft handen of de broek heeft benen omdat de persoon die gebruik maakt van de jas handen en benen heeft.  


Dus dit bewijst dat het spirituele lichaam niet onpersoonlijk is. Het is geen nul, het is, het heeft vorm. Maar de vorm is zo klein, aṇor aṇīyān mahato mahīyān: de vorm is kleiner dan het atoom. Aṇor aṇīyān mahato mahīyān. Twee vormen zijn er, spiritueel. Een daarvan is de vorm van de Allerhoogste Heer, virāt-rūpa, mahato mahīyān, en onze vorm, aṇor aṇīyān, kleiner dan het atoom. Dat staat in het Kaṭha Upaniṣad. Aṇor aṇīyān mahato mahīyān ātmāsya jantor nihito guhāyām. Nihito guhāyām, guhāyām betekent in het hart. Beiden zijn daar. Kijk nu, de moderne wetenschap. Zowel de ziel en de Superziel, ze bevinden zich in het hart. Īśvaraḥ sarva-bhūtānām hṛd-deśe ([[Vanisource:BG 18.61|BG 18.61]]). Hṛd... Er is geen... Het is niet gezegd dat "Het zit overal in het lichaam." Nee. Hṛd-deśe, in het hart. En eigenlijk, de medische wetenschap zegt, het hart is het centrum van alle activiteiten van het lichaam, kantoor. En de hersenen is de manager. De regisseur is er, Kṛṣṇa. Hij zegt ook in een andere plaats, sarvasya cāhaṁ hṛdi sanniviṣṭaḥ. Alles is duidelijk.
Dus dit bewijst dat het spirituele lichaam niet onpersoonlijk is. Het is geen nul, het heeft vorm. Maar de vorm is zo klein, ''aṇor aṇīyān mahato mahīyān'': de vorm is kleiner dan het atoom. ''Aṇor aṇīyān mahato mahīyān''. Er zijn twee spirituele vormen. Een daarvan is de vorm van de Allerhoogste Heer, ''virāt-rūpa, mahato mahīyān'', en onze vorm, ''aṇor aṇīyān'', kleiner dan het atoom. Dat staat in de Kaṭha Upaniṣad. ''Aṇor aṇīyān mahato mahīyān ātmāsya jantor nihito guhāyām''. ''Nihito guhāyām, guhāyām'' betekent in het hart. Beiden zijn daar. Laat nu de moderne wetenschap dat uitvinden. Zowel de ziel als de Superziel bevinden zich in het hart. ''Īśvaraḥ sarva-bhūtānām hṛd-deśe'' ([[NL/BG 18.61|BG 18.61]]). Er staat niet dat: "Het zit overal in het lichaam." Nee. ''Hṛd-deśe'', in het hart. En eigenlijk, volgens de medische wetenschap, is het hart het centrum van alle activiteiten van het lichaam, kantoor. En de hersenen is de manager. De directeur is er, Kṛṣṇa. Hij zegt ook op een andere plaats: ''sarvasya cāhaṁ hṛdi sanniviṣṭaḥ''. Alles is duidelijk.  
<!-- END TRANSLATED TEXT -->
<!-- END TRANSLATED TEXT -->

Latest revision as of 16:19, 29 January 2021



Lecture on BG 2.21-22 -- London, August 26, 1973

Pradyumna: Vertaling - "O Pārtha, hoe kan iemand die weet dat de ziel onverwoestbaar, ongeboren, eeuwig en onveranderlijk is, een ander doden of tot doden aanzetten?" (BG 2.21) "Zoals men nieuwe kleren aantrekt en de oude opgeeft, zo aanvaardt de ziel nieuwe materiële lichamen en geeft ze de oude en nutteloze op." (BG 2.22)

Prabhupāda: Dus dit is een andere manier van overtuigen. Heel simpel ding. Iedereen kan het begrijpen. Vāsāṁsi jīrṇāni yathā vihāya. Zoals onze kleding, jassen en hemden, wanneer ze oud en versleten zijn, niet meer bruikbaar, dus we gooien ze weg en nemen nieuwe kleding, shirt, jas. Op dezelfde manier verandert de ziel kleding vanaf de kindertijd, vanaf de babytijd. Net zoals een baby schoenen heeft, maar wanneer hij een kinderlichaam krijgt dan passen de schoenen niet meer. Je moet andere schoenen nemen. Net zo wanneer hetzelfde kind groeit of van lichaam verandert, heeft ​​hij andere schoenen nodig. Vergelijkbaar verandert de ziel zijn lichaam precies zoals we van kleding veranderen. Vāsāṁsi jīrṇāni. Jīrṇāni betekent als het oud genoeg is, niet geschikt is voor gebruik, yathā vihāya, als wij het opgeven ... Vihāya betekent geef het op. Navāni, nieuw kledingstuk. Naraḥ aparāṇi gṛhṇāti. Nu wordt het lichaam hier met een kledingstuk vergeleken. Net als een jas en hemd. De kleermaker maakt de jas naar het lichaam. Net zo wordt dit materiële lichaam, net zoals de jas en hemd, gemaakt volgens het spirituele lichaam. Het spirituele lichaam is niet nirākāra, zonder vorm. Als het zonder vorm zou zijn, hoe kan dan het kledingstuk, de jas en hemd, handen en benen hebben? Het is gezond verstand. De jas heeft handen of de broek heeft benen omdat de persoon die gebruik maakt van de jas handen en benen heeft.

Dus dit bewijst dat het spirituele lichaam niet onpersoonlijk is. Het is geen nul, het heeft vorm. Maar de vorm is zo klein, aṇor aṇīyān mahato mahīyān: de vorm is kleiner dan het atoom. Aṇor aṇīyān mahato mahīyān. Er zijn twee spirituele vormen. Een daarvan is de vorm van de Allerhoogste Heer, virāt-rūpa, mahato mahīyān, en onze vorm, aṇor aṇīyān, kleiner dan het atoom. Dat staat in de Kaṭha Upaniṣad. Aṇor aṇīyān mahato mahīyān ātmāsya jantor nihito guhāyām. Nihito guhāyām, guhāyām betekent in het hart. Beiden zijn daar. Laat nu de moderne wetenschap dat uitvinden. Zowel de ziel als de Superziel bevinden zich in het hart. Īśvaraḥ sarva-bhūtānām hṛd-deśe (BG 18.61). Er staat niet dat: "Het zit overal in het lichaam." Nee. Hṛd-deśe, in het hart. En eigenlijk, volgens de medische wetenschap, is het hart het centrum van alle activiteiten van het lichaam, kantoor. En de hersenen is de manager. De directeur is er, Kṛṣṇa. Hij zegt ook op een andere plaats: sarvasya cāhaṁ hṛdi sanniviṣṭaḥ. Alles is duidelijk.