NL/Prabhupada 0583 - Alles is daar in de Bhagavad-gītā

Revision as of 10:10, 1 August 2016 by ErikAlbers (talk | contribs) (Created page with "<!-- BEGIN CATEGORY LIST --> Category:1080 Dutch Pages with Videos Category:Prabhupada 0583 - in all Languages Category:NL-Quotes - 1973 Category:NL-Quotes - Lec...")
(diff) ← Older revision | Latest revision (diff) | Newer revision → (diff)


Invalid source, must be from amazon or causelessmery.com

Lecture on BG 2.21-22 -- London, August 26, 1973

Dus het hele universum wordt beheerd door God's assistenten, volgens Brahmā, de meest krachtige assistent. Tene brahma hṛdā ya ādi-kavaye muhyanti yat sūrayaḥ (SB 1.1.1). Ook in Brahmā's hart, tene brahma hṛdā, hṛdā, weer hṛdā. Omdat Brahmā alleen was, dus wat te doen? Brahmā was stomverbaasd. Maar Kṛṣṇa gaf instructie: "Je doet, je creëert dit universum zoals dit." Buddhi-yogam dadāmi tam, "Ik geef de intelligentie." Dus alles is er. Alles is er, Kṛṣṇa is altijd bij je. Als je terug wilt gaan naar huis, terug naar God, dan is Kṛṣṇa klaar om je alle instructies te geven. "Ja, yena mām upayānti te." Hij geeft instructie: "Ja, doe zoals dit. Dan zul je klaar zijn, je, deze materiele zaak, en na het opgeven van dit lichaam, zul je tot Mij komen." Maar als je dit materiele bestaan ​​voort wilt zetten, dan vāsāṁsi jīrṇāni yathā vihāya (BG 2.22), je moet een lichaam accepteren; en wanneer het niet meer bruikbaar is, dan moet je dit lichaam opgeven en een ander lichaam accepteren. Dit is de voortzetting van het materiële bestaan. Maar als je het wilt beëindigen, als je daadwerkelijk walgt van dit soort zaken, bhūtvā bhūtvā pralīyate (BG 8.19), neem eens geboorte, opnieuw sterven, wederom nemen. Maar we zijn zo schaamteloos en zo nonsens dat we niet echt erg veel afkeer van deze zaken hebben. We willen door blijven gaan, en daarom is Kṛṣṇa ook bereid: "Goed, je gaat verder." Dat staat in de Bhagavad-gītā, yantrārūḍhāni māyayā.

īśvaraḥ sarva-bhūtānāṁ
hṛd-deśe 'rjuna tiṣṭhati
bhrāmayan sarva-bhūtāni
yantrārūḍhāni māyayā
(BG 18.61)

Heel duidelijk. Kṛṣṇa kent uw wens, dat als je nog steeds van deze materiële wereld wilt genieten, "Oké, geniet." Dus om te genieten van verschillende soorten van plezier, vereisen we verschillende soorten instrumenten. Dus Kṛṣṇa bereidt je voor, zo vriendelijk: "Goed." Net als de vader een stuk speelgoed geeft, het kind wil een automobiel. "Oké, neem een ​speelgoed automobiel." Hij wil een motor, hij wil een spoorweg man worden. Nu waren deze soorten speelgoed er. Op dezelfde manier verschaft Kṛṣṇa deze speelgoed lichamen. Yantra, Yantra betekent machine. Dit is een machine. Iedereen begrijpt dat dit een machine is. Maar wie heeft de machine verschaft? De machine wordt geleverd door de natuur, materiele ingrediënten, maar het wordt bereid onder het bevel van Kṛṣṇa. Mayādhyakṣeṇa prakṛtiḥ sūyate sa-carācaram (BG 9.10). "Prakṛti, natuur, bereidt al deze dingen voor onder mijn leiding."

Dus waar is de moeilijkheid om het Kṛṣṇa-bewustzijn te begrijpen? Alles is daar in de Bhagavad-gītā. Als je het ijverig bestudeert en probeert om het te begrijpen, blijf je altijd volledig Kṛṣṇa-bewust. Alles is er. Wat is mijn positie, hoe ik ermee bezig ben, hoe ik sterf, hoe krijg ik het lichaam, hoe ik zwerf. Alles is er in detail. Men moet gewoon een beetje intelligenter worden. Maar we blijven dom, boefje, omdat we associëren met rakkers. Deze schurk filosoof, religieuzen, avatāra, bhagavān, swami, yogi's, en karmīs. Daarom zijn we rakkers geworden. Sat-saṅga chāḍi kainu asate vilāsa. Narottama dāsa Ṭhākura betreurt het daarom dat "Ik gaf de associatie van de toegewijden op. Ik associeer gewoon met al deze rakkers. 'Asat, asat-saṅga. Te kāraṇe lāgile mora karma-bandha-phāṅsa: "Daarom ben ik verstrikt in deze herhaling van geboorte en dood geworden." Te kāraṇe. "Dus geef dit op." Cāṇakya Paṇḍita zegt ook, tyaja durjana-saṁsargam, "Geef de associatie van deze rakkers op." Bhaja sādhu-samāgamam, "Alleen associëren met toegewijden." Dit zal goed zijn. We zijn verschillende centra aan het oprichten, niet voor zinsbevrediging, maar voor goed gezelschap van toegewijden. Als we dit missen, degenen die werken, degenen die managers van deze instelling zijn, ze moeten altijd weten dat we deze instelling of dit centrum niet als een bordeel kunnen maken. Er moet zulk beheer zijn en of een regeling zijn dat we altijd goede associatie voor vooruitgang moeten hebben. Dat is nodig.

Veel dank. (einde)