NL/Prabhupada 0639 - De individuele ziel is in ieder lichaam en de Superziel is de echte eigenaar: Difference between revisions

(Created page with "<!-- BEGIN CATEGORY LIST --> Category:1080 Dutch Pages with Videos Category:Prabhupada 0639 - in all Languages Category:NL-Quotes - 1973 Category:NL-Quotes - Lec...")
 
(Vanibot #0023: VideoLocalizer - changed YouTube player to show hard-coded subtitles version)
 
Line 6: Line 6:
[[Category:NL-Quotes - in United Kingdom]]
[[Category:NL-Quotes - in United Kingdom]]
<!-- END CATEGORY LIST -->
<!-- END CATEGORY LIST -->
<!-- BEGIN NAVIGATION BAR -- DO NOT EDIT OR REMOVE -->
{{1080 videos navigation - All Languages|Dutch|NL/Prabhupada 0638 - Dat is de eersteklas yogi, die altijd aan Krishna denkt|0638|NL/Prabhupada 0640 - Je kan een dwaas vinden die zichzelf God verklaart - trap in zijn gezicht -|0640}}
<!-- END NAVIGATION BAR -->
<!-- BEGIN ORIGINAL VANIQUOTES PAGE LINK-->
<!-- BEGIN ORIGINAL VANIQUOTES PAGE LINK-->
<div class="center">
<div class="center">
Line 14: Line 17:


<!-- BEGIN VIDEO LINK -->
<!-- BEGIN VIDEO LINK -->
{{youtube_right|LVLfrKvEr_Q|De individuele ziel is in ieder lichaam en de Superziel is de echte eigenaar<br />- Prabhupāda 0639}}
{{youtube_right|WRgEI2Twp6w|De individuele ziel is in ieder lichaam en de Superziel is de echte eigenaar<br />- Prabhupāda 0639}}
<!-- END VIDEO LINK -->
<!-- END VIDEO LINK -->


<!-- BEGIN AUDIO LINK (from English page -->
<!-- BEGIN AUDIO LINK (from English page -->
<mp3player>http://vaniquotes.org/w/images/730831BG-LON_clip_05.mp3</mp3player>
<mp3player>https://s3.amazonaws.com/vanipedia/clip/730831BG-LON_clip_05.mp3</mp3player>
<!-- END AUDIO LINK -->
<!-- END AUDIO LINK -->


Line 26: Line 29:


<!-- BEGIN TRANSLATED TEXT (from DotSub) -->
<!-- BEGIN TRANSLATED TEXT (from DotSub) -->
Dus in de onderste fase van dierlijk leven, Kṛṣṇa is er. Zoals hij zegt, dehe sarvasya bhārata ([[Vanisource:BG 2.30|BG 2.30]]). Op een andere plaats, Kṛṣṇa zegt dat dit dehī of kṣetra-jña, de eigenaar van het lichaam is daar, en er is een andere kṣetra-jña, een andere eigenaar. Dat is Kṛṣṇa. Kṣetra-jñaṁ cāpi māṁ viddhi sarva-kṣetreṣu bhārata ([[Vanisource:BG 13.3|BG 13.3]]). Zoals de individuele ziel er is in het lichaam, op dezelfde manier, de Superziel, Kṛṣṇa, is er ook. Beiden daar. Beiden daar. Dus Hij is de eigenaar van alle lichamen. Alle lichamen. Soms Kṛṣṇa wordt beschuldigd door de rakkers, die "Waarom danste Hij met andermans vrouw?" Maar eigenlijk is Hij de eigenaar. Dehe sarvasya bhārata. Ik ben geen eigenaar; Hij is de eigenaar. Dus als de eigenaar danst met Zijn, ik bedoel te zeggen, dienstmaagden, of toegewijden, wat is daar mis mee? Wat is er mis? Hij is de eigenaar. Jij bent niet eigenaar. Dehe sarvasya bhārata. Hij is... De individuele ziel is in elk lichaam en de Superziel, Superziel is de echte eigenaar. Kṛṣṇa zegt dat bhoktāraṁ yajña-tapasāṁ sarva-loka-maheśvaram ([[Vanisource:BG 5.29|BG 5.29]]). Maheśvaram, Hij is de allerhoogste eigenaar. Suhṛdaṁ sarva-bhūtānām. Hij is de werkelijke vriend. Als ik een minnaar heb, ben ik vriend, ik ben geen vriend. Werkelijke vriend is Kṛṣṇa. Suhṛdaṁ sarva-bhūtānām. Zoals gezegd wordt, tasmād sarvāṇi bhūtāni  ([[Vanisource:BG 2.30|BG 2.30]]). Kṛṣṇa is de echte vriend. Dus als de gopīs dansen met de echte vriend, wat is daar mis mee? Wat is daar mis mee? Maar degenen die boefjes zijn, die Kṛṣṇa niet kennen, ze denken dat het immoreel is. Het is niet immoreel. Dat is het juiste ding. Juiste ding. Kṛṣṇa is de echte echtgenoot. Daarom trouwde Hij met 16.108 vrouwen. Waarom 16.000? Als Hij zestien triljoen, miljarden vrouwen trouwt, wat is daar mis mee? Omdat Hij de echte echtgenoot is. Sarva-loka-maheśvaram ([[Vanisource:BG 5.29|BG 5.29]]).  
Dus op het lagere niveau van dierlijk leven is Kṛṣṇa aanwezig. Zoals Hij zegt; ''dehe sarvasya bhārata'' ([[NL/BG 2.30|BG 2.30]]). Op een andere plaats zegt Kṛṣṇa dat de ''dehī'' of ''kṣetra-jña'', de eigenaar van het lichaam er is en er is nog een andere ''kṣetra-jña'', een andere eigenaar. Dat is Kṛṣṇa. ''Kṣetra-jñaṁ cāpi māṁ viddhi sarva-kṣetreṣu bhārata'' ([[NL/BG 13.3|BG 13.3]]). Zoals de individuele ziel in het lichaam is, op dezelfde manier is de Superziel, Kṛṣṇa, er ook. Allebei daar. Allebei daar.


Dus iemand die Kṛṣṇa niet kent, boefjes, zij beschuldigen Kṛṣṇa als immoreel, of vrouwenjager, als dat. En ze nemen genoegen met dit. Daarom schilderen ze Kṛṣṇa, zijn zaken met de gopīs. Maar ze schilderen niet hoe Hij Kaṁsa doodt, hoe Hij de demonen doodt.. Ze houden hier niet van. Dit is sahajiyā. Zij, voor hun losbandigheid, voor hun zaken van losbandigheid, ze willen worden ondersteund door Kṛṣṇa. "Kṛṣṇa heeft dit gedaan." "Kṛṣṇa is immoreel geworden. Dus daarom zijn we ook immoreel. Wij zijn grote toegewijden van Kṛṣṇa, want wij zijn immoreel." Dit is er aan de hand. Daarom, om Kṛṣṇa te begrijpen, het vereist een beetje betere intelligentie. Betere intelligentie. Bahūnāṁ janmanām ante jñānavān ([[Vanisource:BG 7.19|BG 7.19]]). Jñānavān betekent de eerste klasse intelligent wijze. Māṁ prapadyate. Hij begrijpt wat Kṛṣṇa is. Vāsudevaḥ sarvam iti sa mahātmā sudurlabhaḥ. Een dergelijke intelligente mahātmā... U vindt boefje mahātmā, simpelweg door het veranderen van kleding, zonder Kṛṣṇa-bewustzijn, zichzelf te verklaren als God of Kṛṣṇa. Trap op hun gezicht. Kṛṣṇa is anders dan al deze rakkers. Maar als je Kṛṣṇa begrijpt, als je zo gelukkig - ei rūpe brahmāṇḍa bhramite kona bhāgyavān jīva ([[Vanisource:CC Madhya 19.151|CC Madhya 19.151]]). Alleen de meest gelukkige mensen kunnen Kṛṣṇa begrijpen, wat Kṛṣṇa is.
Dus Hij is de eigenaar van alle lichamen. Alle lichamen. Soms Kṛṣṇa wordt door de dwazen beschuldigd dat: "Waarom danste Hij met andermans vrouw?" Maar eigenlijk is Hij de eigenaar. ''Dehe sarvasya bhārata'' ([[NL/BG 2.30|BG 2.30]]). Ik ben geen eigenaar, Hij is de eigenaar. Dus als de eigenaar danst met Zijn, ik bedoel te zeggen, dienstmeisjes of toegewijden, wat is daar mis mee? Wat is er mis? Hij is de eigenaar. Jij bent geen eigenaar. ''Dehe sarvasya bhārata'' ([[NL/BG 2.30|BG 2.30]]). De individuele ziel is in elk lichaam en de Superziel is de echte eigenaar. Kṛṣṇa zegt dat; ''bhoktāraṁ yajña-tapasāṁ sarva-loka-maheśvaram'' ([[NL/BG 5.29|BG 5.29]]). ''Maheśvaram'', Hij is de allerhoogste eigenaar. ''Suhṛdaṁ sarva-bhūtānām'' ([[NL/BG 5.29|BG 5.29]]). Hij is de werkelijke vriend. Als ik een minnaar heb, ik ben vriend. Ik ben geen vriend, werkelijke vriend is Kṛṣṇa. ''Suhṛdaṁ sarva-bhūtānām'' ([[NL/BG 5.29|BG 5.29]]). Zoals gezegd wordt; ''tasmād sarvāṇi bhūtāni'' ([[NL/BG 2.30|BG 2.30]]). Kṛṣṇa is de echte vriend. Dus als de ''gopī's'' dansen met de echte vriend, wat is daar mis mee? Wat is daar mis mee? Maar degenen die dwaas zijn, die Kṛṣṇa niet kennen, die denken dat het immoreel is. Het is niet immoreel. Het is het juiste ding. Kṛṣṇa is de echte echtgenoot. Daarom trouwde Hij met 16.108 vrouwen. Waarom 16.000? Als Hij zestien triljoen, miljarden vrouwen trouwt, wat is daar mis mee? Want Hij is de echte echtgenoot. ''Sarva-loka-maheśvaram'' ([[NL/BG 5.29|BG 5.29]]).
 
Dus de dwazen die Kṛṣṇa niet kennen beschuldigen Kṛṣṇa als immoreel, of vrouwenjager, zoals dat. En ze hebben er plezier in. Daarom maken ze afbeeldingen van Kṛṣṇa's activiteiten met de ''gopī's''. Maar ze schilderen niet hoe Hij Kaṁsa doodt, hoe Hij de demonen doodt. Daar houden ze niet van. Dit is ''sahajiyā''. Voor hun losbandig handelen willen ze gesteund worden door Kṛṣṇa. "Kṛṣṇa heeft dit gedaan." "Kṛṣṇa is immoreel geworden. Dus daarom zijn wij ook immoreel. Wij zijn grote toegewijden van Kṛṣṇa want wij zijn immoreel." Dit is er aan de hand.  
 
Daarom is er om Kṛṣṇa te begrijpen een beetje betere intelligentie vereist. Betere intelligentie. ''Bahūnāṁ janmanām ante jñānavān'' ([[NL/BG 7.19|BG 7.19]]). ''Jñānavān'' betekent de eersteklas intelligente wijze. ''Māṁ prapadyate'' ([[NL/BG 7.19|BG 7.19]]). Hij begrijpt wat Kṛṣṇa is. ''Vāsudevaḥ sarvam iti sa mahātmā sudurlabhaḥ'' ([[NL/BG 7.19|BG 7.19]]). Zo'n intelligente ''mahātmā'' ... Je kan een dwaze ''mahātmā'' vinden die alleen door de kleding te veranderen zonder Kṛṣṇa-bewustzijn zichzelf God of Kṛṣṇa verklaart. Trap ze op hun gezicht. Kṛṣṇa is anders dan al deze dwazen. Maar als je Kṛṣṇa begrijpt, als je zo gelukkig bent; ''ei rūpe brahmāṇḍa bhramite kona bhāgyavān jīva'' ([[Vanisource:CC Madhya 19.151|CC Madhya 19.151]]). Alleen de meest gelukkige mensen kunnen Kṛṣṇa begrijpen, wat Kṛṣṇa is.  
<!-- END TRANSLATED TEXT -->
<!-- END TRANSLATED TEXT -->

Latest revision as of 13:48, 2 April 2021



Lecture on BG 2.30 -- London, August 31, 1973

Dus op het lagere niveau van dierlijk leven is Kṛṣṇa aanwezig. Zoals Hij zegt; dehe sarvasya bhārata (BG 2.30). Op een andere plaats zegt Kṛṣṇa dat de dehī of kṣetra-jña, de eigenaar van het lichaam er is en er is nog een andere kṣetra-jña, een andere eigenaar. Dat is Kṛṣṇa. Kṣetra-jñaṁ cāpi māṁ viddhi sarva-kṣetreṣu bhārata (BG 13.3). Zoals de individuele ziel in het lichaam is, op dezelfde manier is de Superziel, Kṛṣṇa, er ook. Allebei daar. Allebei daar.

Dus Hij is de eigenaar van alle lichamen. Alle lichamen. Soms Kṛṣṇa wordt door de dwazen beschuldigd dat: "Waarom danste Hij met andermans vrouw?" Maar eigenlijk is Hij de eigenaar. Dehe sarvasya bhārata (BG 2.30). Ik ben geen eigenaar, Hij is de eigenaar. Dus als de eigenaar danst met Zijn, ik bedoel te zeggen, dienstmeisjes of toegewijden, wat is daar mis mee? Wat is er mis? Hij is de eigenaar. Jij bent geen eigenaar. Dehe sarvasya bhārata (BG 2.30). De individuele ziel is in elk lichaam en de Superziel is de echte eigenaar. Kṛṣṇa zegt dat; bhoktāraṁ yajña-tapasāṁ sarva-loka-maheśvaram (BG 5.29). Maheśvaram, Hij is de allerhoogste eigenaar. Suhṛdaṁ sarva-bhūtānām (BG 5.29). Hij is de werkelijke vriend. Als ik een minnaar heb, ik ben vriend. Ik ben geen vriend, werkelijke vriend is Kṛṣṇa. Suhṛdaṁ sarva-bhūtānām (BG 5.29). Zoals gezegd wordt; tasmād sarvāṇi bhūtāni (BG 2.30). Kṛṣṇa is de echte vriend. Dus als de gopī's dansen met de echte vriend, wat is daar mis mee? Wat is daar mis mee? Maar degenen die dwaas zijn, die Kṛṣṇa niet kennen, die denken dat het immoreel is. Het is niet immoreel. Het is het juiste ding. Kṛṣṇa is de echte echtgenoot. Daarom trouwde Hij met 16.108 vrouwen. Waarom 16.000? Als Hij zestien triljoen, miljarden vrouwen trouwt, wat is daar mis mee? Want Hij is de echte echtgenoot. Sarva-loka-maheśvaram (BG 5.29).

Dus de dwazen die Kṛṣṇa niet kennen beschuldigen Kṛṣṇa als immoreel, of vrouwenjager, zoals dat. En ze hebben er plezier in. Daarom maken ze afbeeldingen van Kṛṣṇa's activiteiten met de gopī's. Maar ze schilderen niet hoe Hij Kaṁsa doodt, hoe Hij de demonen doodt. Daar houden ze niet van. Dit is sahajiyā. Voor hun losbandig handelen willen ze gesteund worden door Kṛṣṇa. "Kṛṣṇa heeft dit gedaan." "Kṛṣṇa is immoreel geworden. Dus daarom zijn wij ook immoreel. Wij zijn grote toegewijden van Kṛṣṇa want wij zijn immoreel." Dit is er aan de hand.

Daarom is er om Kṛṣṇa te begrijpen een beetje betere intelligentie vereist. Betere intelligentie. Bahūnāṁ janmanām ante jñānavān (BG 7.19). Jñānavān betekent de eersteklas intelligente wijze. Māṁ prapadyate (BG 7.19). Hij begrijpt wat Kṛṣṇa is. Vāsudevaḥ sarvam iti sa mahātmā sudurlabhaḥ (BG 7.19). Zo'n intelligente mahātmā ... Je kan een dwaze mahātmā vinden die alleen door de kleding te veranderen zonder Kṛṣṇa-bewustzijn zichzelf God of Kṛṣṇa verklaart. Trap ze op hun gezicht. Kṛṣṇa is anders dan al deze dwazen. Maar als je Kṛṣṇa begrijpt, als je zo gelukkig bent; ei rūpe brahmāṇḍa bhramite kona bhāgyavān jīva (CC Madhya 19.151). Alleen de meest gelukkige mensen kunnen Kṛṣṇa begrijpen, wat Kṛṣṇa is.