NL/Prabhupada 0677 - Gosvami is geen erfelijke titel. Het is een kwalificatie

Revision as of 13:45, 16 January 2017 by ErikAlbers (talk | contribs) (Created page with "<!-- BEGIN CATEGORY LIST --> Category:1080 Dutch Pages with Videos Category:Prabhupada 0677 - in all Languages Category:NL-Quotes - 1969 Category:NL-Quotes - Lec...")
(diff) ← Older revision | Latest revision (diff) | Newer revision → (diff)


Invalid URL, must be MP3

Lecture on BG 6.25-29 -- Los Angeles, February 18, 1969

Prabhupāda: Dus degene die onder de controle van de zintuigen is, hij is go-dāsa. Go betekent zintuigen en dāsa betekent dienaar. En wie is de meester van de zintuigen is, hij is gosvāmī. Svāmī betekent meester en go betekent zintuigen. Jullie hebben de gosvāmī titel gezien. De gosvāmī titel betekent iemand die de meester is van de zintuigen, iemand die niet de dienaar van de zintuigen is. Zo lang men dienaar van de zintuigen is, kan hij geen gosvāmī of svāmī genoemd worden. Svāmī of gosvāmī, hetzelfde, betekent iemand die de meester van de zintuigen is. Dus tenzij men niet de meester van de zintuigen is, zijn aanvaarding van deze titel van svāmī en gosvāmī is bedrog. Men moet meester van de zintuigen zijn. Dat werd bepaald door Rūpa Gosvāmī. Gosvāmī, Rūpa Gosvāmī. Ze waren ministers. Toen ze predikanten waren, waren ze geen gosvāmī. Maar toen ze discipelen werden van Heer Caitanya, Sanātana Gosvāmī en Rūpa Gosvāmī, en werden opgeleid door Hem, werden ze gosvāmī.

Dus gosvāmī is niet een erfelijke titel. Het is een kwalificatie. Onder leiding van de spirituele meester. Iemand die perfectie bereikt in het beheersen van de zintuigen, wordt svāmī of gosvāmī genoemd. Dus men moet svāmī, gosvāmī worden. Dan kan hij geestelijk leraar worden. Zonder svāmī of meester van de zintuigen te zijn, om een spiritueel leraar te worden is nep. Dat werd ook bepaald door Rūpa Gosvāmī. Hij zegt:

vāco vegaṁ manasaḥ krodha-vegaṁ
jihvā-vegam udaropastha-vegam
etān vegān yo viṣaheta dhīraḥ
sarvām apīmāṁ pṛthivīṁ sa śiṣyāt
(NOI 1)

Hij zegt dat er zes drijfkrachten zijn, krachten, vegam. Kracht. Vegam, je kunt het begrijpen, net als je geroepen wordt door de natuur, je moet naar de toiletruimte. Je kan niet controleren. Je moet beantwoorden. Dat heet vegam, drijfkracht. Dus er zijn zes vegam, krachten. Wat is dat? Vāco vegam. Vegam, kracht van het praten. Onnodig praten. Dat heet de kracht van de gesprekken. Krodha-vegam. Er is soms kracht van de woede. Als ik heel erg boos ben kan ik mezelf niet controleren. Ik doe iets wat ik niet had mogen doen. Soms in woede, doodt zijn eigen mannen. Dit is de zogenaamde vegam, drijfkracht. Dus kracht van het woord, de kracht van de woede, en... Op dezelfde manier drijfkracht van de geest. De geest dicteert: "Je moet direct daar heen gaan." Per direct. Kracht van het woord, drijfkracht van de geest, de kracht van de woede. Dan jihvā-vegam. Jihvā-vegam betekent tong. Ik wil zulke lekkere dingen proeven. Een beetje sweetballs of iets anders dat ik heel graag lust. Dus men moet dit beheersen. Men moet controle over zijn onnodig praten hebben. Men moet zijn geest, dictaat van de geest beheersen. De yoga oefeningen alleen op de geest. Maar onze Kṛṣṇa bewuste praktijken zijn er... Behalve de geest zijn er zoveel andere dingen.

Net zoals woede, tong. Dan jihvā-vegam. Dan udara-vegam. Van de tong komen we iets naar beneden. Udara betekent buik. De buik is al gevuld, toch wil ik het meer vullen. Dat heet vegam, kracht van de buik. En waar er zo veel kracht van de tong en kracht van de buik is, de volgende eronder, het genitale, er is kracht van de geslachtsdelen. Dan heb ik wat seks nodig. Als ik meer eet, als ik mijn tong onnodig gebruik, als ik mijn geest toesta om van alles te doen, dan kan ik mijn geslachtsdelen ook niet controleren. Er zal sex drang zijn die ik niet kan controleren. Op deze manier zijn er zo veel drijfkrachten. Rūpa Gosvāmī zegt dat degene die de controle over deze krachtmachine heeft, hij kan geestelijk leraar worden. Niet dat spiritueel leraar is vervaardigd. Men moet dit leren. Hoe controleren we de kracht van deze dingen. Etān vegān yo viṣaheta dhīraḥ (NOI 1). Iemand die de controle over deze krachten heeft, en dhīraḥ blijft, stabiel, pṛthivīṁ sa śiṣyāt: Hij kan discipelen maken over de hele wereld. Open. Ja.

Dus alles is afhankelijk van training. Dat is het yoga-systeem. Yoga betekent, het hele yoga-systeem betekent training. Onze zintuigen, onze geest, onze, dit, dat zo veel dingen. Dan zijn we gefixeerd in het zelf. Denk je dat we gewoon door vijftien minuten meditatie realiseren? En de hele dag alle onzin doen? Nee. Het vereist training. Je gaat de problemen van het leven oplossen en je wilt het erg goedkoop doen? Nee, dan zul je worden bedrogen. Je moet ervoor betalen. Als je het mooiste ding wilt, dan moet je ervoor betalen. Maar door de genade van Heer Caitanya, is de betaling zeer eenvoudig gemaakt. Chant Hare Kṛṣṇa. Alles wordt heel eenvoudig. Al deze controlerende systemen, perfectie van het yoga-systeem, het wordt heel gemakkelijk. Dat is de genade van Heer Caitanya. Ihā haite sarva-siddhi haibe tomāra (Caitanya-bhāgavata Madhya 23.78). Heer Caitanya heeft gezegend dat als je dit principe volgt, chanten of zingen, dan zul je al de perfectie van zelfrealisatie krijgen. Dat is een feit.

Dus voor dit tijdperk, als mensen zoveel zijn gevallen, geen enkel ander proces zal succesvol zijn. Dit proces is het enige proces. Het is heel gemakkelijk en subliem en effectief en praktisch, en men kan zichzelf realiseren. Pratyakṣāvagamaṁ dharmyam (BG 9.2). In de Bhagavad-gītā wordt gezegd dat je het praktisch kunt ervaren. In ander systeem, ervaar je niet praktisch hoe ver je vooruitgang boekt. Maar dit systeem, als je het volgt, voor een paar dagen, realiseer je je: "Ja, ik maak vooruitgang." Net als wanneer je eet, je begrijpt dat je honger tevreden is gesteld. Eigenlijk op dezelfde manier als je dit principe van de Kṛṣṇa-bewustzijns beweging volgt, je zult zelf zien dat je vordert op het gebied van zelfverwerkelijking. Ga verder.

Viṣṇujana: "Iemand die de geest controleert, en dus de zintuigen, heet gosvāmī of svāmī. En degene die wordt bestuurd door de geest wordt go-dāsa genoemd of de dienaar van de zintuigen. Een gosvāmī kent de standaard van zintuigelijk geluk. In transcendentaal zintuigelijk geluk, worden de zintuigen bezig gehouden in dienst van Hṛṣīkeśa of de allerhoogste eigenaar van de zintuigen - Kṛṣṇa. Kṛṣṇa dienen met gezuiverde zintuigen wordt Kṛṣṇa-bewustzijn genoemd. Dat is de manier om de zintuigen volledig onder controle te brengen. Wat is meer, dat is de hoogste perfectie van yoga praktijk."