NL/Prabhupada 0787 - Men heeft de misvatting dat de Bhagavad-gītā over gewone oorlog en geweld gaat: Difference between revisions

(Created page with "<!-- BEGIN CATEGORY LIST --> Category:1080 Dutch Pages with Videos Category:Prabhupada 0787 - in all Languages Category:NL-Quotes - 1973 Category:NL-Quotes - Lec...")
 
(Vanibot #0023: VideoLocalizer - changed YouTube player to show hard-coded subtitles version)
 
Line 6: Line 6:
[[Category:NL-Quotes - in United Kingdom]]
[[Category:NL-Quotes - in United Kingdom]]
<!-- END CATEGORY LIST -->
<!-- END CATEGORY LIST -->
<!-- BEGIN NAVIGATION BAR -- DO NOT EDIT OR REMOVE -->
{{1080 videos navigation - All Languages|Dutch|NL/Prabhupada 0786 - Verwacht bestraffing door Yamaraja|0786|NL/Prabhupada 0788 - We moeten proberen te begrijpen waarom we ongelukkig zijn; omdat we in dit materiële lichaam zitten|0788}}
<!-- END NAVIGATION BAR -->
<!-- BEGIN ORIGINAL VANIQUOTES PAGE LINK-->
<!-- BEGIN ORIGINAL VANIQUOTES PAGE LINK-->
<div class="center">
<div class="center">
Line 14: Line 17:


<!-- BEGIN VIDEO LINK -->
<!-- BEGIN VIDEO LINK -->
{{youtube_right|Tm5jK3yhipY|Men heeft de misvatting dat de Bhagavad Gita over gewone oorlog en geweld gaat<br/>- Prabhupāda 0787}}
{{youtube_right|Dor7ssRKzQ0|Men heeft de misvatting dat de Bhagavad-gītā over gewone oorlog en geweld gaat<br/>- Prabhupāda 0787}}
<!-- END VIDEO LINK -->
<!-- END VIDEO LINK -->


<!-- BEGIN AUDIO LINK (from English page -->
<!-- BEGIN AUDIO LINK (from English page -->
<mp3player>File:730731BG-LONDON_clip1.mp3</mp3player>
<mp3player>https://s3.amazonaws.com/vanipedia/clip/730731BG-LONDON_clip1.mp3</mp3player>
<!-- END AUDIO LINK -->
<!-- END AUDIO LINK -->


Line 26: Line 29:


<!-- BEGIN TRANSLATED TEXT (from DotSub) -->
<!-- BEGIN TRANSLATED TEXT (from DotSub) -->
Pradyumna: Vertaling: "Ach, hoe vreemd is het dat we voorbereidingen treffen om zulke zondige daden te plegen, gedreven door het verlangen om van koninklijk geluk te genieten."  
Pradyumna: Vertaling: "Ach, hoe vreemd is het dat we ons klaarmaken om erg zondige activiteiten te doen, gedreven door het verlangen om van koninklijk geluk te genieten." ([[NL/BG 1.44|BG 1.44]])


Prabhupāda:  
Prabhupāda:  


:aho bata mahat-pāpaṁ
:''aho bata mahat-pāpaṁ''
:kartuṁ vyavasitā vayam
:''kartuṁ vyavasitā vayam''
:yad rājya-sukha-lobhena
:''yad rājya-sukha-lobhena''
:hantuṁ svajanam udyatāḥ
:''hantuṁ svajanam udyatāḥ''
:([[Vanisource:BG 1.44|BG 1.44]])
:([[NL/BG 1.44|BG 1.44]])


Soms wordt Arjuna en de Bhagavad Gita ook, beschuldigd dat "Er is geweld. Er is geweld. Bhagavad Gita staat vol met geweld." Ja, het is vol van geweld. Het slagveld. Maar hier, de Vaiṣṇava denkt... Arjuna denkt dat het was geregeld voor zijn rājya-sukha. Yad rājya-sukha-lobhena. Lobhena. Het werd geregeld voor het plezier van Arjuna, zodat hij kon genieten van het koninkrijk en het geluk daarvan. Eigenlijk was het niet zo. Het werd georganiseerd door Krishna voor Zijn plezier, niet voor Arjuna's plezier. Dat is het verschil tussen gewoon werk en devotionele dienst. Devotionele dienst en gewoon werk, ze lijken hetzelfde. Net zoals we in dit huis leven. De buren, ze kunnen denken, "Iemand woont hier naast, ze zingen en dansen. We dansen ook en soms zingen wij ook. En eten, zij eten ook. Wat is dan het verschil?'' Ze kunnen denken ''Wat is het verschil tussen devotionele dienst en gewoon werk?'' Het lijkt bijna hetzelfde. Men heeft de misvatting dat de Bhagavad Gita over gewone oorlog en geweld gaat. Maar zo is het niet. Het wordt georganiseerd door Krishna, om Zijn missie te vervullen. Zijn missie is paritrāṇāya sādhūnāṁ vināśāya ca duṣkṛtam ([[Vanisource:BG 4.8|BG 4.8]]). Dat is Zijn tevredenheid, niet Arjuna's tevredenheid, niet iemand anders tevredenheid. Het is Zijn plan. Hij komt, daalt neer naar deze planeet, in dit universum, alleen om het werkelijke doel van het religieuze leven vast te stellen en om te doden, om degenen die zich verzetten tegen het echte doel van het leven, van het menselijk leven, te overwinnen. Dat is Zijn missie, twee zaken gelijktijdig. Paritrāṇāya sādhūnāṁ vināśāya ca duṣkṛtam ([[Vanisource:BG 4.8|BG 4.8]]).  
Dus soms wordt Arjuna en ook de Bhagavad-gītā beschuldigd dat: "Er is geweld. Er is geweld. De Bhagavad-gītā staat vol met geweld." Ja, het slagveld is vol geweld. Maar hier denkt Arjuna dat het was geregeld voor zijn ''rājya-sukha''. ''Yad rājya-sukha-lobhena''. Het was geregeld voor het plezier van Arjuna zodat hij kon genieten van het koninkrijk en het geluk daarvan. Eigenlijk was dat niet zo. Het was geregeld door Kṛṣṇa voor Zijn plezier, niet voor Arjuna's plezier. Dus dat is het verschil tussen gewoon werk en toegewijde dienst.


Svajanam dus.  
Toegewijde dienst en gewoon werk lijken bijna hetzelfde. Net zoals wij in dit huis leven. De buren kunnen denken dat: "Er wonen hier wat mensen, ze zingen en dansen. Wij dansen ook en wij zingen soms ook. En wij eten, zij eten ook. Wat is dan het verschil?" Ze kunnen denken dat: "Wat is het verschil tussen toegewijde dienst en gewoon werk?" Het ziet er bijna hetzelfde uit. Daarom hebben mensen de misvatting dat de Bhagavad-gītā over gewone oorlog en geweld gaat. Maar dat is het niet. Het is geregeld door Kṛṣṇa om Zijn missie te vervullen.  


:aho bata mahat-pāpaṁ
Zijn missie is; ''paritrāṇāya sādhūnāṁ vināśāya ca duṣkṛtam'' ([[NL/BG 4.8|BG 4.8]]). Dat is Zijn voldoening, niet Arjuna's voldoening, niet iemand anders voldoening. Het is Zijn plan. Hij komt, Hij daalt neer op deze planeet in dit universum alleen om het werkelijke doel van religieus leven te bevestigen en om degenen die het echte doel van het menselijk leven afwijzen te verslaan en te doden. Dat is Zijn missie, twee dingen tegelijk. ''Paritrāṇāya sādhūnāṁ vināśāya ca duṣkṛtam'' ([[NL/BG 4.8|BG 4.8]]).
:kartuṁ vyavasitā vayam
:yad rājya-sukha-lobhena
:hantuṁ svajanam udyatāḥ
:([[Vanisource:BG 1.44|BG 1.44]])


Svajanam betekent verwanten. Verwanten betekent niet, in hogere zin, alleen mijn broer en mijn zus of mijn vader of mijn oom. Nee Svajanam betekent alle levende wezens. Iemand zonder Krishna-bewustzijn, met een alledaags bewustzijn, materieel bewustzijn, hij kan niet in termen van 'svajanam' denken. "Mijn verwanten, alle levende wezens," zo denkt hij niet. Eigenlijk is iedereen onze svajanam, omdat God ieders vader is. Zoals Krishna beweert, ahaṁ bīja-pradaḥ pitā, dat Hij de opperste vader is. Niet alleen Hij beweert dat, elk verfijnt religieus systeem beweert dat, "God is de oorspronkelijke vader." Dat is een feit. Ahaṁ sarvasya prabhavo mattaḥ sarvam pravartate ([[Vanisource:BG 10.8|BG 10.8]]). Alles komt van Hem. Hij is de opperste vader. Als Krishna dus de allerhoogste vader is, dan is Hij de vader van iedereen. Sarva-yoniṣu kaunteya ([[Vanisource:BG 14.4|BG 14.4]]). Alle soorten van leven, alle levensvormen, zijn allemaal onze svajana, verwanten. Hoe kan dat? Omdat Krishna de oorspronkelijke vader is. Dit is Krishna-bewustzijn. Daarom wil een toegewijde van Krishna geen elk levend wezen iets kwaads aan doen. Dat is Krishna-bewustzijn.
:''aho bata mahat-pāpaṁ''
:''kartuṁ vyavasitā vayam''
:''yad rājya-sukha-lobhena''
:''hantuṁ svajanam udyatāḥ''
:([[NL/BG 1.44|BG 1.44]])
 
Dus ''svajanam''. ''Svajanam'' betekent verwanten. Verwanten betekent niet, in ruimere zin, alleen mijn broer of mijn zus of mijn vader of mijn oom. Nee. ''Svajanam'' betekent alle levende wezens. Want iemand zonder Kṛṣṇa-bewustzijn, met een gewoon materieel bewustzijn, die kan niet in termen van ''svajanam'' denken: "Mijn verwanten, alle levende wezens," zo kan die niet denken. Eigenlijk is iedereen onze ''svajanam'' want als God de vader is, zoals Kṛṣṇa beweert; ''ahaṁ bīja-pradaḥ pitā'', als Hij de opperste vader is ... Niet alleen Hij beweert dat, minstens elk verfijnd religieus systeem beweert dat: "God is de oorspronkelijke vader." Dat is een feit. ''Ahaṁ sarvasya prabhavo mattaḥ sarvam pravartate'' ([[NL/BG 10.8|BG 10.8]]). Alles komt van Hem. Hij is de opperste vader. Dus als Kṛṣṇa de allerhoogste vader is dan is Hij de vader van iedereen. ''Sarva-yoniṣu kaunteya'' ([[NL/BG 14.4|BG 14.4]]). In alle levenssoorten, in alle levensvormen, zijn ze allemaal onze ''svajana'', verwanten. Hoe kan het niet zo zijn? Want Kṛṣṇa is de oorspronkelijke vader. Dit is Kṛṣṇa-bewustzijn. Daarom wil een toegewijde van Kṛṣṇa geen enkel levend wezen schade doen. Dat is Kṛṣṇa-bewustzijn.  
<!-- END TRANSLATED TEXT -->
<!-- END TRANSLATED TEXT -->

Latest revision as of 18:05, 29 June 2021



Lecture on BG 1.44 -- London, July 31, 1973

Pradyumna: Vertaling: "Ach, hoe vreemd is het dat we ons klaarmaken om erg zondige activiteiten te doen, gedreven door het verlangen om van koninklijk geluk te genieten." (BG 1.44)

Prabhupāda:

aho bata mahat-pāpaṁ
kartuṁ vyavasitā vayam
yad rājya-sukha-lobhena
hantuṁ svajanam udyatāḥ
(BG 1.44)

Dus soms wordt Arjuna en ook de Bhagavad-gītā beschuldigd dat: "Er is geweld. Er is geweld. De Bhagavad-gītā staat vol met geweld." Ja, het slagveld is vol geweld. Maar hier denkt Arjuna dat het was geregeld voor zijn rājya-sukha. Yad rājya-sukha-lobhena. Het was geregeld voor het plezier van Arjuna zodat hij kon genieten van het koninkrijk en het geluk daarvan. Eigenlijk was dat niet zo. Het was geregeld door Kṛṣṇa voor Zijn plezier, niet voor Arjuna's plezier. Dus dat is het verschil tussen gewoon werk en toegewijde dienst.

Toegewijde dienst en gewoon werk lijken bijna hetzelfde. Net zoals wij in dit huis leven. De buren kunnen denken dat: "Er wonen hier wat mensen, ze zingen en dansen. Wij dansen ook en wij zingen soms ook. En wij eten, zij eten ook. Wat is dan het verschil?" Ze kunnen denken dat: "Wat is het verschil tussen toegewijde dienst en gewoon werk?" Het ziet er bijna hetzelfde uit. Daarom hebben mensen de misvatting dat de Bhagavad-gītā over gewone oorlog en geweld gaat. Maar dat is het niet. Het is geregeld door Kṛṣṇa om Zijn missie te vervullen.

Zijn missie is; paritrāṇāya sādhūnāṁ vināśāya ca duṣkṛtam (BG 4.8). Dat is Zijn voldoening, niet Arjuna's voldoening, niet iemand anders voldoening. Het is Zijn plan. Hij komt, Hij daalt neer op deze planeet in dit universum alleen om het werkelijke doel van religieus leven te bevestigen en om degenen die het echte doel van het menselijk leven afwijzen te verslaan en te doden. Dat is Zijn missie, twee dingen tegelijk. Paritrāṇāya sādhūnāṁ vināśāya ca duṣkṛtam (BG 4.8).

aho bata mahat-pāpaṁ
kartuṁ vyavasitā vayam
yad rājya-sukha-lobhena
hantuṁ svajanam udyatāḥ
(BG 1.44)

Dus svajanam. Svajanam betekent verwanten. Verwanten betekent niet, in ruimere zin, alleen mijn broer of mijn zus of mijn vader of mijn oom. Nee. Svajanam betekent alle levende wezens. Want iemand zonder Kṛṣṇa-bewustzijn, met een gewoon materieel bewustzijn, die kan niet in termen van svajanam denken: "Mijn verwanten, alle levende wezens," zo kan die niet denken. Eigenlijk is iedereen onze svajanam want als God de vader is, zoals Kṛṣṇa beweert; ahaṁ bīja-pradaḥ pitā, als Hij de opperste vader is ... Niet alleen Hij beweert dat, minstens elk verfijnd religieus systeem beweert dat: "God is de oorspronkelijke vader." Dat is een feit. Ahaṁ sarvasya prabhavo mattaḥ sarvam pravartate (BG 10.8). Alles komt van Hem. Hij is de opperste vader. Dus als Kṛṣṇa de allerhoogste vader is dan is Hij de vader van iedereen. Sarva-yoniṣu kaunteya (BG 14.4). In alle levenssoorten, in alle levensvormen, zijn ze allemaal onze svajana, verwanten. Hoe kan het niet zo zijn? Want Kṛṣṇa is de oorspronkelijke vader. Dit is Kṛṣṇa-bewustzijn. Daarom wil een toegewijde van Kṛṣṇa geen enkel levend wezen schade doen. Dat is Kṛṣṇa-bewustzijn.