NL/Prabhupada 0932 - Krishna wordt niet geboren maar het lijkt zo voor sommige dommen

Revision as of 12:41, 9 March 2017 by ErikAlbers (talk | contribs) (Created page with "<!-- BEGIN CATEGORY LIST --> Category:1080 Dutch Pages with Videos Category:Dutch Pages - 207 Live Videos Category:Prabhupada 0932 - in all Languages Category:NL...")
(diff) ← Older revision | Latest revision (diff) | Newer revision → (diff)


Invalid source, must be from amazon or causelessmery.com

730424 - Lecture SB 01.08.32 - Los Angeles

Dus Kuntī zegt: kaścid, kecid āhur ajaṁ jātam (SB 1.8.32). Ajam, de eeuwige, de ongeborene, is nu geboren. Dan ... Natuurlijk kunnen we zeggen dat Kṛṣṇa geboren wordt, ja, Kṛṣṇa wordt geboren, maar Zijn geboorte is niet zoals de onze. Dat moeten we weten. Het staat in de Bhagavad-gītā: janma karma ca me divyaṁ yo jānāti tattvataḥ (BG 4.9). Kṛṣṇa wordt geboren als de zoon van Devakī of moeder Yaśodā, maar Hij wordt niet geboren precies zoals wij. Dat wordt beschreven in het Śrīmad-Bhāgavatam. Toen Kṛṣṇa verscheen kwam Hij niet uit de schoot van Devakī. Ten eerste verscheen Hij. Jullie hebben de foto gezien. En toen werd Hij een klein kind op de schoot.

Daarom is Kṛṣṇa's geboorte transcendentaal. Onze geboorte is onder dwang van de wetten van de natuur. Hij valt niet onder de wetten van de natuur. De wetten van de natuur vallen onder Hem. Mayādhyakṣeṇa prakṛtiḥ sūyate sa-carācaram (BG 9.10). Prakṛti, de natuur werkt onder het gezag van Kṛṣṇa, en wij werken onder het gezag van de natuur. Dat is het verschil. Kijk, Kṛṣṇa is de baas van de natuur, en wij zijn dienaar van de natuur. Dat is het verschil. Mayādhyakṣeṇa prakṛtiḥ sūyate. Daarom zegt Kuntīdevī kecid āhur: "Iemand beweert dat." Iemand beweert dat de ongeborene geboren is. Hoe kan de ongeborene geboren worden? Het lijkt wel alsof, maar het is niet geboren worden. Het lijkt net alsof Hij geboren is net zoals wij. Nee.

Daarom wordt het duidelijk gezegd: kecid āhur. "Sommige domme mensen beweren dat." En Kṛṣṇa heeft ook gezegd in de Bhagavad-gītā: avajānanti māṁ mūḍhāḥ. "Degenen die schurken zijn. Die denken dat Ik ook net als gewone mensen ben." Avajānanti māṁ mūḍhā mānuṣīṁ tanum āśritam (BG 9.11). "Omdat Ik net als een menselijk wezen ben verschenen, dus sommige van die schurken denken dat Ik ook één van de mensen ben." Nee. Param bhāvam ajānantaḥ. Hij weet niet wat het mysterie is van God die geboren wordt als mens. Param bhāvam ajānantaḥ. Dus vergelijkbaar, Kṛṣṇa is aja. Het lijkt of Hij geboren wordt, Hij wordt niet echt geboren. Hij is overal.

Net als Kṛṣṇa, het staat geschreven: īśvaraḥ sarva-bhūtānāṁ hṛd-deśe 'rjuna tiṣṭhati (BG 18.61). Dus Īśvara, de Heer bevindt Zich in ieders hart. Als dat een feit is, dus als Kṛṣṇa in je hart is, in jezelf, dus als Hij onmiddellijk voor je verschijnt, wat is dan het probleem voor Kṛṣṇa? Hij is al binnenin, en Hij is almachtig. Net als Dhruva Mahārāja. Toen Dhruva Mahārāja bezig was met meditatie, hij was aan het mediteren op de gedaante van Viṣṇu met vier armen. Ineens verbrak zijn meditatie en hij zag dezelfde figuur voor hem, onmiddellijk. Is dat erg moeilijk voor Kṛṣṇa? Hij is al binnenin je, en als Hij er uit komt...

Vergelijkbaar, als Kṛṣṇa in het hart van iedereen is, van Devakī ook, dus als Hij er uit komt voor Devakī in dezelfde gedaante met vier armen, is dat erg moeilijk voor Kṛṣṇa? Dus mensen weten het niet. Daarom zegt Kṛṣṇa dat: "Je moet begrijpen: janma karma me divyam (BG 4.9), transcendentale geboorte. Mijn activiteiten, Mijn geboorte." Daarom weet Kuntīdevī dat Kṛṣṇa ongeboren is. Kṛṣṇa wordt niet geboren, maar het lijkt zo voor enkele dwazen. Daarom zeggen ze dat Kṛṣṇa geboren is. Maar waarom wordt Kṛṣṇa geboren? Dat zal de volgende vraag zijn. Dat wordt beantwoord: puṇya-ślokasya kīrtaye, puṇya-ślokasya (SB 1.8.32). Degenen die heel vroom zijn, heel ver gevorderd in spiritueel inzicht, om hun te verheerlijken.