"Een Kṛṣṇa-bewust persoon mag niet dom zijn. Als hij moet uitleggen hoe deze universele planeten zweven, hoe dit menselijk lichaam roteert, hoeveel soorten leven er zijn, hoe ze evolueren ... Dit is allemaal wetenschappelijke kennis - natuurkunde, botanica, scheikunde, astronomie, alles. Daarom zegt Kṛṣṇa, yaj jṣātvā: als je deze kennis begrijpt, Kṛṣṇa-bewustzijn, dan hoef je niets te weten. Dat betekent dat je volledige kennis hebt. We hunkeren naar kennis, maar als we kennis hebben van Kṛṣṇa-bewustzijn, en als we Kṛṣṇa kennen, dan is alle kennis inbegrepen."
|