NL/Prabhupada 0649 - De geest is de bestuurder. Het lichaam is de strijdwagen of auto: Difference between revisions

(Created page with "<!-- BEGIN CATEGORY LIST --> Category:1080 Dutch Pages with Videos Category:Prabhupada 0649 - in all Languages Category:NL-Quotes - 1969 Category:NL-Quotes - Lec...")
 
(Vanibot #0023: VideoLocalizer - changed YouTube player to show hard-coded subtitles version)
 
Line 8: Line 8:
[[Category:Dutch Pages - Yoga System]]
[[Category:Dutch Pages - Yoga System]]
<!-- END CATEGORY LIST -->
<!-- END CATEGORY LIST -->
<!-- BEGIN NAVIGATION BAR -- DO NOT EDIT OR REMOVE -->
{{1080 videos navigation - All Languages|Dutch|NL/Prabhupada 0648 - We zijn van nature levende wezens, we moeten bezig zijn|0648|NL/Prabhupada 0650 - Kom uit deze verstrikking door deze perfecte yoga van Krishna-bewustzijn|0650}}
<!-- END NAVIGATION BAR -->
<!-- BEGIN ORIGINAL VANIQUOTES PAGE LINK-->
<!-- BEGIN ORIGINAL VANIQUOTES PAGE LINK-->
<div class="center">
<div class="center">
Line 16: Line 19:


<!-- BEGIN VIDEO LINK -->
<!-- BEGIN VIDEO LINK -->
{{youtube_right|2LgsywVJMgo|De geest is de bestuurder. Het lichaam is de strijdwagen of automobiel<br />- Prabhupāda 0649}}
{{youtube_right|QwIzQ00yeyM|De geest is de bestuurder. Het lichaam is de strijdwagen of auto<br />- Prabhupāda 0649}}
<!-- END VIDEO LINK -->
<!-- END VIDEO LINK -->


<!-- BEGIN AUDIO LINK (from English page -->
<!-- BEGIN AUDIO LINK (from English page -->
<mp3player>http://vaniquotes.org/w/images/690214BG-LA_Clip4.MP3</mp3player>
<mp3player>https://s3.amazonaws.com/vanipedia/clip/690214BG-LA_Clip4.mp3</mp3player>
<!-- END AUDIO LINK -->
<!-- END AUDIO LINK -->


Line 28: Line 31:


<!-- BEGIN TRANSLATED TEXT (from DotSub) -->
<!-- BEGIN TRANSLATED TEXT (from DotSub) -->
Toegewijde: Vers nummer vijf. "Een mens moet zichzelf verheffen door zijn eigen geest. Zichzelf niet degraderen. De geest is de vriend van de geconditioneerde ziel en zijn vijand ook ([[Vanisource:BG 6.5|BG 6.5]])."  
Revatīnandana: Vers nummer vijf. "Een mens moet zichzelf verheffen door zijn eigen geest. Zichzelf niet degraderen. De geest is de vriend van de geconditioneerde ziel en ook zijn vijand ([[NL/BG 6.5|BG 6.5]])."  


Commentaar: "Het Sanskriet woord ātmā, ziel, duidt lichaam, geest en ziel, afhankelijk van verschillende omstandigheden. In het yoga-systeem zijn de geest en de geconditioneerde ziel vooral belangrijk. Omdat de geest het centrale punt van yoga is verwijst ātmā hier naar de geest. Het doel van de yogamethode is de geest te beheersen en om het weg te trekken van gehechtheid aan zinsobjecten. Benadrukt wordt hierbij dat de geest zo moet worden getraind dat het de geconditioneerde ziel kan bevrijden van het moeras van onwetendheid."  
Commentaar: "Het Sanskriet woord ''ātmā'', ziel, duidt lichaam, geest en ziel, afhankelijk van de verschillende omstandigheden. In het yoga-systeem zijn de geest en de geconditioneerde ziel vooral belangrijk. Omdat de geest het centrale punt van de yoga beoefening is verwijst ''ātmā'' hier naar de geest. Het doel van het yoga-systeem is om de geest te beheersen en weg te trekken van gehechtheid aan de zinsobjecten. Hiermee wordt benadrukt dat de geest zo moet worden getraind dat het de geconditioneerde ziel kan bevrijden uit het moeras van onwetendheid."  


Prabhupāda: In het aṣṭāṅga-yoga-systeem, dit achtvoudige yoga-systeem, dhyāna, dhāraṇā - ze zijn bedoeld voor het controleren van de geest. Geest, tenzij je de geest beheerst... In het begin wordt gezegd dat een mens zich moet verheffen door zijn eigen geest. Geest is de bestuurder. Het lichaam is de strijdwagen of auto. Dus net als je belt, vraag dan je chauffeur, "Vervoer me alsublieft in een Kṛṣṇa-bewustzijns tempel." De chauffeur zal je hier naartoe brengen. En als je je chauffeur vraagt, "Vervoer me in dat drank huis." De chauffeur zal je daar heen rijden. De zaak van de bestuurder is om je te rijden waar je maar wilt. Op dezelfde manier is je geest de bestuurder. Als je kunt besturen - maar als de bestuurder je rijbewijs neemt, dat waar hij maar wilt jou meeneemt. Dan ben je weg. Dan is je bestuurder je vijand. Maar als je bestuurder werkt op je bestelling, dan is hij je vriend. Dus eigenlijk betekent de yogamethode om de geest te beheersen op zodanige wijze dat hij zal fungeren als je vriend, niet als je vijand.  
Prabhupāda: Het ''aṣṭāṅga-yoga''-systeem, dit achtvoudige yoga-systeem, ''dhyāna, dhāraṇā'' - is bedoeld om de geest te beheersen. Geest, tenzij je de geest beheerst ... In het begin werd gezegd dat iemand zich moet verheffen door zijn eigen geest. De geest is de bestuurder. Het lichaam is de strijdwagen of auto. Dus net zoals je de chauffeur vraagt: "Breng me alsjeblieft naar de Hare Kṛṣṇa tempel." De chauffeur zal je ernaartoe brengen. En als je de chauffeur vraagt, "Breng me alsjeblieft naar die kroeg." De chauffeur zal je daarheen rijden. De taak van de chauffeur is om je te rijden waar je maar wilt. Op dezelfde manier is je geest de chauffeur. Als je die kan beheersen - maar als de chauffeur je vergunning afpakt en je brengt waar hij maar zin in heeft. Dan ben je verloren. Dan is de chauffeur je vijand. Maar als de chauffeur jouw opdracht volgt, dan is hij je vriend. Dus eigenlijk is het yoga-systeem om de geest op zo'n manier te beheersen dat die als je vriend zal handelen, niet als je vijand.  


Eigenlijk is de geest als mijn, omdat ik weinig onafhankelijkheid heb, want ik ben een essentieel onderdeel van de Allerhoogste, die volledige onafhankelijkheid heeft, daarom heb ik weinig onafhankelijkheid. De geest beheerst deze onafhankelijkheid. Als geest zegt: "Oké, laat me gaan naar de Kṛṣṇa-bewuste tempel," en de geest kan zeggen: "O wat is dat voor onzin, Kṛṣṇa, laten we naar een club gaan." Dus geest bestuurt je. Dus daarom onze Kṛṣṇa-bewustzijns beweging is om de geest in Kṛṣṇa te fixeren, dat is alles. Hij kan niet anders dan fungeren als vriend. Zie je? Hij heeft geen ruimte om één plaats te geven. Zodra Kṛṣṇa is gezet op de geest, net als zodra er zon is, de zon is in de lucht, er is geen ruimte voor duisternis. Er geen mogelijkheid. Duisternis zal nooit komen voor de zon. Op dezelfde manier Kṛṣṇa is net als de zon. U houdt Kṛṣṇa op de geest. De māyā, de duisternis zal nooit in staat zijn om te komen. Dat is het eerste klas yoga-systeem. Dat is de perfectie van het yoga-systeem. Iemand wiens geest zo sterk is dat de geest niet zal toestaan ​​om onzin binnen te laten, waar is dan jouw neergang? De geest is sterk, de bestuurder is sterk. Hij kan je niet overal mee naartoe nemen, tenzij je wenst.  
Eigenlijk handelt de geest als mijn ..., omdat ik een beetje onafhankelijkheid heb. Want ik ben een essentieel onderdeel van de Allerhoogste, die volledige onafhankelijkheid heeft, daarom heb ik een beetje onafhankelijkheid. De geest beheerst die onafhankelijkheid. Als de geest zegt: "Oké, laat ik naar de Hare Kṛṣṇa tempel gaan," en de geest kan zeggen: "O wat is dat voor onzin, Kṛṣṇa, laten we naar een kroeg gaan." Dus de geest bestuurt je. Dus daarom is onze Kṛṣṇa-bewustzijnsbeweging om de geest aan Kṛṣṇa te hechten, dat is alles. Dan kan hij niet anders dan als vriend handelen. Zie je? Hij heeft geen ruimte om een andere plaats te geven. Zodra Kṛṣṇa in de geest zit, net zoals zodra er zon is, de zon staat aan de hemel, er is geen ruimte voor duisternis. Er geen mogelijkheid. Duisternis zal nooit voor de zon komen. Kṛṣṇa is net als de zon. Je houdt Kṛṣṇa in je geest. De duisternis, ''māyā'', zal nooit in staat zijn om te komen. Dat is het eersteklas yoga-systeem. Dat is de perfectie van het yoga-systeem. Iemand wiens geest zo sterk is dat de geest helemaal geen onzin binnen zal laten, waar is dan je terugval? De geest is sterk, de chauffeur is sterk, hij kan je nergens brengen, tenzij jij dat wenst.  


Dus het hele yoga-systeem betekent de geest sterk maken. Niet om af te wijken van de Allerhoogste. Dat is de perfectie van het yoga-systeem. Sa vai manaḥ kṛṣṇa-padāravindayoḥ ([[Vanisource:SB 9.4.18|SB 9.4.18]]). Men moet fixeren, net als Ambarīṣa Mahārāja zijn geest alleen op Kṛṣṇa fixeerde. En er was een gevecht tussen een grote yogi, aṣṭāṅga-yogī, Durvāsā Muni. Mahārāja Ambarīṣa, hij was een koning, hij was een heer des huizes, hij was een pound shilling man. Gezinshoofd betekent dat hij rekening moet houden met pond, shilling, pence. Dollars, centen. Koning, hij was eigenlijk koning. Dus Durvāsā Muni was een grote yogi. Hij was jaloers op deze koning. Dat: "Hoe is dat? Ik ben zo'n grote yogi, ik kan reizen in de ruimte, en deze man is gewoon koning, hij kan geen goochelarij van yoga-systeem laten zien, maar mensen eren hem het meest. Waarom? Ik zal hem een lesje leren." Dus hij pakte wat ruzie met de koning op, dat is een lang verhaal, Ik zal het zeggen op een andere dag, dus tenslotte was hij verslagen. En hij werd gestuurd door Nārāyaṇa om toevlucht te nemen de voeten van de koning, Mahārāja Ambarīṣa. Deze gevallen zien we vanuit gezaghebbende geschriften, dat hij was gewoon Kṛṣṇa in zijn geest aan het houden. En hij versloeg de grootste yogi. Durvāsā Muni, hij was zo'n perfect yogi, dat binnen een jaar Hij bereisde deze hele materiële ruimte, en boven de materiële ruimte in de spirituele ruimte - ging rechtstreeks naar het rijk van, verblijfplaats van God, Vaikuṇṭha, en zag de Persoonlijkheid van God persoonlijk. Toch was hij zo zwak dat hij moest terugkomen en naar beneden vallen op de voeten van Mahārāja Ambarīṣa. Maar Mahārāja Ambarīṣa, hij was een gewone koning, hij was gewoon aan het denken aan Kṛṣṇa, dat is alles. Deze gevallen zullen we zien.  
Dus het hele yoga-systeem is bedoeld om de geest sterk te maken. Om niet af te wijken van de Allerhoogste. Dat is de perfectie van het yoga-systeem. ''Sa vai manaḥ kṛṣṇa-padāravindayoḥ'' ([[Vanisource:SB 9.4.18-20|SB 9.4.18]]). Men moet net als Ambarīṣa Mahārāja zijn geest alleen op Kṛṣṇa richten. En er was een gevecht met een grote ''aṣṭāṅga-yogī'', Durvāsā Muni. Mahārāja Ambarīṣa was een koning, hij was een huisvader, hij ging met geld om. Huisvader betekent dat hij de uitgaven goed moet bijhouden. Euro's, centen. Hij was eigenlijk de koning. Dus Durvāsā Muni was een grote yogi. Hij was jaloers op deze koning. Dat: "Hoe kan dat? Ik ben zo'n grote yogi, ik kan in de ruimte reizen, en deze man is een gewone koning, hij kan geen trucjes van het yoga-systeem laten zien, maar toch eren de mensen hem het meest. Waarom? Ik zal hem een lesje leren." Dus hij begon een ruzie met de koning, dat is een lang verhaal, ik zal dat een andere keer vertellen. Dus tenslotte werd hij verslagen, en hij werd door Nārāyaṇa verwezen om toevlucht te zoeken bij  de voeten van de koning, Mahārāja Ambarīṣa. Deze voorvallen zien we in de gezaghebbende geschriften, dat hij alleen Kṛṣṇa in zijn geest hield, en hij versloeg de grootste yogi. Durvāsā Muni was zo'n perfecte yogi, dat hij binnen een jaar de hele materiële ruimte afreisde, en boven de materiële ruimte in de spirituele ruimte rechtstreeks naar het koninkrijk van God, Vaikuṇṭha, ging en de Persoonlijkheid Gods persoonlijk zag. Toch was hij zo zwak dat hij terug moest komen en neervallen bij de voeten van Mahārāja Ambarīṣa. Maar Mahārāja Ambarīṣa was een gewone koning, hij dacht alleen aan Kṛṣṇa, dat is alles. Deze voorvallen zullen we zien.  


Daarom is de hoogste perfectie van het yoga-systeem om de geest te beheersen. En je kunt de geest heel gemakkelijk beheersen als je de twee lotus voeten van Kṛṣṇa in je houdt, dat is alles. Gewoon denken aan Kṛṣṇa en je bent veroveraar. Je bent zegevierend. Je wordt de opperste yogi. Want tenslotte, het yoga-systeem is, yoga indriya saṁyama. Yoga betekent om de zintuigen te beheersen. En boven het verstand, de geest. Dus als je de geest beheerst, worden de zintuigen automatisch beheerst. Je tong wil iets onzin eten, maar als je geest sterk is, geest zegt: "Nee, je kunt niet eten. Je kunt niets behalve kṛṣṇa-prasāda eten." Dan wordt de tong bestuurd. Dus zintuigen worden bestuurd door de geest. Indriyāṇi parāṇy āhur indriyebhyaḥ paraṁ manaḥ ([[Vanisource:BG 3.42|BG 3.42]]). Mijn lichaam betekent zintuigen, dus de zintuigen, mijn activiteiten betekent zinnelijke activiteiten, dat is alles. Maar boven de zintuigen is de geest. Boven de geest is de intelligentie. En boven de intelligentie is de ziel. Als men op het spirituele platform is, op de ziel platform, dan is zijn intelligentie vergeestelijkt, zijn geest is vergeestelijkt, Zijn zintuigen zijn vergeestelijkt, hij is vergeestelijkt. Dit is het proces van Kṛṣṇa-bewustzijn. Want eigenlijk werkt de ziel, maar hij heeft zijn volmacht gegeven aan deze onzin geest. Hij ligt te slapen. Maar als hij ontwaakt, ontwaakt de meester, de dienaar kan geen onzin dingen doen. Op dezelfde manier als je ontwaakt in Kṛṣṇa-bewustzijn, kunnen je intelligentie, je geest, of je zintuigen niet absurd handelen. Zij moeten volgens die. Dat is vergeestelijking. Dat heet zuivering.  
Daarom is de hoogste perfectie van het yoga-systeem om de geest te beheersen. En je kan de geest heel gemakkelijk beheersen als je de twee lotusvoeten van Kṛṣṇa in je houdt, dat is alles. Denk gewoon aan Kṛṣṇa en je bent overwinnaar. Je zegeviert. Je wordt de hoogste yogi. Want tenslotte is het yoga-systeem; ''yoga indriya saṁyama''. Yoga heeft als doel de zintuigen te beheersen. En boven de zintuigen is de geest. Dus als je de geest beheerst dan zijn de zintuigen automatisch beheerst. Je tong wil onzin eten maar als je geest sterk is dan zegt die: "Nee, je kan dat niet eten. Je mag niets eten behalve ''kṛṣṇa-prasāda''." Dan is de tong beheerst. Dus de zintuigen worden beheerst door de geest. ''Indriyāṇi parāṇy āhur indriyebhyaḥ paraṁ manaḥ'' ([[NL/BG 3.42|BG 3.42]]). Mijn lichaam betekent zintuigen dus mijn activiteiten betekent zintuiglijke activiteiten, dat is alles. Maar boven de zintuigen is de geest. Boven de geest is de intelligentie. En boven de intelligentie is de spirituele ziel. Als iemand op het spirituele platform is, op het ziel-platform, dan is zijn intelligentie gespiritualiseerd, zijn geest is gespiritualiseerd, zijn zintuigen zijn gespiritualiseerd, hij is gespiritualiseerd. Dit is het proces van Kṛṣṇa-bewustzijn. Want eigenlijk is het de ziel die werkt, maar hij heeft zijn volmacht aan de onzinnige geest gegeven. Hij ligt te slapen. Maar als hij wakker is, als de baas wakker is, dan kan de dienaar geen onzin doen. Net zo, als je wakker bent in Kṛṣṇa-bewustzijn, dan kunnen je intelligentie, je geest, of je zintuigen geen onzin doen. Zij moeten dat volgen. Dat is spiritualisatie. Dat heet zuivering.  


Hṛṣīkeṇa Hṛṣīkeśa-sevanaṁ bhaktir ucyate ([[Vanisource:CC Madhya 19.170|CC Madhya 19.170]]). Bhakti betekent om spiritueel te handelen. Hoe kun je dat doen? Je moet handelen met je zintuigen. Daarom moet je je zintuigen vergeestelijken. Meditatie, het stoppen van actie betekent het stoppen van onzin, maar handelen in Kṛṣṇa-bewustzijn is transcendentaal. Net als je je zintuigen stopt met onzin handelen, maar dat is niet perfectie. Je moet goed handelen. Dan is het perfectie. Anders als je je zintuigen niet traint om goed te handelen, zal het weer naar beneden vallen naar de onzin activiteiten. Dus we moeten betrokkenheid geven aan de zintuigen om te handelen voor Kṛṣṇa. Dan is er geen kans om te vallen. Dat is Kṛṣṇa-bewustzijn.
''Hṛṣīkeṇa Hṛṣīkeśa-sevanaṁ bhaktir ucyate'' ([[Vanisource:CC Madhya 19.170|CC Madhya 19.170]]). ''Bhakti'' betekent om spiritueel bezig te zijn. Hoe kan je dat doen? Je moet met je zintuigen bezig zijn. Daarom moet je je zintuigen spiritualiseren. Meditatie, het stoppen van activiteit betekent het stoppen van onzin, maar bezig zijn in Kṛṣṇa-bewustzijn is transcendentaal. Net zoals je je zintuigen moet stoppen met onzin doen, maar dat is geen perfectie. Je moet juist handelen. Dan is het perfectie. Anders, als je je zintuigen niet traint om juist te handelen zullen die weer terugvallen naar de onzin activiteiten. Dus we moeten de zintuigen bezig houden met activiteiten voor Kṛṣṇa. Dan is er geen kans om terug te vallen. Dat is Kṛṣṇa-bewustzijn.  
<!-- END TRANSLATED TEXT -->
<!-- END TRANSLATED TEXT -->

Latest revision as of 16:31, 29 January 2021



Lecture on BG 6.2-5 -- Los Angeles, February 14, 1969

Revatīnandana: Vers nummer vijf. "Een mens moet zichzelf verheffen door zijn eigen geest. Zichzelf niet degraderen. De geest is de vriend van de geconditioneerde ziel en ook zijn vijand (BG 6.5)."

Commentaar: "Het Sanskriet woord ātmā, ziel, duidt lichaam, geest en ziel, afhankelijk van de verschillende omstandigheden. In het yoga-systeem zijn de geest en de geconditioneerde ziel vooral belangrijk. Omdat de geest het centrale punt van de yoga beoefening is verwijst ātmā hier naar de geest. Het doel van het yoga-systeem is om de geest te beheersen en weg te trekken van gehechtheid aan de zinsobjecten. Hiermee wordt benadrukt dat de geest zo moet worden getraind dat het de geconditioneerde ziel kan bevrijden uit het moeras van onwetendheid."

Prabhupāda: Het aṣṭāṅga-yoga-systeem, dit achtvoudige yoga-systeem, dhyāna, dhāraṇā - is bedoeld om de geest te beheersen. Geest, tenzij je de geest beheerst ... In het begin werd gezegd dat iemand zich moet verheffen door zijn eigen geest. De geest is de bestuurder. Het lichaam is de strijdwagen of auto. Dus net zoals je de chauffeur vraagt: "Breng me alsjeblieft naar de Hare Kṛṣṇa tempel." De chauffeur zal je ernaartoe brengen. En als je de chauffeur vraagt, "Breng me alsjeblieft naar die kroeg." De chauffeur zal je daarheen rijden. De taak van de chauffeur is om je te rijden waar je maar wilt. Op dezelfde manier is je geest de chauffeur. Als je die kan beheersen - maar als de chauffeur je vergunning afpakt en je brengt waar hij maar zin in heeft. Dan ben je verloren. Dan is de chauffeur je vijand. Maar als de chauffeur jouw opdracht volgt, dan is hij je vriend. Dus eigenlijk is het yoga-systeem om de geest op zo'n manier te beheersen dat die als je vriend zal handelen, niet als je vijand.

Eigenlijk handelt de geest als mijn ..., omdat ik een beetje onafhankelijkheid heb. Want ik ben een essentieel onderdeel van de Allerhoogste, die volledige onafhankelijkheid heeft, daarom heb ik een beetje onafhankelijkheid. De geest beheerst die onafhankelijkheid. Als de geest zegt: "Oké, laat ik naar de Hare Kṛṣṇa tempel gaan," en de geest kan zeggen: "O wat is dat voor onzin, Kṛṣṇa, laten we naar een kroeg gaan." Dus de geest bestuurt je. Dus daarom is onze Kṛṣṇa-bewustzijnsbeweging om de geest aan Kṛṣṇa te hechten, dat is alles. Dan kan hij niet anders dan als vriend handelen. Zie je? Hij heeft geen ruimte om een andere plaats te geven. Zodra Kṛṣṇa in de geest zit, net zoals zodra er zon is, de zon staat aan de hemel, er is geen ruimte voor duisternis. Er geen mogelijkheid. Duisternis zal nooit voor de zon komen. Kṛṣṇa is net als de zon. Je houdt Kṛṣṇa in je geest. De duisternis, māyā, zal nooit in staat zijn om te komen. Dat is het eersteklas yoga-systeem. Dat is de perfectie van het yoga-systeem. Iemand wiens geest zo sterk is dat de geest helemaal geen onzin binnen zal laten, waar is dan je terugval? De geest is sterk, de chauffeur is sterk, hij kan je nergens brengen, tenzij jij dat wenst.

Dus het hele yoga-systeem is bedoeld om de geest sterk te maken. Om niet af te wijken van de Allerhoogste. Dat is de perfectie van het yoga-systeem. Sa vai manaḥ kṛṣṇa-padāravindayoḥ (SB 9.4.18). Men moet net als Ambarīṣa Mahārāja zijn geest alleen op Kṛṣṇa richten. En er was een gevecht met een grote aṣṭāṅga-yogī, Durvāsā Muni. Mahārāja Ambarīṣa was een koning, hij was een huisvader, hij ging met geld om. Huisvader betekent dat hij de uitgaven goed moet bijhouden. Euro's, centen. Hij was eigenlijk de koning. Dus Durvāsā Muni was een grote yogi. Hij was jaloers op deze koning. Dat: "Hoe kan dat? Ik ben zo'n grote yogi, ik kan in de ruimte reizen, en deze man is een gewone koning, hij kan geen trucjes van het yoga-systeem laten zien, maar toch eren de mensen hem het meest. Waarom? Ik zal hem een lesje leren." Dus hij begon een ruzie met de koning, dat is een lang verhaal, ik zal dat een andere keer vertellen. Dus tenslotte werd hij verslagen, en hij werd door Nārāyaṇa verwezen om toevlucht te zoeken bij de voeten van de koning, Mahārāja Ambarīṣa. Deze voorvallen zien we in de gezaghebbende geschriften, dat hij alleen Kṛṣṇa in zijn geest hield, en hij versloeg de grootste yogi. Durvāsā Muni was zo'n perfecte yogi, dat hij binnen een jaar de hele materiële ruimte afreisde, en boven de materiële ruimte in de spirituele ruimte rechtstreeks naar het koninkrijk van God, Vaikuṇṭha, ging en de Persoonlijkheid Gods persoonlijk zag. Toch was hij zo zwak dat hij terug moest komen en neervallen bij de voeten van Mahārāja Ambarīṣa. Maar Mahārāja Ambarīṣa was een gewone koning, hij dacht alleen aan Kṛṣṇa, dat is alles. Deze voorvallen zullen we zien.

Daarom is de hoogste perfectie van het yoga-systeem om de geest te beheersen. En je kan de geest heel gemakkelijk beheersen als je de twee lotusvoeten van Kṛṣṇa in je houdt, dat is alles. Denk gewoon aan Kṛṣṇa en je bent overwinnaar. Je zegeviert. Je wordt de hoogste yogi. Want tenslotte is het yoga-systeem; yoga indriya saṁyama. Yoga heeft als doel de zintuigen te beheersen. En boven de zintuigen is de geest. Dus als je de geest beheerst dan zijn de zintuigen automatisch beheerst. Je tong wil onzin eten maar als je geest sterk is dan zegt die: "Nee, je kan dat niet eten. Je mag niets eten behalve kṛṣṇa-prasāda." Dan is de tong beheerst. Dus de zintuigen worden beheerst door de geest. Indriyāṇi parāṇy āhur indriyebhyaḥ paraṁ manaḥ (BG 3.42). Mijn lichaam betekent zintuigen dus mijn activiteiten betekent zintuiglijke activiteiten, dat is alles. Maar boven de zintuigen is de geest. Boven de geest is de intelligentie. En boven de intelligentie is de spirituele ziel. Als iemand op het spirituele platform is, op het ziel-platform, dan is zijn intelligentie gespiritualiseerd, zijn geest is gespiritualiseerd, zijn zintuigen zijn gespiritualiseerd, hij is gespiritualiseerd. Dit is het proces van Kṛṣṇa-bewustzijn. Want eigenlijk is het de ziel die werkt, maar hij heeft zijn volmacht aan de onzinnige geest gegeven. Hij ligt te slapen. Maar als hij wakker is, als de baas wakker is, dan kan de dienaar geen onzin doen. Net zo, als je wakker bent in Kṛṣṇa-bewustzijn, dan kunnen je intelligentie, je geest, of je zintuigen geen onzin doen. Zij moeten dat volgen. Dat is spiritualisatie. Dat heet zuivering.

Hṛṣīkeṇa Hṛṣīkeśa-sevanaṁ bhaktir ucyate (CC Madhya 19.170). Bhakti betekent om spiritueel bezig te zijn. Hoe kan je dat doen? Je moet met je zintuigen bezig zijn. Daarom moet je je zintuigen spiritualiseren. Meditatie, het stoppen van activiteit betekent het stoppen van onzin, maar bezig zijn in Kṛṣṇa-bewustzijn is transcendentaal. Net zoals je je zintuigen moet stoppen met onzin doen, maar dat is geen perfectie. Je moet juist handelen. Dan is het perfectie. Anders, als je je zintuigen niet traint om juist te handelen zullen die weer terugvallen naar de onzin activiteiten. Dus we moeten de zintuigen bezig houden met activiteiten voor Kṛṣṇa. Dan is er geen kans om terug te vallen. Dat is Kṛṣṇa-bewustzijn.